VU Magazine 1978 - pagina 269

Wl magazine 3

Discussie naar aanleiding van Buikhuisens plannen

Bestaat de geboren crimineel? Prof. dr. W. Buikhuisen laat nog weinig los. Hij wordt met ingang van het komende studiejaar hoogleraar in de criminologie te Leiden. De onderzoeksplannen die hij heeft (en die in april door het reclasserings-maandblad „ K R I " naar buiten werden gebracht onder de kop ,,plannen voor hersenonderzoek bij delinkwenten") veroorzaakten zoveel rumoer, dat er met een uurtje krantenknippen een heel dossier valt samen te stellen. Daaruit wordt wel duidelijk, dat prof. Buikhuisen (althans voor Nederland) betrekkelijk nieuwe wegen wil inslaan in het onderzoek naar de vraag hoe iemand tot crimineel gedrag kan komen. Het meeste criminologische onderzoek draagt tot dusver een voornamelijk sociaal wetenschappelijk karakter. Gekeken wordt naar zaken als: de maatschappelijke positie die een delinquent inneemt, de omstandigheden waaronder hij leeft, zijn omgeving en dat soort zaken. Gekeken wordt tevens naar de manier waarop de justitie en de politie functioneren. Vorige maand nog werd in het hoofdgebouw van de VU een congres gehouden van de Nederlandse Vereniging voor Kriminologie. Het thema was: ,,Beslissingsmomenten in het strafrechtelijk systeem". Prof. Buikhuisen wil zijn onderzoek gaan richten op de persoon van de delinquent zelf. Heeft die bepaalde biologische en/of psychologische kenmerken die niet-delinquenten niet hebben, of in mindere mate hebben? Zulk onderzoek wordt door prof. Buikhuisen ,,bio-sociaal" onderzoek genoemd, een term die misschien niet zo veel zegt. Wellicht zegt het soort wetenschappers dat hij denkt nodig te hebben meer. Op z'n lijstje staan, naast de sociale wetenschappers die al aan het instituut verbonden zijn, een psycho-fysioloog (die zich bezighoudt met lichamelijke reacties op psychische verschijnselen), een neuro-bioloog (een op het zenuwstelsel gespecialiseerde bioloog) en een endocrinoloog (deskundig op het gebied van hormonen). In welke richting prof. Buikhuisen denkt te gaan werken, is daarmee wel ongeveer aangegeven, maar hoe hij

z"n onderzoek precies wil gaan aanpakken , ,is nog onderwerp van discussie" (aldus het Leidse universiteitsblad Mare). In de discussie rond het voorgenomen TAIW^ ^ S onderzoek van Buikhuisen werd ook de stem gehoord van dr. J. Beijk, psy- Dr. Beijk legde zijn gehoor uit waarcho-fysioloog aan de Universiteit van mee hij bezig is. Het is natuurlijk heAmsterdam. Hij behoort tot de ,,ver- lemaal niet gezegd dat prof. Buikhuidedigers" van Buikhuisen; hij is zelf sen zijn onderzoek net zo zal aanpakbezig met onderzoek waarbij een ken als dr. Beijk het doet (dat is zelfs groep delinquenten is betrokken. Vo- hoogst onwaarschijnlijk) maar wel ilrige maand (13 juni) sprak hij op een lustreert Beijk's betoog de manier forum-bijeenkomst die was georgani- waarop men in zijn branche onderzoek seerd door de Amsterdamse Vereni- doet. Daarom in het kort een aantal ging van studenten in de psychologie. punten daaruit.

Discussie aan de GU. Van links naar rechts: dr. Ko Orlebeke (psycho-fysioloog aan de VU), prof. dr. Koos van Weringh (criminoloog aan de GU) en de gespreksleider, (foto's bij dit verhaal zijn van Peter Wolters. AVC-Vl |

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen