De Meiboom in de kap - pagina 10
openingswoord ter deputaten-vergadering van 24 April 1913
DE MEIBOOM
8 handteekening
tot
IN
DE KAP.
wet zal hebben verheven, dan zal na een druk van
nogmaals tachtig Spaansche jaren een tweede monument van burgerons goede Nederland gesticht
vrijheid in
Meiboom mij,
niet, die
ook
in
hoe geen leuze beter dan „De Meiboom
uw
van deze
zeldzaam
En toch gevoel
O, verstaat ge dan de
zijn.
mijn hart opbloeit, en voelt ge niet zelf met
rijke
ik bij
vreugde, hoe er misschien
dit uiting iets
de kap" de beteekenis
geven aan zoo beschamende
toch gaapt tusschen mij en een niet
zoo gering deel van mijn gehoor. tot bijna vijftig jaar in het
in
Deputatenvergadering kan vertolken ?
Wat ik voor
u deed opleven, ging
verleden terug, en verreweg het meeren-
deel van onze huidige Deputaten dagteekent van jonger geboortejaar. strijd
De mannen mee mocht
in
wier kring en onder wier leiding ik den eersten
strijden, ze zijn schier allen
voor lang ingegaan, en het
De oude
aards omringen.
zijn
de eeuwige ruste reeds
hun zonen, die
Elout, de
mij
nu reeds
als grijs-
oude van Beeck Calkoen, de
oude Pierson, de oude de Marez Oyens, de oude Mackay en zooveel meer, vormden toen de kleine wolke van getuigen, die om Groen van Prinsterer zich geschaard hadden, te
waken.
strijd
Dat
zijn
om
voor de kinderen onzes volks
de mannen geweest, die de eerste
van den
doorstaan en doorworsteld hebben, en in wier zegenende sym-
pathie ik mij
bij
mijn eerste optreden mocht verkwikken. Maar sedert
wegstierven, en zelfs niet weinigen ook van hun zonen reeds ten
zij
grave daalden,
is
er een jonger geslacht
onder ons aan het woord
gekomen, dat wel van dit eerste lijden ^e^oor(i heeft, niet
mee
stonden te
hitte
maar het
heeft doorleefd. Die jongeren traden aan, toen wij
om
op
't
zelf
punt
reeds in het derde bedrijf van het heroïeke drama over
gaan. Drie bedrijven toch liggen hier in
gebakend achter ons.
's
lands historie scherp af-
Eerst het bedrijf, dat
men
het bedrijf der
wanhoop zou kunnen noemen. Alles donker om ons heen. Niet één enkel lichtpunt. Ons Christenvolk slapende de sluimering der onbewusten. En in heel 't land 't Liberalisme heer en meesgansch
ter,
trad
en
om
't
even, of
't
den Cocksiaan met
conservatief naar ouden stempel opzijn
dragonders nazat, of
te
wel
in
Kappeyne het decretum horribile deed uitgaan „Dan moeten de minderheden maar onderdrukt worden !" Het was in die eerste peri:
ode, dat als ze laf
we
in letterlijken zin getyranniseerd
ons onder den voet hadden, nog
en vinnig gesmaald werden.
We
en door onze tyrannen,
bitterlijk
gesmaad, soms
bleken er ónder
te
zelfs
moeten. Alle
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1913
Abraham Kuyper Collection | 28 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1913
Abraham Kuyper Collection | 28 Pagina's