GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1988 - pagina 402

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1988 - pagina 402

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

de dood maar op de sterfscène. In de meeslepend gezongen coupletten van Le moribond neemt de hoofdpersoon afscheid van zijn vriend Emile, de pastoor, zijn rivaal Antoine en zijn overspelige vrouw. Juist dit viertal en de enscenering maken dit chanson tot een uitgesproken pennevrucht van Brei, die zich dan ook in de vertolking ervan - er zijn drie uitvoeringen op plaat verschenen - helemaal kan uitleven. In rivrogne (1961) troost de hoofdpersoon zijn vriend, die door zijn vrouw is bedrogen en aan de drank is geraakt. Drie jaar laten wordt ditzelfde thema uitgewerkt in Jef (1964), waarin de vriend nog meer is verloederd en met zelfmoordgedachten rondloopt. In Fernand (1965) is de door zijn echtgenote reeds in de steek gelaten vriend reeds (in de grootste eenzaamheid) overleden en wordt God aangeklaagd, dat hij zijn schepselen zo in de steek kan laten. En in A jeun (1967) heeft de dron-

Brei, wordt deze macabere feest- zijn angst voor de eenzaamheid. De vreugde gecreëerd om de dood te angst om het vertrouwde los te moeontvluchten. ten laten is heel diep in hem geworLe moribond kan in één adem wor- teld en vanuit psychoanalytisch oogden genoemd met Le tango funèbre punt gaat Ne me quitte pas (1959) (1964) en Le dernier repas, twee misschien wel het bekendste chanchansons die ook over scènes rond son van de zanger - veel verder dan het sterven gaan. In Le tango funè- een ontroerende smeekbede. Voorbre maken we kennis met het sarcas- alsnog verkiest Brei in Le dernier reme van Brei, dat in zijn latere reper- pas uiteindelijk de eenzaamheid, ontoire steeds meer de boventoon zou danks de angst die hij op de laatste gaan voeren. Alle 'grote thema's' momenten van zijn leven nog zal zijn minstens eenmaal het mikpunt voelen. van spot geworden. A mon dernier repasjJe veux voir mes Ah! Je les vois déja/Trop triste trop dfréres/Et mes chiens et mes chatsjEt l'aisejProtégeant sous le drapjTes le bord de la merjA mon dernier relarmes lyonnaisesjTu ne sais même pasjJe veux voir mes voisinsj Et puis pas/Que tu entres en ton enferjQuand quelques ChinoisjEn guise de cousinsj s'accroche a ton brasjLe bras de ton Et je veux qu 'on y boivejEn plus du quelconquejLe bras de ton dernierj vin de messejDe ce vin si jolijQu'on Qui te f er a pleur er/Bien autrement buvais en Arbois...jEt puisje veux enque moi... core/Lancer des pierres au cieljEn (Oh! Ik zie jou daar al (aan mijn criant Dieu est mortjUne dernière sterfbed)/Net iets té droevig, net iets fois.jAprès mon dernier repasjJe té gemaakt/Je komt zakdoeken te- veux que l'on s'en aillej Qu'onfinisse kort/Om je valse tranen te drogen/Je ripaillejAilleurs que sous mon toit...j weet zelfs nog niet, dat jij/- wanneer Dans ma pipe je hrüleraijMes souveje mijn kerkhof de rug hebt toe- nirs d'enfancejMes rêves inachevèsj gekeerd -/Jouw hel zult binnen- Mes restes d'espérances...j Et dans gaan,/Wanneer die ene van jou/- l'odeur desfleursjQuibientöt s'èteinjouw laatste - jou de arm geeft,/Ja drajJe sais que j'aurai peurjUne derdegene die jou heel wat meer/Zal nière f ois doen huilen dan ik...) (Bij mijn laatste maaltijd/Wil ik mijn broe(de)rs zien/Mijn honden ken hoofdpersoon van het chanson owel in La tango funèbre als en mijn katten/En het strand langs zojuist in een halve feestroes zijn onLe dernier repas distantieert de zee/Bij mijn laatste maaltijd/Wil trouwe vrouw ten grave gedragen en Jacques Brei zich van de ik mijn buren zien/En ook nog wat wordt ingegaan op de verhouding mensen die hem omringen, zelfs van Chinezen/Als mijn neven/En ik wil met zijn rivaal André Dupneu. Wat zijn vrienden. Le dernier repas intri- dat wij/Behalve miswijn/Ook dat betreft de enscenering treffen wij in geert vooral vanwege het Brueghe- heerlijk wijntje drinken/Dat ook in Le moribon, l'Ivrogne, Jef en A jeun liaanse tafereel, dat de chansonnier de Arbois werd gedronken.../En dan een sfeer van macabere uitbundig- met zijn plastische beschrijving op- wil ik nog/Stenen naar de hemel heid: roept. Zoals Le moribond refereert werpen/Terwijl ik voor de allerlaatJe veux qu'on riejJe veux qu'on dan- aan de in Zuid-Nederland en Vlaan- ste maal schreeuw/Dat God dood is. se j Je veux qu'on s'amuse comme des deren bestaande traditie om na af- Na mijn laatste maal/Wil ik dat men fousjJe veux qu'on riejJe veux qu'on loop van de uitvaart een banket te ervan doorgaat/En dat men deze danse/Quand c'est qu'on me mettra organiseren, zit ook Le dernier repas schranspartij/Elders dan onder mijn vol verwijzingen. Men kan hierbij dak voortzet.../En in mijn pijp verdans le trou. ('k Wil dat men lacht/'k Wil dat denken aan "de laatste maaltijd" rook ik/Mijn jeugdherinneringen/ men danst/'k Wil dat men zich als zoals deze op Griekse en Romeinse Mijn onvoltooide jeugddromen/En dwazen amuseert/'k Wil dat men grafzerken staat afgebeeld, maar mijn laatste beetjes hoop.../En met lacht/'k Wil dat men danst/Wanneer ook aan het Laatste Avondmaal uit rondom mij de geur van bloemen/ het Nieuwe Testament. Dit laatste is Die weldra zal wegtrekken/Weet ik, men mij in het graf legt.) meer waarschijnlijk, daar de religi- dat ik voor de allerlaatste maal/ itbundigheid, waarin vro- euze bagage, die Brei in zijn jeugd Doodsbang zal zijn.) lijkheid en wanhoop in el- had meegekregen, gedurende zijn kaar opgaan, herkennen wij gehele leven een rol heeft gespeeld p de laatste plaat van in Amsterdam (1964), waarvan al- vooral als ballast - waartegen hij Jacques Brei keren 'de grote leen de life-opname op plaat be- zich fel afzette; ook in Le dernier rethema's' in al hun intensiteit staat. Volgens de letterkundigen pas komt dit naar voren. terug. De naderende dood herkenBruno Hongre en Paul Lidsky, die Heel opmerkelijk is het laatste coup- nen we in de sombere teneur, die in in 1976 een gedegen analyse publi- let van het chanson. Dwars door het de zwaarmoedige maar ook quasiceerden van het oeuvre van Jacques repertoire getuigt Jacques Brei van vrolijke chansons overheerst. De

Begrippen als leven, doodgaan, en zelfs de tijd krijgen een eigen betekenis.

Z

U

36

O

VU^MAGAZINE—OKTOBER 1988

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1988 - pagina 402

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's