GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 35

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 35

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mü magazine 33

Reactie van drs. J. F. Petrie op ingezonden stukken over meditatie

'In welke schoot leg ik mijn leeg oud hoofd?' Er kwamen enkele reacties op het stukje „ Transcendente Meditatie in de bus naar Landsmeer" in het VU-magazine van oktober 1976. Een tweetal brieven en veel mondelinge reacties nopen mij het onderwerp wat verder uit te werken. Eigenlijk is het niet zo verwonderlijk dat velen persoonlijk reageerden op een dergelijk onderwerp:Transcendente Meditatie (TM) is op te vatten als één van de vele pogingen van de mens een zinnig antwoord te geven op kernvragen van het bestaan zelf. Dat houdt, tijdloos, velen knokig bezig, boeren, burgers, buitenlui, gewone mensen, dominees en dichters als Roland Holst. Hij componeerde diepgaand dat hardnekkig zoeken van de mens naar zij n centrale verzuchting toe: „ Wie weet zich ooit raad met dit vreemd leven tot zijn vreemder dood" (in zijn allerlaatste bundel Voorlopig), waarop hij direct ons zijn uitweg voorzingt: ,,met ogen dicht denk ik mij naar haar toe en leg mijn leeg oud hoofd doodmoe te rusten in haar schoot". Zo zullen we waarschijnlijk allemaal wel eens moeilijk kunnen ontkomen aan die opdringerige vragen van binnenuit naar het waarom en waartoe van al dit aards gewemel en gepriegel. En min of meer wanhopig proberen we een passend antwoord te vinden waardoor het leven zinvol wordt of ten minste ons zinvol toeschijnt. Daarbij zal het vaak gaan om het zoeken en vinden van een bepaalde „schoot", die, tijdelijk of eeuwig, voorlopig of definitief, rust en vertroosting zal geven. Waar ook de uiteindelijke zingeving voor het vreselijk lijden in deze wereld wordt gezocht en soms gevonden. Ook het denken over de zin en de plaats van TM valt onder het stuk van het rusteloze zoeken van mensen naar bestemming en heil, waardoor vele tongen los komen. Onlangs hoorden we in dit verband de stem van prof. dr. Kwee Sian Liat, hoogleraar aan de TH van Eindhoven, in de algemene wijsbegeerte, in het kader van een serie lezingen aan de VU over het thema „de mens op zoek naar zichzelf'. Hij hield daarbij een betoog over de huidige „ oosterse renaissance", een nieuwe oriëntatie van de westerse mens naar het oosten toe, met name op allerlei meditatie-technieken, die voortgekomen zijn uit en sterk verbonden zijn met het oosterse denken over de zin van het leven en de manier waarop wij het lijden van de mens in deze wereld kunnen verdragen en accepteren. Prof. Kwee Sian Liat gaf toen een schets van een historische ontwikkeling door de eeuwen heen, waaruit bleek dat de huidige, sterk groeiende belangstelling voor de wijsheid van het oosten niet van vandaag of gisteren dateert, maar al honderden jaren eerder in het nieuwsgierige westen ontwaakt was.

Drs. J . F . Petrie

Nu, in onze tijd, zo meende prof. Kwee Sian Liat, laat men het niet bij een objectieve bestudering van oosterse filosofie en godsdienstsystemen, vele tienduizenden beoefenen de methoden van meditatie en contemplatie nu zelf. Meer dan ooit tevoren zoekt de westerse mens een uitgang uit een hem overweldigende problematiek, met gebruikmaking van oosterse praktijken voor humane verlossing. De spreker — en dat is een zeer opvallende wending — spoorde zijn gehoor aan om die oosterse meditatietechnieken zelf ook te gaan gebruiken. Hij doelde daarbij vooral op TM. En op dat moment verliet hij het terrein van de koel-beschrijvende wetenschap en kwam zo ongeveer uit op het gebied van de moraaltheologie. „ Doe dat maar", zo zei hij, „probeer die techniek gerust maar eens uit". Daarbij maakte hij wegwuivende, duifachtige handgebaren. Toen kreeg ik het idee te protesteren. Naar mijn smaak kwam daar voor de zoveelste maal hetzelfde misleidende verhaal over een geleerd voetlicht: TM is een uiterst simpele techniek, gemakkelijk voor iedereen toegan-

kelijk, twee maal per dag een diepe ontspanning, kan een totale omwenteling in een mens veroorzaken, een totale transformatie, de dood wordt nu al in het leven ten dele gereahseerd, het is een soort herboren worden, in het besef dat schepping en vernietiging zich tegelijk in mij, kleine mens, en in die eeuwige, oneindige, onveranderlijke kosniische wereldruimte afspelen in een tijdenloze ritmiek, een onveranderlijk getij densysteem, en de mens zal bevrijd worden. Tel uit je winst. Ik wilde protesteren omdat ik meende dat de simpele aansporing ,,doe dat maar gerust" zonder meer onverantwoord was, gelet op de achtergronden en doelstellingen van de TM en verwante oosterse bevrijdingstechnieken. Het begint eigenlijk altijd met het aanbieden van een zeer simpele techniek (zoals bij voorbeeld in het boekje van Benson,, The relaxation Response", dat aanbevolen wordt met de verkoop-start „in just five minutes", suggererend dat het in een wip te leren valt met kosmische resultaten), terwijl het in wezen gaat om een totale levensbeschouwing die religieus van aard is. Er is veel meer aan de knikker dan die paar minuten ontspanning per dag. Maar het gaat mij niet alleen om de verkoop-truc. Er komt nog iets bij. Misleidend is m.i. ook dat men de indruk wekt dat de aangeprezen methode zonder risico zou zijn. Vanuit psychologische hoek rijzen daar ernstige bedenkingen tegen. Gelukkig zijn er ook mensen uit de kring der beoefenaars van meditatie zelf, zoals Chrismas Humphreys, die in zijn boekje „ Concentratie en meditatie" indringend ingaat op de mogelijke gevaren die men kan lopen. Humphreys is iemand die het weten kan omdat hij zelf een levenslange ervaring heeft met meditatie-praktijken. Deze technieken trekken zieke mensen aan, stelt hij, „er zijn gevaren op de weg en er zijn mensen die er aan ten gronde gaan". Hij waarschuwt ook voor verkeerde motieven, op grond waarvan mensen gaan mediteren. Is het motief om te gaan mediteren goed, „dan is zij de grote weg naar volmaaktheid", maar is het motief onjuist (bij voorbeeld omdat men hoopt op deze wijze overwicht over medemensen te verkrijgen, of uit de sleur van het alledaagse te ontsnappen, of uit behoefte om te stunten, of met het oogmerk anderen te amuseren, kortom om een bepaald vermogen te winnen) „dan kan ze een hel scheppen, eenvoudig onvoorstelbaar". Als ik hem goed begrijp dan is er nog een groter „gevaar", hij doelt m.i. ook op de mogelijkheid dat sommigen, vooral labiele

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 35

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's