Pro rege - pagina 40
of, Het koningschap van Christus. Eerste deel. Het koningschap van Christus in Zijn hoogheid
PRO REGE.
34
kunnen
kenis
de
als
in
't
allereerst
van
in
te
bereiden. Uit het
maar voortgaat
het gewicht van zulke vraag-
noch
roeping ver-
zijn
om
met allen
feit
men
nu, dat
veelszins dat
kracht uit te putten in het afwikkelen
zijn
vraagstukken van tweede, derde en vierde orde, dat
te zeer,
al
men voor
het gevaar dat dreigt geen
deswege waant zich een weelde
heeft, het niet inziet, en
blijkt
open oog te
mogen
veroorloven, die alleen in dagen van vollen vrede ons deel kan
komt dan, dat de
Daarbij
van zich
en
zijn.
wint maar
den noodlottigen indruk
vestigt, dat
;
dat
de machtige heerschappij der liefde Christi
te genieten,
te
bewonderen
althans niet in de tenten der geloovigen zijn schuil-
moet zoeken. Het odium theologicum,
plaats
men
niet
liefde verkoelt
afstoot, en naar buiten
om
men,
dat
is
de verdediging van de veste tegen den vijand met
voor
allerlei
maar
staat,
zulk een oogenblik zich niet opmaakt,
wie
saam
niet doet,
verzwegen mag worden,
niet verzinkt, en dat zijn plicht
staat,
alle kracht
niet
voor de poorte
vijand
stukken
maar wat
zijn;
mee wie godgeleerden
elkander plegen
zijn
te bestrijden,
Nu nog kan men
geworden.
spreekwoordelijk
de vinnigheid waar-
d.i.
in
is
helaas
het verre Oosten
de jammerlijke gedeeldheid van Nestorianen, Katholieken, Grieksch-
Orthodoxen, Armeniƫrs, Kopten, Marionieten, en hoe ze verder heeten, betreuren, die,
gevolg van dat theologi:ch getwist, onder
als bitter
de hoogheid van den Islam de Christenen in machteloosheid houdt.
Ook
daar hebben de Christenen, toen de vijand voor de poorte stond,
dreigend
het
gemeenschappelijk gevaar
twaalf,
dertien
vrucht
van
gading
alle
niet ingezien, en
nu reeds
eeuwen lang plukken hun nakomelingen de wrange
wat,
toen
de
verzondigd,
Islam
opkwam, door de Christenen van
verzuimd
en misdaan
is.
Ook de
vraag-
stukken, die destijds de Christenen in het oosten verdeelden, waren
op
zichzelf
dat
waar
zeer
zeker
van gewicht, maar wat ze voorbijzagen
het bestaan en de bloei van Christus' kerk zelf
staan elk ander vraagstuk zijn
Hoe men rijke
zich kleeden zal,
quaestie,
maar
als
is
op
overwegend gewicht en belang op zichzelf een volstrekt
niet
't
is,
spel
inboet.
onbelang-
ge doodkrank, met den dood voor oogen,
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1911
Abraham Kuyper Collection | 579 Pagina's
![Pro rege - pagina 40](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/pro-rege/1911/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1911
Abraham Kuyper Collection | 579 Pagina's