De verflauwing der grenzen - pagina 62
Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit op 20 october 1892
6o uit,
Calvinistische
dier
wilt,
zijn
en moedig
kloek
steeds
dat
ge
het
kloek
ivoorden
in
moet
zijt,
die in de vreeze
vaderen,
zoo wondere kracht ontwikkeld hebben. Maar alleen
nakroost
dit beginsel
ik
en
Gods
zeg meer. Niet
uitgesproken, maar
ook in dadoi^ in heel uw levenspositie moet het vertolkt. En daarom dring ik u tot zelfonderzoek, ook in uw Corpsleven. U was daarin de schoone taak voorgesteld, om het gulle vrije studentenleven
naar het Calvinistische type te hervormen, te
verrijken, te heiligen.
geslaagd?
maar
bij
uw
Is
de
En
nu, twaalf jaren liggen achter u. Zijt
ge
doel bereikt? Ik oordeel niet, ik vraag slechts
liefde die
ge ons beginsel,
;
de de hooge sym-
bij
pathie die ge onze Universiteit toedraagt, bid ik
u, rust niet,
ook uw studiën en uw studentenleven aan die hoofere 'roeping doet beantwoorden. Ons volk zal er u om liefhebben en de gunste onzes Gods zal er u voor kronen. eer
o-e
En nu mijn laatste taak, de overdracht van het Rectoraat. Naar rangorde hadt gij zelf hier moeten staan, mijn geachte ambtgenoot en hooggeachte vriend Lohman. Nu verzocht ge mij voor te gaan; en hieraan dank ik de anders zoo zeldzame gelegenheid,
hoogen ter wille
prijs
om
openlijk
waarop
van ons volk,
getuigenis
uw én om
ik
bezit,
af als
te
leggen van den
een gave Gods,
mijzelven, waardeer. In u
is
én
zoo
van een pantheïst. Alle grenzen zijn bij u zoo scherp geteekend. Gij weet, Schopenhauer koos ten titel van zijn hoofdwerk:
niets
Die Welt als JVillezifid Vbrstellun£', de zail alskracht voorop. Mij dunkt, had hij u gekend, uw beeld zou hem onder het schrijven gedurig voor den geest hebben gezweefd. Want dat is het wat bij uw persoon zoo telkens tot dank en tot bewondering stemt, dat
in
geheel
uw
optreden zich rusteloos die doorzettende wils-
kracht openbaart, die u zelven voor geen
uw woord
ofifer
terug deed deinzen,
debat tot zulk een machtig wapen maakti en die een persoonlijke kracht van u doet uitgaan, in welken kring die
in het
ge ook optreedt. Daardoor blijft het spoor zoo diep ingedrukt dat ge op uw pad achterlaat en schijnt het vaak, of de identiteit van een kracht die soms wel moet afstooten, en toch tegelijk zoo
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 104 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 104 Pagina's