GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 502

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 502

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZONDAG

490

1

XV

Cor.

:

16:

XVII.

HOOFDSTUK

IV.

de dooden niet opgewekt worden, zoo

,,Indien

is

ook

Christus niet opgewekt". Dit

ligt

dan ook

in

den aard der zaak.

Zonk toch iemand zoo hem ontging en dit leven Christus' verrijzenis uit de

diep,

dat

besef van een eeuwig aanzijn

alle

al zijn leven wierd,

dooden gelooven

?

hoe zou hij dan ooit aan Dat doet zoo iemand niet.

Zoo iemand

gelooft aan niets meer. Aan geen Heilige Schrift. Aan geen Godheid des Middelaars. Aan geen mysterie der Vleeschwording. En hoe zou zulk een dan plotseling wel aan de Opstanding Christi gelooven ? De uitkomst heeft dan ook getoond, dat zulke lieden reeds lang, en zeer lang elk geloof aan Jezus' verrijzenis hebben uitgeschud, en dat het alzoo volstrekt onmogelijk is, het geloof aan de onsterfelijkheid door verwijzing naar dit voor hen niet meer bestaande feit te bewijzen. Dit kan eenvoudig niet. Nooit is één eenig mensch op dien grond aan de onsterfelijkheid gaan gelooven; en slechts oppervlakkig misverstand las dit een tijd lang in het apostolisch woord. Onze Catechismus drukte zich daarom ook zeer nauwkeurig uit, toen hij beleed: Christus' opstanding is ons een waarborg, niet van een aanzijn na den dood, maar van een zalige opstanding. Immers niet enkel die van Christus zijn staan op. „De ure komt, dat allen die in de graven zijn, de stem (van den Zoon) hooren zullen, en zullen uitgaan, die het goede gedaan hebben tot de opstanding des levens, en die het kwade gedaan hebben tot de opstanding der verdoemenis"

V

(Joh.

Ge

:

28).

met zijn spreken van opstanding" bedoelt. Het is hetzelfde wat Jezus noemde: de ,, zalige opstanding des levens, in tegenstelling met de opstanding der verdoeziet

dus aanstonds, wat de Catechismus

menis.

Niet dus daarvoor, dat er onsterfelijkheid is, niet daarvoor dat er leven na den dood zij, en zelfs niet dat er een opstanding zij, maar daarvoor dat deze opstanding voor Gods kinderen een zalige opstanding, een opstanding ten leven, en niet ter verdoemenisse zijn zal, daarvoor ligt in Christus' verrijzenis waarborg.

„Opstanding"

is

niet hetzelfde als een

,,

leven na den dood". Die beide

Het aanzijn na den dood begint terstond als de ontslapene zijn laatsten ademtocht uitblies, maar de opstanding komt eerst eeuwen later als de Christus wederkomt ten oordeel. Paulus zegt het zoo duidelijk: „Een iegelijk in zijn orde: de eersteling Christus; daarna zijn

streng onderscheiden.

die van Christus zijn

de wolken.

in

zijn

toekomst,

d.

w.

z.

bij

zijne

wederkomst op

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 502

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's