Het werk van den Heiligen Geest - pagina 73

HET HEIR DES HEMELS EN DER AARDE.

verklaarden,

juist

geven,

uitlegging

dezelfde

kerk van hun lip-

de

die

35

pen opnam.

we

In de tweede plaats geven

Geest" enz.

niet toe, dat »zijnen

7iiet

op

slaan, en dat wel, overmits in

van den Heiligen Geest zou

Persoon

den

het Nieuwe Testament gelijksoortige uitdrukkingen voorkomen, die buiten

den Persoon des Heiligen Geestes bedoelen. Bijv.

twijfel

Geest

doen

Zoons uitgezonden''

xijns

door den

zal

monds"

Geest zijns

Thess.

(2

2:8);

In de derde plaats laat de uitdrukking in Ps. 33

Heeren

des

of hiermee tevens

hun

de

in

»Heeft

:

6

:

is

enz.

»Door het Woord

verband met Gen. 1:3: »God

in

en Joh.

licht!''

1

:

3,

geen twijfel over,

tweede vershelft: »Door den Geest zijns monds

de

dat

al

in soortgelijken zin verstaan dient te worden.

de laatste plaats op, dat van een Geest van God te

wij in

die

de Heilige Geest zelf zou

niet

Heilige

Schrift

van

zijn,

Westersch

een

en

eenvoudig het indragen menschelijk

begrip zou

school, die in een leger heerscht, en bedoelen daar

een

op

die

aldus den geest, die van den mensch uitgaat, onder-

die openbaar wierd;

scheidend van

Maar

persoon en wezen.

zijn

Van

den Heere overgebracht.

kan terecht gezegd worden

:

den Christus,

dit in

nu kan noch mag op God den staat

zijner vernedering,

»Den zin van Christus hebben", en dus ook

»Den geest van Jezus" soms aanduiden: »Gelijke gezindheid

Maar van

was,''

het goddelijk

willen onderscheiden,

mag

niet.

Het

ganschelijk

zijn

dan meê

booze neiging, zekere onheilspellende richting^

zekere

gezindheid,

zekere

Dit

ver-

Wij, ja, spreken van den verkeerden geest, die onder een bevolking,

zijn.

te

God den

de tweede Persoon in de Drieëenheid bedoeld; waaruit dan

En merken spreken,

en daar was

licht

zij

volgt,

heir'',

de hemelen gemaakt",

zijn

sprak: Daar

:

»Den welken de Heere

4:6);

(Gal.

is

Wezen

zelf

als in

Jezus

nog een geest van dat Wezen

van dat goddelijk Wezen aardschelijk denken.

goddelijk zelfbewustzijn

onderscheiden.

En

is

terwijl in

van ons menschelijk bewustons,

menschen, zeer scherp

te onderscheiden valt tusschen onzen persoon en ons bewustzijn en onzen

God

daarentegen ganschelijk weg, en

er juist de Persoonsonderscheiding

van Vader, Zoon en Geest voor

valt

zin,

komt

deze

onderscheiding

bij

in plaats.

Zelfs

Geest"

waar »adem wordt

zijns

monds'' ter verklaring aan de uitdrukking »zijuen

toegevoegd,

mag

deze opvatting niet worden prijsgegeven.

Dat toch ons »ademen'\ evenals het »ademen der elementen" in den wind, die voor Gods aangezicht stormt, overeenkomt met het wezen des geestes, blijkt

uit

de sprake van

beelden van geest en

Het

»blazen"

is

alle natiën.

adem

in heel

Schier allen toch drukken de denk-

en wind met verwante of gelijke woorden

uit.

de Heilige Schrift symbool van geestesmeêdeeling.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen