GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 343

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 343

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

\ff} magazine 33

De „grote trek^' van de yy Zuidafrikaanse „kleurlingen Fragment uit het proefschrift van dr. V. A. February De term „kleurling" of Kaapse kleurling wordt door de mensen die er mee zouden moeten worden omschreven, niet geaccepteerd. Geregeld stuit men op de term,,zogenaamde kleurling" en dat moet niet worden uitgelegd als een verlangen van kleurlingen-zijde om blank te zijn (het witmakers-syndroom), maar als een verwerping van een racistisch begrip. Aangezien de classificaties (= indelingen) waarmee het sociale gedrag wordt geregeld, ons meer vertellen over de aard van de vooroordelen in Zuid-Afrika, is het nagenoeg onmogelijk om deze begrippen te vermijden. Daarom staan ze tussen aanhalingstekens; niet alleen om aan te geven dat de schrijver dezes verwerpt, maar de mensen die ermee worden aangeduid eveneens. Wie alle doolhoven en valkuilen van de Zuidafrikaanse samenleving ten volle wil begrijpen, zal zich vertrouwd moeten maken met de classificaties waardoor het sociale gedrag wordt beheerst. Het is misschien goed hier te zeggen, dat het gaat om de verschillende categorieën zoals die na 1900 in gebruik kwamen. Ross levert in zijn studie over de Griquas een bruikbaar overzicht van de houding tegenover de rassen zoals die in de tijd voor de stichting van de Unie van Zuid-Afrika bestonden. Hij schrijft: ,,Pas in de negentiende eeuw kreeg het rassenbegrip in zijn moderne betekenis vorm. Dit rassenbegrip heeft duidelijk geleid tot belangrijke ontwikkelingen in de Zuidafrikaanse geschiedenis. Toen individuen en groepen moesten worden opgenomen in het Zuidafrikaanse economische leven in bredere zin, ontdekten ze, dat ze werden ingedeeld in categorieën die overeenkwamen met de meningen zoals die zich inmiddels hadden gevestigd bij degenen die het land politiek en economisch beheersten". Dit neemt niet weg dat, hoewel er misschien vóór de 19e eeuw geen ,,racisme" heeft bestaan in de zin die we vandaag aan dat woord hechten, er zeker een samenleving was waarin,,kleur"een rol speelde. De officiële termen waarmee de verschillende ,,raciale" groepen in ZuidAfrika worden aangegeven zijn: „Europeanen" (blanken); ,,naturellen" en ..hantoes" (inheemsen en Afrikanen); .,Kaapse kleurlingen" („kleurling" is iemand van gemengde afkomst) en Aziaten (verschillende groepen van

Aziatische afkomst). ,, Naturellen", ,,kleurlingen" en Aziaten werden weer op één hoop gegooid onder de naam ,,niet-Europeanen" of ,,niet-blanken". Suzman heeft gezegd dat de term,,naturel" voornamelijk officieel werd gebruikt in de periode voorafgaand aan en tijdens de stichting van de Unie van Zuid-Afrika. Later werd hij vervangen door andere woorden, vanwege de ,,negatieve bijbetekenis", hoewel zulke vervangingen niet minder aanstootgevend waren.

Bantoe De term Afrikaan, zo merkt Suzman op, kreeg geen officiële erkenning. Hij geeft daarvoor geen redenen. Het is duidelijk dat die moeten worden gezocht in de vrees van de Afrikaners dat het woord,, Afrikaan"zou worden verward met de naam die zij voor zichzelf hadden gereserveerd. Zo werd, belachelijk maar waar, de term,,bantoe" in gebruik genomen waarmee blanken de Afrikanen aanduidden. En aangezien dit woord niets anders betekent dan,,mensen" bevat de Afrikaner-term ,,bantoevolk" de grootst mogelijke tautologische onzin: mensen-volk. Je zou — ironisch — mee kunnen vaststellen dat de Afrikaner op deze manier tersluiks een menselijke status heeft verleend aan Afrikanen. Het begrip Bantoe werd officieel erkend krachtens de „Bantu Education Act. No. 47 van 1953" en de „Bantu Investment Corporation Act. No. 34 van 1959".

Onlangs promoveerde in Leiden de uit Zuid-Afrika afkomstige dr. Verny Fdjruary op een proefschrift waarin hij naging welke stereotiepen in de Zuidafrikaanse literatuur voor komen als liet gaat over de „kleurlingen", mensen met gemengde, blankzwarte voorouders. Het proefschrift heet: „Flagellated skin, a fine fetish". In de inleiding gaf dr. February een schets van de positie van de „kleurlingen" in de Zuidafrikaanse samenleving. Een fragment daaruit staat op deze pagina's. Volgens Artikel 1 van de „Population Registration Act van 1950" moeten alle Zuidafrikanen in speciale groepen worden ingedeeld. In grote lijnen kwam dat neer op het volgende: A. Blanken (niet-zwarten) 1. Afrikaanssprekenden 2. Engelssprekenden 3. Immigranten, b.v. Italianen, Grieken en anderen, voelen zich meestal thuis in categorie 2. B. Niet-Blanken (zwarten) 1. Kleurlingen 2. Aziaten 3. Bantoes Met hetzelfde recht zou men er een indeling kunnen maken die uitgaat van zwart en niet-zwart. De niet-blanken of zwarte groepen worden verder onderverdeeld. Voor,,kleurlingen " bijvoorbeeld gelden de volgende 7categorieën: 1. „Kaapse Kleurlingen"; 2. Maleiers; 3. Griquas; 4. Chinezen; 5.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 343

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's