GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 381

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 381

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Geschiedbeschouwing met de huidige tijd vergeleken:

Ook in de Middeleeuwen een sceptisch geschiedbesef De aandacht voor de Middeleeuwen begint een opvallende trek van onze tijd te worden. Er zijn steeds meer elementen die daarop wijzen. Het brede succes van Umberto Eco's roman De Naam van de roos en van Emmanuel Leroy Ladurie's historische studie over het leven in het Pyreneeëndorp Montaillou gedurende de jaren 1294-1324 verdient in dit verband natuurlijk vermelding. de riddercultuur en de volkscultuur, blijven buiten beschouwing. Maar ook binnen de christelijke traditie zijn er vele accentverschillen geweest, samenhangend met de situatie en de tijd. Toch meen ik dat er een bepaald denk- en gevoelspatroon aangegeven kan worden, zowel in de ervaring als in de interpretaties daarvan. Daarop zal ik me concentreren.

dr, J, Davidse Veelzeggender nog in onze moderne informatiemaatschappij zijn misschien de regelmatige aandacht die de Middeleeuwen in de pers krijgen, de vele cursussen die erover worden gepresenteerd en niet te vergeten, het feit dat de reclame zich van dit stuk geschiedenis meester maakt: in advertenties kun je al lezen dat een verblijf in de middeleeuwse sfeer van de Vlaamse steden een fantastische vacantie garandeert. Waaruit komt die belangstelling voor een in tijd toch al veraf staande periode voort? Een veel gehoord antwoord op deze vraag is nostalgie: een vlucht uit het heden waarin de mens zich niet thuis voelt naar een verleden waarin de dingen misschien anders lagen: de relaties een meer persoonlijk karakter droegen, de wereld overzichtelijker in elkaar leek te zitten. Umberto Eco bij voorbeeld verklaart uit dergelijke gevoelens van onvrede het grote succes van zijn boek. Het is zeker zo dat er een verband bestaat tussen interesse in het middeleeuwse verleden en een gevoel van onzekerheid ten opzichte van heden en toekomst. De historicus Huizinga wendde zich tot de geschiedenis en vooral tot het andere verleden, omdat hij naar hij zelf zei de weg in "het duistere heden" kwijt geraakt was. Zijn beroemde Herfsttij der Middeleeuwen (1919) hebben we o,a. aan die gerichtheid te danken. Een omgekeerde situatie deed zich voor in de jaren zestig toen velen, met name ook aan de universiteit, een nieuwe toekomst voor ogen hadden en de weg daarheen duidelijk was. Voor de academische beoefening van de middeleeuwse geschiedenis waren dat geen gunstige tijden. Voor een aan de moderne en economische geschiedenis gelijkwaardige positie in de nieuwe studieprogramma's moest worden gevochten. De Middeleeuwen waren een gepasseerd station: wat kon de relevantie zijn van deze pre-industriële periode voor de vragen van heden en toekomst in een geïndustrialiseerde samenleving? Zijn de tijden van Huizinga teruggekeerd? Het heeft er veel van. In deze beschouwing heb ik eigentijds histo-

VU-magazine, 14e jaargang nr. 8. september 1985

De auteur van dit artilzel was een van de docenten in de VUSA-cursus "Heriiennen wij de Middeleeuwen?". Op 23 maart was er 'n VUSA-dag in de VU gewijd aan dit onderwerp

risch bewustzijn en middeleeuwse geschiedbeschouwing met elkaar in verband gebracht, juist onder dat aspect van onzekerheid ten aanzien van de gang der geschiedenis.

Scepsis De gedachte die ik hier wil toelichten is dat de voor onze tijd zo kenmerkende ervaring van scepsis ten opzichte van de geschiedenis een zekere aansluiting vindt bij de middeleeuwse kijk op de geschiedenis, méér dan bij de door vormen van vooruitgangsoptimisme gekenmerkte visies die de 18e, 19e en 20e eeuw hebben voortgebracht. Het grote verschil tussen het sceptische geschiedenisbesef van onze tijd en het middeleeuwse verleden, ligt niet in de ervaring van de historiciteit van alle dingen, maar in de manier waarop men met die ervaring omging. Anders gezegd: in de antwoorden die erop werden gegeven. In dit artikel zal ik mij in de analyse van die onzekerheidservaring en de daarop gegeven antwoorden in vele opzichten beperken. Naar buiten toe tot de christelijke traditie. Andere middeleeuwse tradities, zoals

Aan zijn laatste toneelstuk. De redders, laat Gerrit Komrij de programmatische uitspraak voorafgaan: ,,Wat is, in de tweede helft van de twintigste eeuw, onze cultuur anders dan een verzameling fragmenten, losse flarden die uit alle macht een schijn van samenhang proberen op te houden?" Komrij's redders zijn altijd op weg: achter elkaar aan en langs elkaar heen proberen ze meester te worden van hun eigen ideeën. "Ze zoeken naar een verbinding met een wereld die er niet is", zegt Orpheus. Woorden zijn krachteloos in onze wereld, omdat ze nergens meer op lijken te slaan: het verband tussen de woorden en de dingen is verloren gegaan. Dat geldt ook voor de geschiedenis. Wie gelooft er in de geschiedenis als een zinvolle, toekomstgerichte beweging? Filosofisch gezien is de geschiedenis slechts verbeelding. Elke binding aan het verleden is een perspectief vanuit jezelf. Het verandert zo gauw je zelf van positie verandert, "leder zijn eigen Middeleeuwen", luidde onlangs de kop boven een krante-artikel. En het kaft van een van de meest recente boeken over geschiedfilosofie vertoont een achteruitkijkspiegel': een alles zeggend symbool! Wat hebben al die perspectieven en beelden met elkaar te maken? Waarover praten we, als we het over de Middeleeuwen hebben? Is er een samenhang tussen de mensen van toen en ons? Staan we in eenzelfde historische beweging? De huidige onzekerheid ten aanzien van de geschiedenis komt duidelijk naar voren in de woorden waarmee getracht wordt onze tijd te typeren. 'Post-industrieel', 'postchristelijk', 'post-modern', 'post-kritisch', 'post-historisch': het zijn allemaal termen die van een besef in een diepingrijpend veranderingsproces te zijn opgenomen, spreken. We leven in een tijd waarvan nog niet

315

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 381

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's