GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 410

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 410

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wetenschappers zijn maatschappelijk nauwelijks ter verantwoording te roepen. Ze zijn zo gespitst op hun eigen vakgebied, dat ze geen idee hebben van wat er in de rest van de maatschappij gaande is. ^^ "Voor zo'n experiment is een Huis niet voldoende. Je hebt daar minstens een Woonwijk van de Toekomst voor nodig. We mogen het Huis trouwens niet laten bewonen, het staat te boek als museum en zodra er iemand in trekt beginnen de ambtenaren te zwaaien met reglementen en bestemmingsplannen. Officieel mag je er niet eens een nachtje in slapen, maar dat heb ik natuurlijk wel gedaan." B

Een ander thema. Aan uw toekomst-projecten nemen veel bedrijven deel. U opereert daarmee op het raakpunt van wetenschap en commercie. Wat vindt u van de noodkreten dat de technische kennis in Nederland op uitsterven staat, nu de overheid blijft bezuinigen op de subsidies voor technologisch onderzoek? "Je moet dat niet overdrijven, maar er zit wel iets waars in. De overheid moet het technologiebeleid stimuleren; de universiteiten of het bedrijfsleven kunnen het alleen niet aan. De research-laboratoria van de grote bedrijven zijn tegenwoordig steeds meer produktgericht. In het NatLab, het natuurkundig laboratorium van Philips, v/erkte vroeger een grote groep aan fundamenteel onderzoek naar supergeleiding. N u zit er een man of tien, die opdracht heeft om met behulp van supergeleiding een bepaald soort folies te maken. Het moet meteen bruikbaar zijn, de vrijgevochten sfeer van vroeger is verdwenen en daarmee de creativiteit en ook de diepgang in de kennis. "In de sterrenkunde, mijn oorspronkelijke vakgebied, zie je ook dat de investeringen dalen. Nederland was daarin altijd leidinggevend en we leveren nog steeds onderzoekers van topniveau, maar grote projecten zijn niet langer uitvoerbaar. De tijd van de ANS en de IRAS, van Nederlandse satellieten in de ruimte, is voorbij." B

Sterrenkunde. Daarmee is het voor u allemaal begonnen. Nu werkt u als publicist, producent van televisieprogramma's, directeur van een paar ondernemingen en volgens uw curriculum ook nog eens als hoogleraar in Hong Kong. Wie is eigenlijk de echte Chriet Titulaer? "Ik ben begonnen in de wetenschap, als onderzoeker in de Verenigde Staten en in Frankrijk

bij instituten die ressorteerden onder NASA en de Europese ruimtevaart-organisatie ESA. Toen ik in Parijs werkte kreeg ik op een avond bezoek van professor Marcel Minnaert, mijn leermeester in de sterrenkunde. Hij kwam speciaal uit Nederland om met me te praten. Hij zei: 'Ik heb u een tijd gevolgd en ik zie dat u goed bent in de wetenschap en in de journalistiek, maar u moet wèl kiezen.' In die tijd schreef ik namelijk ook al voor verschillende bladen en werkte ik zo af en toe voor de televisie. Die avond heb ik gekozen. Het zuiver wetenschappelijke werk is toen afgevallen." B Waarom? "Het is me te eenzijdig. Ik noem maar wat: een onderzoeker van de hersenen mag niet meepraten over de voeten. In de sterrenkunde moet een maanonderzoeker zijn mond houden over de zon. Die beperking tot enge vakgebieden was me te benauwend, de uitwisseling is te beperkt. In de sterrenkunde treffen de onderzoekers elkaar wel op de bijeenkomsten van de Astronomische Unie, maar op zo'n bijeenkomst gaan ze vervolgens toch weer naar hun eigen, gespecialiseerde werkgroepen. In de wandelgangen gaan de gesprekken niet over fundamentele vragen, hoogstens over het instrumentarium. Hokjesgeest, zo mag je dat toch wel noemen." B Wat zijn de gevolgen? "Dat je wetenschappers nauwelijks maatschappelijk ter verantwoording kunt roepen. Ze zijn zo gespitst op hun eigen vakgebied, dat ze geen idee hebben van wat er in de rest van de maatschappij gaande is. Op de Sterrenwacht in Utrecht, waar ik mijn doctoraal heb gehaald, stonden veel mensen feitelijk buiten de maatschappelijke realiteit. Ik maak me sterk, dat ze vandaag de dag nauwelijks weten wat er in voormalig Joegoslavië of Rwanda gaande is." B Moet ik dat letterlijk nemen? "Jazeker, ik meen wat ik zeg. En dat is jammer, want het zijn vaak heel getalenteerde mensen. Overigens, er zijn natuurlijk uitzonderingen. Denk maar aan een figuur als Jan Tinbergen of aan mijn leermeester Minnaert. Diens credo was dat de ontdekkingen van de wetenschap moesten worden uitgedragen aan een groot publiek. Zonder hem was ik nooit in de sterrenkunde terecht gekomen, dan v/as ik nu leraar natuurkunde geweest. De sterrenkunde was eerst alleen een bijvak bij mijn studie natuurkunde. De persoon van Minnaert boeide me en de belangstelling voor het vak dat hij gaf kwam toen vanzelf. Z o gaat het vaak." B

Heeft die hokjesgeest ook gevolgen voor de wetenschap zelf? Blijven er verkeerde theorieën rondzingen zonder dat ze gecorrigeerd worden? Krijgen verfrissende ideeën onvoldoende kans? "Dat valt wel mee. Gespecialiseerde onderzoe-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 410

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's