VU Magazine 1990 - pagina 29
Bacchantenoptocht. Dankzij een spiegel kan de toeschouwer waarnemen waar overmatig alcoholgebruik toe leidt. Detail van een schilderij van Heemskerck
Noord-ltalië komt er een beetje bij in de buurt. Er zijn in Nederland vanat de vijftiende eeuw vrijwel geen adellijke opdrachtgevers meer geweest. Het waren de burgers. Vanaf het begin van de zestiende eeuw kun je bijvoorbeeld van een Amsterdamse kunst spreken. Wat is dan typerend? De potretten die de gegoede burgerij van zichzelf liet maken. En rijmprenten met Hollandse teksten met opvoedende waarden, die ook voor de burgerij bestemd waren." Waarom is een burgerlijke, verstedelijkte cultuur eigenlijk moralistisch? Dat zou je een socioloog moeten vragen, vindt Veldman. Maar als ze ter plekke een antwoord moet bedenken, luidt het: "Burgerdeugden ontstaan uit de behoefte om de maatschappelijke positie te handhaven, die de burgers zelf hebben moeten verwerven. Er zitten conservatieve krachten achter. Conservatiever, denk ik, dan in een adellijke cultuur. Ook is het typerend voor een burger dat hij zich verder wil ontwikkelen. Hij kan omlaag vallen, maar hij kan zich ook omhoog werken, om hogere ambten te gaan bekleden, Daarvoor moet hij zichzelf opvoeden. Want het gaat erom dat je de geschiktVU-MAGAZINE—JANUARI 1990
ste bent, niet het zoontje uit een bepaalde familie." e kunnen hoog of laag springen, maar de Nederlandse cultuur is burgerlijk en moralistisch. Voor de zestiende eeuw is die gedachte opnieuw onderbouwd en voor de latere perioden is ze evenzeer aannemelijk, inclusief het heden. En de toekomst? Misschien dat de Nederlanders in 1992 toch niet de beste Europeanen blijken te zijn, maar hardnekkige burgers. De grenzen gaan open, maar het vingertje blijft geheven. D
W:
Literatuur: Lodovico Guicciardini, De idyllische Nederlanden, Antwerpen en de Nederlanden in de 16e eeuw. Vertaald door Monique Jacqmain. C. de Vries Brouwers 1987. Bart van Heerikhuizen, 'Het Nederlands Volkskarakter'. In: Amsterdams Sociologisch Tijdschrift, zesde jaargang nummer 4, februari 1980. J. Huizinga, Nederland's geestesmerk. Leiden 1946. Rudy Kousbroek, Nederland: een bewoond gordijn. CPNB 1987. P.J. Meertens en Anne de Vries (red.), De Nederlandse volkskarakters. Kok 1938.
27
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1990
VU-Magazine | 484 Pagina's