GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 69

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 69

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

magamte23 omroeporganisatie als de EO. Nergens in de medianota vinden w e een verklaring voor de omstandigheden, die de stormachtige veranderingen op mediagebied mogelijk gemaakt hebben. Laten w e w e l zijn: een beleid dat diepere oorzaken van datgene w a t bestreden dient te worden — afnemende verscheidenheid, vertrossing — ongemoeid laat, is een beleid dat slechts symptomen bestrijdt. Immers, een minister, die waakt over de media, kan economisch niet rendabele kranten en weekbladen in stand houden, hij kan „volledige programmavoorschriften" handhaven, hij kan kortom„kommunikatiekanalen openhouden". Wat hij — overigens gelukkig — niet kan, is de burgers dwingen optimaal gebruik te maken van de mogelijkheden, die de media bieden. Hij kan ze niet dwingen die krant te lezen, noch kan hij ze dwingen naar dit of dat zo leerzame en meningsvormende programma te kijken ofte luisteren. Juist daar echter liggen de hoofdoorzaken van het functieverlies van de media. In het feit dat er veranderingen hebben plaatsgevonden binnen een groot deel van het publiek. In die veranderingen ligt de oorzaak besloten van het feit dat de gemiddelde televisiekijker liever „een-mens-wil-op-de-vrijdagavond-wel-eens-lekker-lachen-want-er-is-al-genoeg-ellende-op-de-wereld"z\et, dan, pak weg,„£>eA7 Haag vandaag".

T e n dagblad waarop zij kunnen rekenen^ Om dergelijke veranderingen en hun oorzaken op het spoor te komen is een duik in de geschiedenis van de media in Nederland onontbeerlijk. En die geschiedenis vangt aan rond het begin van de tweede helft van de vorige eeuw. Het is in die periode dat bij voorbeeld het dagblad De Tijd wordt opgericht (1845). De oprichter van deze krant voor Rooms-Katholieken, Judocus Smits, laat over het doel van deze oprichting geen twijfel bestaan. In het allereerste nummer schrijft hij:„f/'/'ss/>7</s eenige jaren door eenige protestantsche heethoofden een vuur gestookt van godsdiensthaat tegen de katholijken, niet om dezer geloofspunten te betwisten, maar om hunne staatsregten te verkorten. Onder zulke omstandigheden hebben wij het noodzakelijk geoordeeld, de handen in één te slaan tot oprigting van een nieuw blad. De katholijken hebben behoef te, iedereen heeft het erkend, aan een dagblad, dat duurzaam echt katholijke denkbeelden aankleeft, dat door de éénheidharer redaktie, de eenheid van beginselen, en de daaruit volgende gedragslijn, eene zekere waardigheid bezit van een dagblad, waarop zij kunnen rekenen." Meer minderheidsgroepen, die zich onderdrukt of achteruit gezet voelen slaan op een zelfde wijze de handen ineen, nadat in 1869 het „dagbladzegel" is afgeschaft. Dit zegelrecht op gedrukte stukken, had als uiterlijke verschijningsvorm een stempel op de krant, ook w e l „de vuile vingers van de fiscus" genoemd. De afschaffing van dit zegel brengt een aanzienlijke kostenverlaging met zich mee en daardoor neemt de popularisering van het dagblad in het algemeen, enorm toe. De krant wordt eerst nu recht massa-medium. En een vloed aan nieuwe dagbladen is het gevolg, waaronder, het in 1872 door Kuyper opgerichte dagblad „ D e Standaard". Ook hier betreft het, net als bij De Tijd, een krant voor een minderheid, die zich, mede met behulp van dit nieuwe medium, onder het juk van de achterstelling w i l uitwer-

ken. Er is echter verschil. De Tijd heeft altijd het imago gehad een „pastoorskrant" tezijn. Het blad was tegen de afschaffing van het dagbladzegel. De Standaard dankte er het ontstaan aan. Een voorbeeld kan dit verschil i l lustreren. In 1874 schrijft Abraham Kuyper in een brief aan Groen van Prinsterer over een tegemoetkoming in door de Standaard geleden verliezen: „ Verhoogt men nu dien (abonnements-Jkor/ys, dan wordt het tekort wel gedekt, maar houdt men geen 2.000 abonnementen over. Dat wil zeggen, men houdt op het land te bewerken." In de abonnementsprijs moest blijkbaar rekening gehouden worden met Kuyper's „A/e/ne luyden". Een abonnement op De Standaard kostte in die tijd dan ook f 12,-, De Tijd f 24,-. Ondanks de enorme toename van het aantal dagbladen is het toch nauwelijks dringen op de dagbladmarkt, ledere nieuwe krant trok zijn lezers niet aan uit het gedeelte van de bevolking dat al een krant las, maar uit bevolkingsgroepen die dat nog niet deden. Van een verscherpte concurrentie, zoals w i j die nu kennen w a s geen sprake. Wanneer bij voorbeeld in 1892 „De Morgenpost" als dagblad voor het katholieke „volk" verschijnt, dan ziet De Tijd daar beslist geen concurrent in. Integendeel. DeTijdvindtzo'n blad beslist heel nuttig, „al zou het slechts zijn om verderflijke, socialistische of in het gunstigste geval volstrekt godsdienstloze, neutrale lectuur uit de woning van den werkman verwijderd te houden."

Emancipatie Ondanks de verschillen, zetten kranten als De Tijd, de eveneens rooms-katholieke Maasbode, De Standaard en het in 1900 opgerichtte, socialistisch-dagblad Het Volk (later Het Vrije Volk) zich met name in voor één streven: gelijke rechten voor de eigen groep. Niet alleen kranten worden ingezet bij deze emancipatie-strijd. De verschillende geloofsrichtingen en levensbeschouwingen slaan over op het gehele maatschappelijke leven. Allerhande organisaties en instellingen worden opgericht en gebaseerd op de fundamenten van de eigen overtuiging. De samenleving wordt daardoor in grote blokken opgedeeld. We kennen dit verschijnsel onder de naam „verzuiling". Toch is emancipatie niet het enige doel van verzuiling. De VU-socioloog drs. H. van der Berg ziet, naast middel tot emancipatie, verzuiling ook als „isolatie-mechanisme" ena\s„realisatie-mechanisme". Met verzuiling w e r d ook de isolatie van de eigen groep tegenover de buitenwereld beoogd. Een middel tot het weren van kwalijke invloeden van buitenaf. Enerzijds was isolatie voorwaarde tot het voeren van de emancipatie-strijd: men trok zich als minderheid terug op de eigen veste om vanuit deze bastions „de Vijand" beter te lijf te kunnen gaan. Anderzijds w a s isolatie doel in zichzelf. Het is goed om met gelijkgestemden te verkeren, om in eigen kring te toeven. Verzuiling was ook realisatie-mechanisme. Het uitdragen van de eigen overtuiging; de eigen normen en waarden waren ookdoel van de verzuiling. Juist zaken als onderwijs, dagbladen en later ook eigen omroeporganisaties dienden daartoe als middel. Zo rekenden de gereformeerden het zich tot taak de natie te herkerstenen. Verzuiling was het middel om dit streven te realiseren.

Ontzuiling Vaak wordt de mening gehoord, dat het de uitvinding van de radio is geweest, die in eerste instantie de stoot tot ontzuiling gegeven heeft. Ook de vrijzinnige hoogleraar R. Casimir huldigde deze opvatting, toen hij op 17 oktober 1926 in De Telegraaf schreei:„Ge kunt iemand een dagblad van een bepaalde richting geven, hem naar een be-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 69

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's