GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 464

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 464

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

m

magazine 22

verwierf meteen bijval bij 23 hoogleraren en 41 wetenschappelijke medewerkers van diverse universiteiten. Vanuit lerarenhoek kwamen in korte tijd uit alle delen van het land een 350 adhaesiebetuigingen binnen. De spontane respons was zo groot dat Sam Koster spreekt van „een grote bereidfieid tot inkomensnivellering". Het lukt in ieder geval niet meer o m de AAA-groepering te beschouwen als een verzameling idealistische „ z o n derlirvgen" (afwijkingen van de „ n o r m a l e " mens, die geacht w o r d t nimmer vrijwillig een verworvenheid prijs te geven".) Het zat in de lucht. Onafhankelijk van het leraren-initiatief, publiceerde de Leidse histochemicus prof. P. van Duijn een artikel in hetoktober-nummer van Wending o\/er„werkloosheid en de salarissen in de collectieve sector", waarin verwante gedachten werden ontwikkeld. „Als leek op economisch terrein ben je (. ..) geneigd een oplossing niet te zoeken in de private sector, waar de economische beperkingen zo evident zijn, maar in de collectieve sector waar grotere stuurmogelijkheden zijn. In deze sector is werk te over; de arbeidsplaatsen behoeven daar niet gecreëerd te worden. Het zou voldoerïde zijn de salarissen in de collectieve sector te verlagen. Communicatieve arbeid schenkt veelal meer voldoening dan lopende-band-werk, zodat het om deze reden ook billijic lijkt („psychisch inkomen") om de salarissen in deze sectoren te verlagen, waarbij uiteraard ook daar de laagstbetaalden ontzien moeten worden. Tenslotte lijkt salarisverlaging hier mogelijk met omzeiling van de economische beperkingen die ingrijpen in de private sector met zich mee brengt."

Publiciteitscampagne Prof. Van Duijn verwachtte niet dat een en ander zonder protest van lerarenbonden zou verlopen. „Het is te hopen dat regering en politieke partijen voor de publiciteitscampagne van deze groep leraren en andere goed betaalde ambtenaren niet zullen wijken. Te vrezen valt dat de politici zullen aarzelen het ambtenarenleger tegen zich in het harnas te ja^en. Wat ons te wachten staat is een strijd om via de media de publieke opinie op zijn hand te krijgen. Politici en regering zijn vaak meer opinievolgend dan opinievormend, zodat de richting die de publieke opinie zal inslaan doorslaggevend zal zijn." Een handicap achtte prof. Van Duijn het dat de voorstanders van matiging het apparaat missen o m hun visie in concrete cijfers o m te zetten. „Toch moet het - als de regering, de ambtenaren en de politici het niet kunnen of willen doen - voor kritische economen mogelijk zijn, uit te rekenen, hoe groot de salarisverlagingen precies moeten zijn om het werkloosheidscijfer in de collectieve sector met een bepaald percentage te verminderen. Gezien de vele plan-bureau-exercities die er al tijdens de kabinetsformatie zijn verricht moet dit technisch gezien geen al te groot probleem zijn. Bovendien zou kunnen blijken, dat het offer minder groot behoeft te zijn dan verwacht wordt. De salarissen kunnen immers reeds voor een belangrijk deel uit de dan dalende werkloosheidsuitkeringen worden betaald. Ongunstig werkt daarentegen voor het regeringsbudget weer de derving aan belastinginkomsten. Misschien betekent de hele operatie niet meer dan dat w e teruggaan naar het welvaartspeil van slechts enkele jaren geleden. Een goede T.V.-presentatie van zulke „ideële" rekensommen zou althans een tegenwicht kunnen vormen tegen de t e verwachten „kom niet aan ons land" demonstraties die ons in de komende maanden via pers en beeldscherm zullen bereiken. Er zijn vele goede be-

het alternatief de barricaden

amotenaren-actiecomité voor salarismatiging

op

'geld heb je nooit genoeg, maar wel te veel' rob bartiema enjohan koftenraij „Ik ben RU tn totaal achtlien jaar bij het ondervj^s.In die achttien jaar heb ik rntj peen moment geergerd aan de Uerlingen. Ik lieb mij wél achttien jaar lang opgewoaden over het 'Genootschap'." Een clUst uit één van de tol nog toe ontvangen 350 adhestebetuigingen aan het adres van het A Itematief A'mbte:naren-Act%ecomité. Het citaat tekent de ontstaansgrond van de groepering: onvrede met de acties van het NGL en ABOP (Algentene bond van onderwijzend personeel), uitmondend in een rondschrijven aan de middelbare scholen in den lande onder het alleszeggende kopje ..Ga niet naar Den Bosch". In het

comité. Ook hij ergerde zich aan de acties van de leraren en vka een relatie kwam hij in het comité terecht. De Boer: „Ik vind, dat wat voor die leraren geldt op precies delelfde wijze opgaat voor de universilesten. Ook daar heeft men te kampen met een geweldige werk loosheid, i^rwijl ook daar geweldig hoge salarissen worden betaald. Er was dus alle reden de actie naar de universiteiten uil te breiden " De Boer schreef een brieï naar de medewerkers van ïijn instituut, de Centrale Interfaculteit, alsmede naar nog zo'n dertig andere wetenschappers die hij kende en van wie hij dacht dat zij wellicht voor de gedachtengang van het comité te vinden zouden zijn. In de brief roept De Boer op tol adbesiebetuigingen en financiële steun {postbus 52, Badhoevedorp, post-

doen," aldus Kok, die zich afzette tegen „groeperingen, van academici, die nog lange tijd bttj ven proberen uit hun vroeger tijd stammende uoomechten ook op financieel terrein te handhaven." „Een gematige inkomensontwikkeling in bedoelde categorie werknemers kan juist een zeer belangrijke bijdtOBe teveren tot een irtkomensbeleid, waarin de verhoudingen rechtvaardiger worden gemaakt." aldus de voorittteir van de FNV Toch een wat ander accent dan JelJe Visser vorige week in Folia aanbracht, toen hij stelde, dat „salarisverbetering van de Laagstbetaalden niet apwnkelijk gesteld moest worden i>an de bereidheid [•en de hogere inkomensgroepen daarover te pralen." om vervolgens het moment van matiging uit te stellen tot hel afkomen van een

Frof. dr Thee de B«cr (I) ca dn Baa» VMltMi>91(r'

se. omdat daarmee het niveau var onderwijs en onderzoek eveneenhoog gehouden kan worde» spreekt de beide heren met zo Van Rooijen. „Dat vind iK redenering zo krom als het teremd van een varken. Er is na di Toxopeua-ronde -— waarbij hooy lerarensalarissen met 40 percen! werden opgetrnpkken om de treivan „de brains'' ruwr het fawite/. iürtd of het beüTijftleven te voai komen. red. — voor geen cent bi ter onderwijs afgeleverd," D*. Boer: „Daar koml bij, dat ik bet geld als prikkel principieel afwijE De hele geda'chte, dal het niveac van onderwijs afhankelijk is vai< het salaris, zoab die vorige weet. in Folia door Jelle Visser werd ontwikkeld, vind ik een kapitahs

schouwingen gewijd aan de ethiek van de inkomens- Foi'oa Civitatis, i oktoverdeling. Pas als deze beschouwingen door een con- "' ^ creet economisch rekenmodel in nuchtere getallen zijn omgezet en qua presentatie in de media even goede kansen krijgen als de opinies van gevestigde belangengroepen, is na te gaan welke alternatieven in de publieke opinie een meerderheid verwerven. Het lijkt mij een uitdaging voor de meer ideële omroeporganisaties om zich hiervoor in te zetten. Misschien blijkt dat er meer dienstverlenende ambtenaren en daarmee gelijkgestelden bereid zijn een stapje terug te doen dan nu wordt aangenomen, als ze voor het publiekeforum met concrete getallen worden geconfronteerd. Een presentatie in de trant van: „als die en die groepen zoveel in salaris teruggaan, komen er zo en zoveel arbeidsplaatsen vrij" lijkt mij vrij exact uit t e rekenen in tegenstelling tot de relatie „meer winstmeer arbeidsplaatsen", die het bedrijfsleven propageert."

„De nieuwe uitbuiters" Hij werd op zijn wenken bediend. Als sympathisant meldde zich direct na de start van het A.A.A. prof. dr. Hans van den Doel, hoogleraar in de economie aan de Universiteit van Amsterdam, die jaren geleden de Nederlandse intellectuelen reeds had getypeerd a\s„de nieuwe uitbuiters". In Folia Civitatis van 22 oktober scherpte hij zijn pen tegen de „universitaire politieke cultuur, die wordt overheerst door de spraakmakende gemeente van de VVD en de CPN, en die tot uitdrukking komt in een spijkerharde verdediging van de financiële belangen van de hogere inkomenstrekkers." Hij wierp het volgende rekenwerk in de discussie: „Collega V^im Driebuis en ik hebben een simpele rekensom gemaakt. Totaal worden f 35 miljard aan ambtenarensalarissen betaald. Als daar één miljard vanaf gaat, is dat gemiddeld per ambtenaar 3%. In feite moeten natuurlijk de laagste inkomensgroepen niet of bijna niet achteruit, terwijl de hoogste inkomensgroepen zeer veel achteruitmoeten. Het gemiddelde kan dus per inkomensgroep worden gedifferentieerd van 0-70% of van 1-5%, naar gelang de politieke voorkeur die men heeft. Een arbeidsplaats bij de overheid kost ongeveer f 45.000 a f 50.000 aan salaris. Maar met een dergelijke arbeidsplaats wordt een werkloosheidsuitkering van ƒ 20.000 a ƒ 25.000 uitgespaard. Per saldo kost een arbeidsplaats in de overheidssector dus pakweg f 20.000

I

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 464

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's