Leven en arbeid van Dr. A. Kuyper - pagina 196

KUYPER ALS STAATSMAN.

DR.

174

afloop der verkiezingen van 28 Juni

vraag gesteld,

Kuyper

1913 had Dr.

hoogere roeping aan de anti-revolutionaire

of

de

partij

nog langer veroorloven zou, de verhooging van invoerrechten op het stembus-program te handhaven, daar de geestelijke belangen moesten voorgaan en wij ons van dit louter materieele vraagstuk zouden hebben los te maken, tot er kentering kwam in de publieke opinie. Hij had dit niet mogen doen. Het ging niet aan dat de leider zonder raadpleging van het Centraal Comité op eigen autoriteit kwam verklaren, dat de tariefverhooging van het program van actie moest afgevoerd worden. De Roomsche pers was er niet over te

De Standaard

spreken, en ontzegde

het recht

om

zoodanige veran-

dering in het gemeenschappelijk program te maken.

een

grief, dat Dr.

K

yp

u

e r in

de eedsquaestie

in

Nog was

1914 eerst in

het

De

Standaard uitsprak dat een desbetreffend wetsvoorstel van Minis-

O

ter

om

eerst

r t

hem daarna

door

der beginselen wil onaannemelijk was, terwijl

in

Kamer verklaard werd,

de Eerste

het tot een einddecisie

kwam,

dat wanneer

geen anderen uitweg zou zien dan

hij

waarop de Minister had aangedrongen. Ook wordt tegen Dr. K u y p e r ingebracht, dat hij het had doen voorkomen, alsof de leden der Anti-revolutionaire partij gebonden waren, niet aan het program dier partij, maar aan de toelichting van dat program door dien

K

Dr.

uyp e

gegeven.

r

Zullen wij nu deze grieven gaan onderzoeken, of er dan niet op af te

K

dingen valt? Laat ons veronderstellen dat u

y

dan

p er

niet beter geweest, indien

de Heeren Mr.

om

Dr. Kuyper's huis gegaan waren zijn leiding

willen

en

zijn

dit

toch nooit op zijde

hetgeen tegen Dr. is.

Maar ware het

Anema

de bedenkingen die

behandelen van personen had,

aannemen dat

te

c.s.

men

mag

van de broederlijke

zijn

zetten?

Nu

is

naar tegen

bespreken? Wij

gemakkelijker gezegd dan gedaan

zou het toch geen eisch geweest

men

al

aangevoerd wordt volkomen gegrond

is,

doch

liefde, die

het te Gath verkondigd

en geboodschapt op de straten van Askelon, en de dochters der Philistijnen hebben zich verblijd.

Laat ons hopen, dat op den duur blijken der

volutionairen

Het Ca V 1

zal,

dat uit de critiek

Heeren een ingrijpende verandering ten goede der Anti-re-

vijf

zij i i

n

is

ons

voortgesproten. echter

vergund

gedaan heeft toen

hij

te

op hetgeen eenmaal zwaarder grieven tegen

wijzen

veel

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen