GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1979 - pagina 426

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1979 - pagina 426

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

1^ magazine 28 Hoe houdt u een toespraak? U houdt een toespraak. De eerste zinnen. - U krabt op Uw hoofd U praat verder. - U voelt aan uw achterzak U begint aan een nieuwe alinea - en U krabt met Uw hand door Uw haar U praat door en begint aan een nieuwe bladzij - en U krabt op Uw wang De volgende zinnen. - U hinkt van Uw ene been op het andere Helaas . . . Uw toespraak ma^ doortimmerd zijn, U heeft'em begeleid met niet-intentionele gebaren. En het deprimerendste is: U had het wellicht {waarschijnlijk zelfs, als we op de ervaringen mogen afgaan) niet eens in de gaten. Het kan ook anders. Tijdens Uw toespraak ondersteunt U de belanrijke zinnen door Uw armen uit te spreiden of bij een belangrijk woord Uw geopende hand aan het publiek voor te houden. In dat geval zijn Uw gebaren intentioneel. Het

Eerlijke en oneerlijke studenten Ook de eerlijke studenten kregen een rolinstruktie: ,,Gewoonlijk klaag je niet over je cijfers maar een 5'/2 ontsiert je resultaten-lijstje. Je vermoedt dat er een vergissing is begaan bij de becijfering, in het bijzonder bij vraag vijf. Deze vraag bestond uit twee delen. Je had het eerste deel af en liet onderaan de bladzij een stukje open voor het geval je nog iets wilde toevoegen, sloeg de bladzij om, om op een nieuw stuk papier aan het tweede deel van de vraag te kunnen beginnen. Bij het bestuderen van je nagekeken examen vermoed je met een vrij grote mate van zekerheid dat de becijferaar vergeten heeft de bladzij om te slaan. Die laatste vraag was die waarvan je het meeste wist, toch was de score hiervoor het laagst."" De oneerlijke studenten kregen te horen: „Je had het eerste deel van vraag vijf af en liet onderaan de bladzij ruimte open voor het geval je nog iets wilde toevoegen. Je vergat het tweede deel van de vraag.

gevolg is dat U de aandacht van het gehoor beter vasthoudt. Uw gebaren zijn een ondersteuning van de toespraak. Ze ,,horen" erbij. Dat geldt ook voor het oogkontakt. Arie Vrolijks liet video-opnamen maken van studenten tijdens een toespraak. VU-magazine mocht ze bekijken. Een studente las van haar toespraak voor en keek haar toehoorders nauwelijks aan. Het publiek werd gedwongen te kijken naar een neerhangende bos haar, een toespraak aan te horen van iemand die alleen naar beneden kijkt, naar de lessenaar. Niets is funester voor de aandacht van de zaal. Beter is Uw publiek vaker aan te kijken, U daarbij niet te concentreren op één persoon (die aardige mevrouw op de derde rij die U zo bemoedigend toelacht) maar Uw ogen door het publiek te laten dwalen van links naar rechts. Hoe vaak moet u dat doen? Als hulpregeltje voor U zelf kunt U zich voornemen dit om de andere zin te doen. Niet schichtig, maar neem er even de tijd voor. Ook U heeft daar baat bij: door Uw publiek in alle rust aan te kijken, verhoogt

Bij teruggave van het examen stelde je vast dat je dit deel van vraag vijf kon beantwoorden zonder je aantekeningen te hoeven raadplegen. Daar je een hoger cijfer wilt, besloot je de vraag alsnog te beantwoorden en wel met dezelfde balpen die je op het examen gebruikte. Je bent er vrij zeker van dat je het zó kunt voorstellen dat de becijferaar vergat de bladzij om te slaan en dus jouw antwoord op het tweede deel van de vraag niet heeft gezien. Je kunt volhouden datje van de laatste vraag juist het meeste wist en toch geen enkele punt kreeg".

Anders Na de rolinstructie werd het rollenspel - het gesprek met professor Parker uitgespeeld. Na afloop van het experiment stelde Vrolijk vast dat de vrouwelijke oneerlijke studenten vloeiender spraken dan de mannelijke, dus overtuigender overkwamen dan de mannen en minder spreekhaperingen vertoonden. Vraag aan Arie Vrolijk: ,,ls het wel juist, te konkluderen

U Uw eigen zelfvertrouwen. Het aankijken van het publiek vormde ook een onderdeel van de experimenten van Vrolijk. Het volgende ontstond spontaan: elke student werd gevraagd, nog vóór het houden van een redevoering, naar voren te treden en zijn gehoor twee minuten lang aan te kijken zonder een woord te zeggen. Het bleek dat de angst in deze twee minuten tot een hoogtepunt steeg en daarna langzaam maar zeker daalde. Vrolijk: „De meeste studenten berichtten dat hun zelfvertrouwen hierna was toegenomen. Eén student vertelde: „Als je dit eenmaal gedaan hebt, is een gewone speech een peuleschil." Nog een paar veel voorkomende fouten: U staat met Uw armen op de rug (een soort schaatshouding) U houdt Uw handen in de zij U staat wijdbeens Het is beter te proberen om stil te blijven staan - en rechtop. Onbewust vult U deze houding toch wel aan met bewegingen en gebaren. Uw handen kunt U rustig op de lessenaar houden. •

dat de vrouwelijke studenten beter logen dan de mannelijke? Immers, allen speelden keurig de hun opgedragen rol volgens de rolinstrukties en spraken dus eigenlijk de ,,waarheid"" Inderdaad gelooft Vrolijk dat dit onderzoek anders opgezet had kunnen worden. ,,Eigenlijk zou het groter opgezet moeten en dan met situaties die het werkelijke leven dichter benaderen. Daar zijn wel mogelijkheden voor"". Slotvraag aan Arie Vrolijk: ,,Was het geen beproeving, die promotieplechtigheid? U heeft ten slotte geschreven over goed en slecht spreken in het openbaar én dan moet u het ineens zelf doen!" Arie Vrolijk: „Moeilijk was het natuurlijk wel. Ga maar na: twee van de drie angstverwekkende faktoren waren aanwezig: een publiek met een hoge status plus een verdediging van mijn werk. Hoewel ik ongetwijfeld verkeerde spreekhoudingen heb gebruikt, geloof ik toch dat het wel aardig ging. Ik heb het in ieder geval niet in m'n broek gedaan!'" (fst)B

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1979 - pagina 426

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

VU-Magazine | 484 Pagina's