GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 149

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 149

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

dat de noodzaak tot simplificatie tot bevoogding leidt. Anderzijds moet vermeden worden het publiek te overvoeren met informatie. Reijnders ziet vooral in de bevoogding gevaar: Wetenschappers, vindt hij, functioneren vaak als pleitbezorgers. Professor Rip vraagt zich af of gezien de betrouwbaarheid en relevantie van risicogegevens de meest risico-informatie het communiceren wel waard is. Ook vraagt hij zich af of het publiek wel uit is op risico-informatie. Volgens hem is het publiek veel meer geïnteresseerd in signalen over wat wel en niet gevaarlijk is.

treden van verschillende risico's. Een mens loopt veel kleine risico's. Bij elkaar kan het echter behoorlijk oplopen. Reijnders: "Als men de som van alle risiconormen bekijkt, is het verbazend dat men maar een keer kan doodgaan." Hij heeft ook forse kritiek op de absoluutheid waarmee risicoschattingen gehanteerd worden. Volgens hem kunnen schattingen over de effecten van straling gemakkelijk enorm uiteen lopen, zonder dat iemand zich daar zorgen om maakt." Politiek Als de risico's tot op zekere hoogte in kaart zijn gebracht, komt de vraag aan de orde: hoe lang gaan we door om ze te reduceren? Volgens professor Rip kunnen normen niet onbeperkt streng worden gemaakt: "Bouwen we achter de dijk nog een slaperdijk? En daarachter nog een extra dijk — totdat er in de polder nog juist plaats is voor een boederij?" Er moet op een gegeven moment een grens worden aangegeven. Het is de politiek die uiteindelijk de grens trekt en daarmee de verhouding bepaalt waarin risico en risicobestrijding tot elkaar moeten staan. Mensenlevens worden gewogen tegen de onkosten om de risico's nog verder in te dammen. De keuze om bepaalde risico's — soms tegen onevenredige kosten — te bestrijden en andere risico's te accepteren wordt vaak niet ingegeven door wetenschappelijke berekeningen. Dit komt in de eerste plaats omdat de wetenschappelijke gegevens voor de politiek niet de enige argumenten zijn. De politicus moet bij voorbeeld ook zorgen voor een eerlijke verdeling van het risico over de bevolking. De gemeenschap betaalt bij voorbeeld voor de

Dr. J. J. Kolk

VU-MAGAZINE — APRIL 1986

Dr. Lucas Reijnders

veiligheid van de Zeeuwse bevolking terecht een hoge prijs. Het publiek legt een groeiend wantrouwen ten opzichte van risico-analyse aan de dag. Het gemak en de arrogantie waarmee wetenschappers in het verleden met risicocijfers goochelden is daar waarschijnlijk debet aan. De politieke discussie rond kernenergie was jaren het toneel waar wetenschapers elkaar met cijfers om de oren sloegen. Wetenschappers hebben zich daar niet alleen politiek laten misbruiken, maar zichzelf ook belachelijk gemaakt. Het presenteren van risicoberekeningen aan het publiek is een verantwoordelijke en moeilijke taak. Het gevaar dreigt daarbij

Miskend Prof. Van Wagenaar is hoogleraar psychologie in Leiden. Mensen hebben weinig boodschap aan wetenschappelijke risicoanalyse, stelt hij. Van Wagenaar: "Ik zal u een klein voorbeeld geven: Het risico van het niet dragen van een veiligheidsgordel is aan 90 procent van de mensen volstrekt bekend. Het probleem is niet dat men dat niet wist. Het probleem is dat men niet van plan is zich daar iets van aan te trekken. Men draagt een autogordel eigenlijk pas wanneer men bang is om bekeurd te worden." Volgens Van Wagenaar is beslist niet meer dan 10 procent van wat wij zoal doen te begrijpen uit overwegingen als risico schatten. De rest komt ergens anders vandaan. De wetenschap hoeft zich daardoor niet miskend te voelen, vindt hij. "De discussies over de grootte van risico's zijn niet van verschrikkelijk groot belang." Wetenschappers zijn niet onfeilbaar, betoogt Van Wagenaar. "Wie zei in 1932 dat er uit atomen geen energie valt te winnen? Albert Einstein! Welke natuurkundige, voorzitter van de Koninklijke Academie van Wetenschappen in Engeland, zei dat machines die zwaarder zijn dan lucht niet kunnen vliegen? Dat was Lord Keivin. Welke beroemde econoom zei in 1955 dat binnen 30 jaar alle energie in de hele wereld geheel en volstrekt gratis zo zijn? Dat was John van Neumann — niet de eerste de beste. Het probleem van Lord Keivin was niet dat hij wat moeite had met de preciese bepaling van het soortelijk gewicht van vliegtuigen. Het probleem is dat hij een redenering toepaste die volstrekt niet toepasbaar was." Over risicoberekeningen dreigen redeneringen gemaakt te worden die als een tang op een varken slaan", meent Van Wagenaar: "De analyse van omvangrijke ongelukken met moderne technische installaties leert dat die ongelukken nooit vantevoren in een risicoschatting verwerkt waren. De ongelukken die wel in een risico-analyse zijn voorgekomen, voorkomen we. We moeten ons afvragen: hoe onbescheiden mogen we zijn in de aanspraak dat de samenleving met onze wetenschappelijke voorspellingen ook rekening moet houden." n

135

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 149

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's