GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 74

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 74

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Andere parapsychologen stellen zich echter veel skeptischer op dan Busch. Ook zij beroepen zich op onderzoek, maar zij hechten minder waarde aan anekdotische gegevens dan Busch doet. Busch is ervan overtuigd dat helderziendheid bestaat. Een parapsycholoog als Henk Boerenkamp sluit het bestaan van helderziendheid niet uit, maar concludeerde na zijn promotieonderzoek met twaalf gerespecteerde paragnosten, dat hun uitspraken "voor 90 procent zijn gebaseerd op redenering, voor 10 procent op fantasie (...) en voor O procent op een helderziende gave." Spontane helderziende ervaringen van 'gewone mensen' overtuigden hem evenmin. Een hulpverlenende parapsycholoog als Busch heeft haar cliënten dus, behalve haar ervaring met paranormaal gekleurde geestelijke nood, ook haar geloof te bieden. Reguliere hulpverleners - met wie het PI overigens regelmatig samenwerkt - leren in hun opleiding niets over parapsychologie, aldus Busch: ze onderkennen daardoor de verschijnselen niet en weten niet wat ze eraan moeten doen. Busch: "De meeste mensen die hier komen, willen niets meer met een Riagg te maken hebben, vooral omdat ze daar niet serieus worden genomen. Er wordt niet op hun paranormale ervaringen ingegaan, of die worden uitsluitend psychologisch verklaard." Bij navraag blijkt dat de ene Riagg zelden mensen treft met paranormale ervaringen, maar in voorkomende gevallen wel doorverwijst naar het PI, terwijl de andere geen moeite heeft met uittredingen en helderziendheid. Karel Lambers, hoofd van de afdeling psychotherapie van Riagg Rijnmond-Noord'west: "Riaggs moeten mensen met dergelijke ervaringen zeker niet afstoten." De positivistische grondslag van reguliere psychotherapie hoeft volgens hem een begrijpende en geslaagde behandeling niet in de weg te staan. "Paranormale" cliënten zijn even goed of slecht te helpen als - bijvoorbeeld - extreem religieuze. "Het gaat niet om de inhoud van het geloof, maar om de persoonlijkheid. Iemand die vreselijk rigide is, zal waarschijnlijk ook op andere hulpverleners afknappen." Veel spijtoptanten consulteren na of naast de Riagg een paragnost. Neem het geval van mevrouw H. (30), die op een dag, als ze op haar zolder de was ophangt, een geestverschijning ziet. Mevrouw H. heeft al van kindsbeen af helderziende en telepathische ervaringen, maar daar kan ze met niemand over praten. De verschijning maakt haar zo aan het schrikken, dat ze haar heil zoekt bij een paragnost. Op zijn aanraden zet ze op zolder een glas melk en een stuk brood neer. Als die verplaatst zijn, aldus de paragnost, is er sprake van een geest. En jawel: de volgende dag is de melk omgevallen en het brood verdwenen. De paragnost kan echter verder niets voor haar doen. M e vrouw H. wordt steeds banger in haar eigen huis en wordt uiteindelijk opgenomen voor psychiatrische behandeling.

28

Het geval van mevrouw H. werd beschreven door de parapsycholoog Richard Krebber, in de 'Parapsychologische Nieuwsbrief' van november 1993. Krebber is oprichter van de stichting 'Platform Paranormaal Contact', die hulpverlening, voorlichting en begeleiding biedt op parapsychologisch gebied. Bij paragnosten m o e t j e zeker niet zijn, stemt Busch in met Krebber. "Als je zelf paranormale ervaringen hebt waarmee je geen raad weet, kun j e een bezoek aan een paragnost wel zien in de sfeer van 'lotgenotencontact', een zelfhulpgroep. Maar dat is iets anders

v u MAGAZINE FEBRUARI 1994

dan therapie. Mensen die veel van deze ervaringen hebben, gaan hun subjectieve belevingswereld verheffen tot een objectieve werkelijkheid. Als je tien paragnosten op een rij zet, krijg je dus tien verschillende verhalen. Mensen dichten aan paragnosten en paranormale genezers ook veel meer gezag toe, omdat ze denken dat die als mens op een hoger plan staan. Sommigen laten zich zelfs voorschrijven welke kleur auto ze moeten kopen."

i^ÊÊmmÊÊÊÊÊ^m

^Onlichamelijke ietsen^

Deventer. De psychiatrische kliniek Brinkgreven was op 19 november 1993 gastheer voor het symposium 'Onvatbare zaken in de psychotherapie wetenschappelijk ontleed', georganiseerd door de sectie 'Psychotherapie van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie'. De sprekers zijn lid van het 'Parapsychiatrisch Genootschap', een clubje van tien a vijftien psychiaters die zich interesseren voor het paranormale. De organisatie van het congres heeft twee jaar geduurd - volgens een van de sprekers als gevolg van het wantrouwen dat het psychiatrische establishment koestert tegen collega's die zich zo diepgaand met onvatbare zaken bezighouden. Begrip, een open oor en een onbevangen houding waren sleutelwoorden op het congres. Geen van de genodigden repte van medicatie; wel werd meditatie aanbevolen als weg tot inzicht, zowel voor de behandelaar als voor de cliënt. Maar de geneesmiddelenindustrie liet zich ook in Deventer niet volledig van het toneel dringen. Voor het gezelschap van psychiaters en psychotherapeuten de lunchtafels met Sallandse specialiteiten en de uitstalling van uitgeverij Ankh-Hermes bereikte, moesten allen het kraampje passeren van een van de sponsors; een farmaceutisch bedrijf dat bij 'pathologische angst' en 'spanningstoestanden' Tranxène aanbeveelt. Verkrijgbaar als capsules, tabletten en injecties. Bijwerkingen? "Nauwelijks geheugenstoornissen en vermindering van intellectuele functies". De wetenschap, vertegenwoordigd door enkele hooggeleerde sprekers, streeft andere doelen na dan de naar erkenning dorstende paranormalen, zo bleek al snel. De eerste spreker, G. Glas, psychiater en hoogleraar in de reformatorische wijsbegeerte, heeft zijn lezing amper beëindigd, of de psycholoog Riemersma maakt zich meester van de zaalmicrofoon om aandacht te vragen voor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 74

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's