GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 479

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 479

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

\nl magazine 37

Prof. Bianchi: Ik ontken de vragen niet, ik vraag me alleen af, of ze juist worden geformuleerd. Je zou met zo'n vrijplaats kunnen experimenteren om meer gegevens te krijgen over de vraag of er ruimte is voor onderhandelingsstructuren die in het strafrecht zo weinig voorkomen. Een dergelijk experiment zou voor mij dezelfde waarde hebben als de experimenten met rechtshulp van acht, negen jaar geleden. Dat is inmiddels de gewoonste zaak van de wereld geworden. Het is VU-magazine opgevallen dat uit de toespraak van prof. De Ruiter het vertrouwen spreelit, dat het recht zich met de veranderingen die zich in de samenleving voordoen en ondergeschikt aan de politieke besluitvorming mee zal ontwikkeien, terwijl het artikel van prof. Bianchi een nogal radicale verwerping inhoudt van het huidige strafrecht. Heeft hij de hoop op geleidelijke verbetering daarvan opgegeven. staan, waarin zou worden geëxperimenteerd met verschillende proces-modellen. Prof. De Ruiter: ,,Ik blijf er bij, dat een wat zachtere, ,,privaatrechtelijke aanpak" faalt bij, wat we noemen, de zware criminaliteit, tenzij je denkt dat de mensen beter worden. Er zit iets in het idee, dat wanneer agressie wordt beantwoord met agressie er escalatie optreedt, maar het omgekeerde zal waarschijnlijk niet het geval zijn: dat naarmate er zachter wordt opgetreden tegen criminaliteit, de criminaliteit zachter zal worden. Prof. Bianchi: Ik zie wel mogelijkheden voor ander recht ten aanzien van zware criminaliteit en heb me ook daarbij door historische voorbeelden laten inspireren. In alle culturen heeft men in een of andere vorm het verschijnsel van de vrijplaatsen gekend, vaak waren dat kerken of tempels (we kennen het nog, maar alleen niet meer in het nationale strafrecht tot op vandaag zijn ambassades vrijplaatsen). Ook al was je een moordenaar, een zware crimineel, als je in zo'n vrijplaats was, dan kon je niet worden gepakt en berecht Vanuit de vrijheid die je daar had, kon je onderhandelen met degenen die je vervolgden. Je bent dan niet een rechtsobject, maar je blijft in het bezit van je subjectieve rechten; het is een soort zelf-gekozen huis van bewaring. Prof. De Ruiter; Het lijkt me een utopisch idee. Het breekt namelijk af, op het punt waar ik nu juist begin te denken. Mijn rechtsdenken is niet bepaald door het feit, dat de dingen mooi lopen, maar dat ze verkeerd lopen. Hoe droevig ook, daar heeft het recht altijd mee te maken. Als iemand vrijwillig dit of dat doet, is dat maatschappelijk misschien een interessant verschijnsel, maar juridisch is het oninteressant. Ik stel bij alles de vraag: en als het nu eens niet zo is. Stel dat de pleger van een delict zich met een stengun in zo'n vrijplaats verschanst. Ik heb het gevoel datje zo bezig bent vragen te beantwoorden door ze te ontkennen.

Prof. Bianchi: Nee, de laatste jaren hebben verheugende ontwikkelingen plaatsgehad: de strijd tegen de preventieve detentie, de strijd tegen het uitdijen in tijd van het strafproces en vooral de verbetering van de rechtshulp. Het zijn de veranderingen, die je de moed geven aan meer fundamentele stappen te gaan denken. Het is daarbij allerminst mijn voorstel om te zeggen: breek het allemaal maar af en laten we maar met iets nieuws gaan beginnen. Het moet zeer goed worden doordacht. De taak van de criminoloog zoals wij die zien, is niet om te zoeken naar de oorzaken van de criminaliteit, ook niet de strafrechtspleging te helpen, maar nieuwe modellen te beschrijven, er mee te experimenteren en aan te bieden ter sociale verandering. We putten uit het feit, dat men tegenwoordig ook wel veranderen wil, veel moed. Prof. De Ruiter: Tegen dergelijke typen van onderzoek heb ik natuurlijk geen enkel bezwaar, alleen vind ik een uitgangspunt dat er op neer komt dat de georganiseerde maatschappij, of de staat, hetzelfde betekent als en niet méér bevoegdheden heeft dan een van de rechtsgenoten, nogal vreemd. Prof. Bianchi: Zo zou ik het ook niet formuleren. Wanneer ik de provocerende opmerking maak: daden van strafrechtspleging zijn daden van contra-agressie, dan is die niet geschikt als hypothese voor onderzoek. Je zou wel kunnen denken aan iets als: is het mogelijk een proces te modelleren, waarbij beide partijen geacht worden gelijke macht te bezitten? Prof. De Ruiter: Wat bedoelje dan met macht? Prof. Bianchi: Dat kun je op verschillende manieren definiëren. Je kunt bij voorbeeld spreken over de macht in het proces, maar ook over macht van meer structurele aard. Het gaat er hier om, of we een procesrechtelijk model kunnen bedenken waarin de macht gelijk is binnen het proces. Dan zijn er in

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 479

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's