GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 73

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 73

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

AP VALVAS 2 8 SEPTEMBER 2 0 0 6

PAGINA 9

Promoveren op Armando's poëzie

Taal moet verbergen

'Mijn werk gaat over de menselijke tragiek'

Mijn schuld is niet van hier. IVIet deze titel probeert Trudie Favié het thema van Armando's oeuvre te vangen. Een interview met de promovenda en een reactie van de kunstenaar.

Armando was afgelopen maandag bij de promotie aanwezig en gaf een korte reactie.

niet voor niets. Hij is niet gelovig opgevoed, maar ik heb genoeg aanwijzingen dat hij zich wel in de bijbel heeft verdiept. Hij heeft sowieso enorm veel gelezen en kent allerlei bijbelse en heiligenverhalen. Het verbaast me dan ook dat nog nooit iemand die link serieus heeft gelegd. Mijn verklaring is dat Armando is begonnen met de oorlog, maar de thematiek van goed en kwaad, daad en schuld steeds verder heeft verdiept en tot een algemener verhaal heeft gemaakt over het falen van de westerse cultuur. Na het paradijs kwam de broedermoord. In de thematiek van Armando is voortdurend sprake van een al dan niet zichtbare schepper, die zowel God als kunstenaar kan zijn."

TEKST: DIRK DE HOOG FOTO: MARIJN ALDERS

De gedichten van Armando verdienen meer aandacht dan ze tot nu toe hebben gehad binnen de Nederlandse literatuur, vindt Trudie Favié. De literatuurwetenschapper Favié promoveerde afgelopen maandag op het poëtische oeuvre van een van de meest veelzijdige naoorlogse kunstenaars. Armando schildert, maakt beelden en grafiek, schrijft proza en poëzie, speelde viool en werkte mee aan het tv-programma Herenleed. Armando die zijn geboortenaam allang niet meer wil.

Schuldig landschap

Trudie Favié en Armando niemand weet wie ik zal zijn wie il< was u oversciiat mij ik ben radeioos ik was een ander geef mij touwen bind mij vast dood mij niet ik ben onscliuldig ik ben de

vijand

Uit: De naam in een kamer (1988)

i

gebruiken, werd in 1929 in Amsterdam geboren en groeide op in Amersfoort, waar een museum met een deel van zijn werk staat. "Ik vind zijn poëzie fascinerend, zowel wat taal als thematiek betreft. Misschien is zijn poëzie onderschat omdat hij eenvoudige woorden gebruikt en veel herhaalt, maar daaronder zit een enorme gelaagdheid. Hij gebruikt simpele beelden om een heel mythische lading weer te geven", aldus Favié. Ze vindt dat ook binnen het totale oeuvre van Armando zelf de gedichten te weinig aandacht hebben gekregen. De meeste waardering krijgt de kunstenaar voor zijn beeldende werk en zijn proza. Tot nu toe zijn, op een paar recensies na, weinig serieuze publicaties verschenen over de gedichten van Armando. Wat dat betreft voorziet het proefschrift in een lacune, vindt Favié zelf.

D a d e r en slachtoffer

onder-

aar gvijf nu ïiïoek Dit is «en erder Ibelo-

in ijuniVU.

Favié leerde Armando vooral kennen door de artikelen die hij in de jaren tachtig voor NRC Handelsblad schreef. Tijdens haar studie literatuurwetenschap aan de VU was een groepje mensen, onder wie een van haar promotoren Dick Schram, enthousiast het werk van Armando aan het bestuderen. Zo analyseerde zij een publicatie over de SS'ers en ze studeerde af op een studie naar recensies van Armando's poèzie. "Daarop moet je gaan promoveren", zei iemand toen al tegen haar, maar dat kwam er pas vijftien jaar later van, onder meer omdat ze geen geld voor een onderzoeksplaats kreeg. Wel schreef ze het nawoord bij Armando's Schoonheid is niet pluis, verzameld proza en zijn Verzamelde gedichten (1999). "Dat van de verzamelde gedichten in 2003 een tweede druk is verschenen, geeft aan dat er belangstelling voor zijn poëzie bestaat, want in Nederland is zo'n tweede druk in zo'n korte tijd bijzonder." Heel het werk van Armando draait om één thema dat ze in de titel van haar proefschrift Mijn schuld is niet van hier heeft willen weergeven. "Dat is een dichtregel van Armando. Het gaat over schuld; dader en slachtoffer en het kurmen verschuiven van posities. De dader kan ook slachtoffer worden. In de gedichten van Armando gaat het bijna alleen over twee mannen die met elkaar in gevecht zijn. Dat zijn de dader en de dode soldaat", legt Favié uit. Er gaat een verhaal rond dat Armando in de oorlog een Duitse soldaat heeft doodgestoken, maar niemand weet of dat ook werkelijk is

gebeurd. Hijzelf zwijgt erover, maar heeft wel gezegd dat hij zonder zijn ervaringen in zijn jeugd wellicht geen kunstenaar was geworden. Elf jaar was hij toen de oorlog uitbrak. Bij zijn woonplaats Amersfoort lag een berucht Duits gevangenenkamp. Wellicht heeft hij in de bossen rondom gruwelijke dingen zien gebeuren, maar over wat hij precies heeft meegemaakt zwijgt hij. 'Taal dient niet om te onthullen, maar om te verbergen', schreef Armando ooit. "Hij wil geen verhaal vertellen en zeker geen autobiografie schrijven. Hij kijkt, luistert, observeert en analyseert en probeert steeds dieper te graven. Het gaat om zijn kunst, niet om zijn eigen leven", zegt Favié.

Mythisch In haar proefschrift legt ze uit dat in de gedichten, maar ook in ander werk van Armando, allerlei bijbelse thema's zijn verwerkt. Vandaar een afbeelding van het schilderij J'ai tué monfrère Abel, dat Armando in 1954 maakte, op de omslag. Favié: "Dat is natuurlijk een duidelijke verwijzing naar het bijbelse verhaal waarin Kai'n Abel vermoordt. Later heeft Armando in een dichtbundel de zin 'ben ik mijn broeders hand' geschreven. Dat is geen toeval. Armando kiest elk woord heel zorgvuldig. Die bijbelse verwijzingen staan er

Opmerkelijk vindt Favié dat in één gedichtencyclus, namelijk Vorstin van de machtelozen, een vrouw voorkomt. "Die vrouw doet sterk denken aan Maria Magdalena. In het gedicht zorgt zij voor de wedergeboorte van de dode soldaat en dat verwijst natuurlijk weer naar de wederopstanding van Jezus Christus. Maria Magdalena was een van de vrouwen die treurden bij de kruisiging van Jezus. "Mijn analyse is dat de Jezus-rol in het hele werk van Armando aanwezig is. Jezus was tenslotte het onschuldige slachtoffer. Daar verwijst de titel van mijn proefschrift ook naar. Het is een parafrase op woorden van Jezus: 'Mijn koninkrijk is niet van deze wereld'. Jezus was zelf niet schuldig, maar nam in opdracht van God de schuld van de mensheid op zich." Zware thema's, maar Armando is niet alleen een somber en pessimistisch mens, hoewel hij de term 'schuldig landschap' bedacht. Dat landschap was tenslotte getuige geweest van de moord op miljoenen mensen. Armando spreekt zelf ook over de schoonheid van het kwaad. "Bijzonder akelige dingen kunnen een grote schoonheid opleveren", heeft Armando ooit over zijn kunstenaarschap gezegd. Wat hij van de dissertatie vindt, weet Favié nog niet. HIJ heeft haar wel gelezen en was bij de promotie aanwezig. "Je bent met mis, zus. Ik ben me er niet van bewust dat ik steeds met hetzelfde thema bezig ben", zei Armando vooraf tegen haar. Eind november start m het Armandomuseum in Amersfoort een tentoonstelling over Armando's oeuvre die Favié heeft samengesteld. Trudie Favié, Mijn schuld is niet van hier. Het poetisch oeuvre van Armando. Uitgeverij Vesuvius. € 2 9 , 9 5 . www.armandomuseum.nl

Vindt u iiet bijzonder dat er een proefsclirift over uw weik versdiijntl "Ach, ik vind eigenlijk niets bijzonder. Het proefsclirift is wel zeer leesbaar en gedegen. Het voegt iets toe aan mijn werk. In die zin is het wel bijzonder. Vaak heb ik bij publicaties over mijn werk de gedachte dat ik het zelf beter weet." Wat voegt liet proefschirft toe? "Er worden verbanden in gelegd die ik niet altijd bewust heb gemaakt. Er gebeurt in mijn werk blijkbaar veel, maar niet alles buiten mij om. Uiteindelijk heb ik indirect zelf die verbanden erin

Is uw werk religieus getint? "Onbewust wel, maar dat is ook onvermijdelijk. De hele westerse cultuur is doordrenkt van het christendom. Daar kun je in de kunstgeschiedenis niet omheen." Klaar is de bijbel voor u een inspiratiebron? " i k heb heel veel gelezen. Zonder kennis van bijbelse verhalen beg^jp je de beeldende kunst niet. Ook heb ik oosterse verhalen gelezen én Kari May én Donald Duck. Daar zijn ook invloeden van in mijn werk terug te vinden. Ik ben in ieder geval niet gelovig, misschien heb ik wel een bepaald religieus gevoel." De oorlog is toch bet belangrijkste thema in uw werk? "Niet dé oorlog, maar oorlog. Toevallig heb ik er een meegemaakt. De hele menselijke geschiedenis staat bol van oorlog, ook in de bijbel. Oorlog is de menselijke tragiek. Daar gaat mijn werk over."

Armando in gesprek met voormalig galeriehoudster Riekje Swart. Linksonder hoogleraar Carel Blotkamp en rechts schrijver Cees Nooteboom

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 2006

Ad Valvas | 576 Pagina's

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 73

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 2006

Ad Valvas | 576 Pagina's