GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 421

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 421

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Slofstra zelf glimlachend opbiecht, als iedere wetenschapper in deze benarde tijden, erbij gebaat waren om eens duchtig aan de weg te timmeren. En archeologie ligt sinds enige jaren nu eenmaal aardig in de markt bij het grote publiek. "Vandaar dat we besloten er dit jaar maar weer eens een persconferentie tegenaan te gooien", aldus Slofstra. .Mèt het verwachte publicitaire effect. De aanloop in Hoogeloon, van journalisten en andere belangstellenden bleek sindsdien nauwelijks te stelpen. Slofstra heeft het er druk mee, maar blijft de geduldige, wat flegmatieke gids en uitlegger die voor de bezoeker alle tijd uittrekt. Een Fries zo te horen, die, nu al jaren doende met dit grootschalige Kempenproject — waarbij overigens veel meer opgravingen betrokken zijn — zichzelf onderhand een "halve Kempenaar" noemt. Zijn zongebleekte blonde haren en diepbruine huidskleur onderstrepen het gezonde leven dat archeologen tijdens hun 'veldwerk-periode' — dit jaar zo'n viereneenhalve maand lang — leiden.

N

iks nieuws dus, die Romeinse villa in Hoogeloon, vooral niet als blijkt dat de eerste vondsten uit de Romeinse tijd, op deze zelfde plek, al in 1953 werden geborgen. De omgeving van Hoogeloon was in archeologisch opzicht sowieso al interessant. In de directe omgeving van dat dorp lag een aantal prehistorische grafheuvels — waaronder de 'Zwartenberg' als een van de grootste in ons land — die al in de vorige eeuw als zodanig werden herkend en die, door vroege bewoners van die streek, in de bronstijd moeten zijn opgeworpen. Een autochtone amateur-archeoloog, Gerrit Beex (die overigens later van die hobby z'n beroep maakte), vond op enige afstand van die prehistorische monumenten, het eerste stukje van wat niet anders dan een Romeinse dakpan kon zijn. Die vondst was min of meer toeval. Omdat in dat jaar de weg van Hoogeloon naar Hoogcasteren werd aangelegd had men een klein deel van de Kerkakkers afgegraven voor zandwinning. Gestimuleerd door zijn vondst groef deze hobbyist nijver voort en stuitte op restanten van een waterput en op een kuil die onmiskenbaar ooit een stutpaal van enigerlei bebouwing had bevat, een zogenaamde 'paakuil' dus. Hij vond nog meer dakpanfragmenten, scherven van verfijnd Romeins aardewerk, een handvol ijzeren spijkers en — tot zijn eigen verbazing — zelfs wat stukjes beschilderd pleisterwerk. Het sterke vermoeden was gewekt: deze akker moest de resten van een wel zeer bijzondere nederzetting uit de Romeinse tijd verbergen. Een vermoeden dat jaren later werd bevestigd toen enkele onderzoekers van het Archeologisch Instituut van de VU (het AIVU) in de bedding van een naastliggende sloot opnieuw stukken aardewerk en ook grondsporen vonden. Een diepgaand en volledig onderzoek kost echter massa's tijd en geld. Dat was er niet. En, bovendien, dat spul lag daar veilig onder die akker-en zou er voorlopig dus nog wel blijven liggen. Landbouwmethoden veranderen echter. Het 'diepptoegen' deed z'n intree, ook in Hoogeloon. En dat leverde in '79 een alarmerend telefoontje op naar het AIVU. De Kerkakkers waren 'gediepploegd' en daarbij waren erg veel vondsten, maar ook ongewone verkleuringen van de grond, aan de oppervlakte gekomen. Dit was — vanuit archeologische optiek •— een noodsituatie. Slofstra en enkele studenten rukten onverwijld uit en namen de situatie ter plekke in ogenschouw. Zij vonden haaks op elkaarstaande baantjes, bestaande uit brokken 'ijzeroer', ertshoudende grond. En die konden daar, in deze configuratie nooit toevallig gekomen zijn. Voor dit groepje archeologen bleek de conclusie onvermijdelijk: men had hier te ma-

Drs. Jun Slofstra: „Halue Kempenaar" (AVC/VU)

Plattegrond van de inheems-Romeinse nederzetting op de Kerkakkers bij Hoogeloon. De situatie, zoals bekend in 198.3 is hiier weergegeven. De nieuwe vondsten staan op deze kaart dus niet ingetekend

ken met de funderingsresten van wat eens een villa uit de Romeinse tijd moest zijn geweest; een voor Noord-Brabant uiterst curieuze ontdekking. De bovengeploegde sporen werden zorgvuldig op een plattegrond ingetekend en kort daarop — de boer, tevens eigenaar van de lap grond, had immers haast — werden vanuit de lucht opnamen gemaakt van het terrein. Wat op de grond met enige moeite was geconcludeerd, bleek vanaf grote hoogte meteen en zonder meer duidelijk: de plattegrond van de villa lag vrijwel compleet afgetekend in de vers omwoelde aarde.

D

e boer, hij ploegde daarna voort, en bewerkte zijn akker. Pas in het voorjaar daarop kon een proefonderzoek worden uitgevoerd. En daaruit bleek dat de sporen voor eens en altijd gewist dreigden te worden als niet ogenblikkelijk werd ingegrepen. Het was nu of nooit. Nog diezelfde zomer ging een grootscheeps onderzoek van start naar de villa en directe omgeving. En daarbij kwam men al snel tot het inzicht dat deze villa niet op zichzelf 341

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 421

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's