GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 350

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 350

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

derlanders de behoefte hebben elkaar op te zoeken", aldus de consul-generaal. De meeste nieuwe immigranten zijn naar ZuidAfrika gekomen met de gedachte volledig op te gaan in hun nieuwe land en dus ook sociaal te integreren. Maar in de praktijk voelen veel Nederlanders toch een verschil met geboren Zuidafrikanen. "Je praat gewoon over andere dingen. Negentig procent van de Afrikaner is bijvoorbeeld bezeten van rugby. Ze raken er niet over uitgepraat. Wij Nederlanders zeggen dan, ja, als het nu over voetbal zou gaan, o.k., maar rugby... daar hebben we niks mee. Het is niet zo dat je je opzettelijk afzondert, maar automatisch val je terug op Nederlandse vrienden", aldus een immigrant. Liefdegebod Naast de vele verenigingen die Zuid-Afrika kent, moeten ook nog de Nederlandssprekende kerkelijke gemeenten genoemd worden, die door een diplomaat in Johannesburg betiteld worden als "de facto gezelligheidsverenigingen". In Johannesburg is de gemeente betrekelijk klein: ongeveer 260 zielen. Vanaf de jaren vijftig hebben ze zich een eigen predikant kunnen permiteren. Het grootste probleem was bij welke kerk ze zich konden aansluiten. De Nederlandse kerken bedankten voor de eer, met het argument, dat er in Zuid-Afrika genoeg kerkgenootschappen zijn waar ze lid van zouden kunnen worden. Uiteindelijk, na jaren touwtrekken, heeft men onderdak gel'ii" SHARPVUU

vonden bij de kleinere Nederlands Hervormde Kerk in Zuid-Afrika. De Zuidafrikaanse NH-Kerk kan in zowel godsdienstig als politiek opzicht ter rechterzijde van de grote Nederduits Gereformeerde Kerk (NGK) geplaatst worden. De kerkdiensten, die elke zondag in de Nederlandse Maranatha-kerk in één van de buitenwijken van Johannesburg gehouden worden, verschillen weinig van de diensten in een doorsnee-gemeente in Nederland. De Maranatha-kerk zit voor de helft vol, met name met wat oudere mensen. De pubers zitten op de achterste rij, de jongere kinderen zitten tussen hun ouders ingekneld op de voorste banken. De Nederlanders in Johannesburg gebruiken gewoon het, ook bij ons bekende, Liedboek der Kerken. De oude getrouwe psalmen worden stevig meezongen. Met de liederen van Huub Oosterhuis heeft men daarentegen wat moeite. De meeste melodieën zijn vrij onbekend en worden haperend gezongen. De preek over II Cor. 5 legt de nadruk op het gegrepen zijn door Christus en het daarmee samenhangende liefdegebod tegenover de naaste. Met name het liefdegebod krijgt ruimte aandacht: de Nederlandse gemeente in Johannesburg moet niet opgaan in zichzelf, maar open staan voor de wereld. Nederlanders moeten proberen om op het kantoor of in het bedrijf kontakten met anderen te leggen, adus de predikant. Wie hij met die "anderen" bedoelt laat hij in het midden.

I V

Het na-oorlogse verloop van emigratie uit Nederland naar Zuid-Afrika. Het Sharpvtlle-effect (1960) is duidelijk te zien. In de jaren 73 en '74 riepen Nederlandse kerken op niet langer naar Zuid-Afrika te emigreren. Na 1978 beschikte de Directie voor de Emigratie van de minister van Sociale Zaken niet meer over cijfers van emigratie naar Zuid-Afrika

't/6 \j 'ff 'fy Vo >/ 'si 'J-J ^r '^r 'ri r/ 'St i-J 'io ' ' ' 'it 'it '^y i r iV 'O 'i^ 'ét

284

i«)gp

>^ '/i. '?J > r 'y^ 7«6 >y' ><< >y 'ffo 'f^' ^t

Disco-avondjes Of de Nederlandse gemeente in Zuid-Afrika in de toekomst ook nog bestaansrecht heeft, is de vraag. Het aantal emigranten naar Zuid-Afrika is de laatste tien jaar snel afgenomen. Er komen nog steeds Nederlanders, maar het type immigrant is veranderd. Ouderling Vernède: "Vroeger kregen we hier in ZuidAfrika veel vaklui, timmerlieden, metselaars, loodgieters, mensen die hun arbeid kwamen aanbieden. Nu zijn het meer de entrepreneurs, die met eigen kapitaal hier zaken willen komen doen. Dat soort mensen kunnen we goed gebruiken. Het bezwaar is alleen dat als het slecht gaat met de economie, deze mensen ook weer snel vertrokken zijn." Dit, image van de 'vluchtige immigrant' wordt bevestigd door de ambassade in Pretoria. Een woordvoerder zegt geen waterdichte cijfers te hebben. "Maar mijn subjektieve indruk is, dat de weinige Nederlanders die nog naar Zuid-Afrika komen, veelal jonge afgestudeerde mensen zijn, die hier vóór korte tijd werkervaring komen opdoen. Als ambassade raden we dat deze mensen overigens af. Werkervaring in Zuid-Afrika geldt in Nederland nu eenmaal niet als een pré." De teruglopende immigratie betekent dat de Nederlandse kolonie in Zuid-Afrika vergrijst. Er is geen nieuwe aanwas meer en voor de jongeren is het steeds moeilijker om een geschikte levenspartner binnen de kring van Nederlanders te vinden. De ambassade in Pretoria, gekonfronteerd met dit 'probleem', is onlangs begonnen met het organiseren van disco-avonden voor de Nederlandse jeugd. Doel is om jongeren de gelegenheid te geven "elkaar in een gezellige en besloten sfeer te ontmoeten".

Vies w o o r d Het gebrek aan nieuwe immigranten is niet de enige zorg van de Nederlanders in ZuidAfrika. Nog ernstiger is de oorzaak die daarachter ligt, een steeds kritischer wordende publieke opinie in het moederland ten aanzien van Zuid-Afrika. Sommige immigranten vertellen met onverholen nostalgie over de recepties die men vroeger op Koninginnedag hield. Men kon daar Afrikaner vrienden uitnodigen en met trots vertellen over Juliana en Bernhard. Wat is er mooier dan in den vreemde pronken met al die typisch Hollandse verschijnselen als het koningshuis? De laatste jaren is deze trots onder Nederlandse immigranten langzaam maar zeker afgekalfd. Nederland is in Zuid-Afrika een vies woord geworden. 'Holland' is in blanke Zuidafrikaanse ogen het lan.d dat op de barrikaden staat in de strijd tegen de apartheid en tot overmaat van ramp, daar andere Europese landen ook mee probeert te infecteren. Dit Afrikaner gevoel werd wel heel raak getypeerd door P. W. Botha, toen hij onlangs n.a.v. de affaire-De Jonge zei: "De relatie met Nederland is op een dieptepunt. Het '<^J'<fyifr kan niet slechter."

VU-magazine, 14e jaargang nr. 8, september 1985

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 350

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's