Uit de diepte - pagina 31
Bijbellezingen door de afgezette leeraren en hun trouwe medebroeders te Amsterdam in de lokalen gehouden. I en II: Alzoo zal het onder u niet zijn.
31
Hem kwam.
Maar verder nog gaat dit schenken van macht en want ook macht geeft Hij om de onrein e geesten uit te werpen en anderer ziele te ontbinden. o, Die goddeUjke macht des Geestes, ze teekent haar gouden tot
heerschappij
,
op alle paden des levens. Machtig om te behouden. Machtig om te erbarmen. Machtig om tranen te drogen. Machtig omwonden te verzachten. Machtig om Satan
spoor
Machtig ook om de eigen tong in te bannen. houden, en te trionifeeren over eigen vleesch En dan gaat die goddelijke, die heilige, die hemelsche Macht voort en verder, en na de kinderen geroepen en de uitgegledenen weer opgericht, en de gebondenen losgemaakt, en de bedroefden getroost te hebben, slaat die Macht dan ten slotte zelfs op onze vijanden over, en ge krijgt macht zelfs voor uw V ij a n d e n te bidden. o. God, worde die heiligste aller machten ook in deze dagen mildelijk in uw volk betoond Want, Broeders en Zusters strijden is wel en verslonden te worden van ijver voor het huis des Heeren is treffelijk en niet te bukken voor een ingeslopen macht eert den lieren worstelaar; maar koninklijker nog dan die allen overwint de held des Heeren, die zegenen kan wie hem vloekt en bidden kan voor wie hem geweld aandoen of hem vervolgen. o, Het is niets, zulks in dagen van vrede te loven als schoon, of ook in vlagen van gramschap als zelfvertoon van vroomheid te koop te dragen. Maar nu, nu het op de praktijk aankomt, nu er weer wezenlijke verdrukkers en vervolgers en die ons geweld aandoen opdaagden, nu wordt het voor elk teeder kind des Heeren een hoogst ernstige vraag: „Ben ik, ik, ook reeds zoo ver, dat ik voor hen die m ij thans vervolgen, in oprechtheid voor mijn God, bidden kan! Er is in deze dagen ook soms een toon beluisterd, die riep van een , nemen met geweld", en „dat men wel duizenden op den Dam of voor onze kerkdeuren kon saambrengen", en dat van
toom
verre te
om
!
;
;
klonk krachtig, maar was en zwak?
het niet geestelijk
machteloos
Want immers bij zulk een machtsbetoon zou het alleen op de spier van uw arm en de kracht van uw vuist aankomen, en dan ware allicht een ruwaard uit de heggen en stegen u nog te sterk af. Maar als ge
geestelijke
voor uw vijanden
te
macht verwerft, de macht ook o
bidden,
m
dan, B. en Z. werkt en perst in u een heilig dringen, dat geen kind der wereld u nabootst en w-aardoor ge eiken tegenstand verwint. !
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1886
Abraham Kuyper Collection | 34 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1886
Abraham Kuyper Collection | 34 Pagina's