E voto Dordraceno - pagina 11
toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Eerste deel.
ZOND.
mus,
u
en daarop opent
begrepen,
vragen naar
te
HOOFDSTUK
I.
uw
u het heiligdom der waarheid door
hij
„troost".
„Troost" gaat altoos in het bewustzijn ingaat,
den
geen
is
Wel kan
troost.
en wat niet in het bewustzijn
komen door den
blik
van
door de deelnemende uitdrukking van zijn gelaat, door de
oog,
warmte van
zijn
handdruk, door de deernis van
zijn
daad.
Maar toch
troost
én dat oog én die gelaatstrek én die handdruk én die daad mij
brengt
als
eerst,
mijn bewustzijn er de beteekenis van greep.
liefdebetooning
derste
in,
toegegeven, dat troost niet enkel in woor-
ons komt. Er kan ook troost tot mij
tot
iemands
dan
I.
mijn
bewustzijn
zulk
een
zijn,
zal
laat
mij
volkomen
de liefde niet in ontdekt heeft.
er
Ook de
tee-
troosteloos en ongetroost, als
En
hoe bliksemsnel
werking van het bewustzijn ook toega, toch moet ze er altoos er
troost
komen. Een slapende kan
ik niet troosten,
wakker worde. Een bewusteloos ingezonkene moet
ik,
om hem
tenzij
te
hij
kunnen
troosten, eerst terugroepen tot zijn bewustzijn.
Al wat nu de wereld boven, óf de wereld om, óf de wereld in ons op de
zilverplaat
van
ons bewustzijn neerschrijft, moet van die zilverplaat
van ons bewustzijn afgelezen, en dat aflezen nu kan nooit omgaan buiten ons denken. Ook dellijk besef,
hoe zwak
dit
gaat meest met
maar toch het denken
ook, altoos
werkzaam.
al
is
de bliksemsnelheid van ons onmid-
in dat aflezen
van ons bewustzijn,
Immers, zoolang dat denken nog geheel
in ons sluimert, heeft ons bewustzijn ons bijna niets te vertellen, en naar-
mate het denken ontwaakt en zijn bewustzijn al
En
rijker wordt, leest
zoo dan ook, als er gesproken wordt van „onzen eenigen troost in
leven en sterven," dan verstaan zoo
een iegelijk van ons in
meer.
voorbijgaat,
we dat
niet van een gevoelsbeweging, die
van een nevelachtige gewaarwording of onvasten
noch
indruk, die straks vervliegt, maar dan verstaan we daaronder met Ursinus,
en
met
al
onze even kundige als vrome vaderen wel terdege: een ver-
standelijke overlegging, d.
i.
een hoogst belangrijke overweging, die in ons
bewustzijn ingaat, en door het denken weer uit dat bewustzijn kan wor-
den afgelezen.
Wat
wil,
wat onderstelt dan die „troost"?
Hij wil, hij onderstelt, dat er in
uw
bewustzijn allerlei overwegingen en
overleggingen omgingen, die u bedroefd en ongelukkig maakten. Menschen, in wier bewustzijn niets
omging, voor die
ziet voor zich personen, in
heeft
dan opgehouden
;
er
is
deze troost niet.
De Catechismus
wie het bewustzijn begint te ontluiken. Het spelen
komt eenig nadenken
schap geven van den toestand
;
;
er is een begin
van reken-
op het spiegelvlak van het bewustzijn gaat
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's