GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 448

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 448

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

PAGINA 1 0

Symposium: de toekomst van exacte disciplines

Het smalle poortje van de bètastudie De belangrijkste recente ontdekkingen voor de exacte wetenschappen liggen op hun grensgebieden. Wordt het daarom niet eens tijd om de oude disciplines op te heffen? WELMOED VISSER

Vroeger toen de wereld nog simpel was, had je drie exacte vakken: natuurkunde, scheikunde en wiskunde. In de jaren zestig kwam daar informatica bij. Als je een van deze wetenschappen had gestudeerd, had )e een gedegen kennis van het betreffende vakgebied. Combinatiestudies als medische natuurwetenschappen of toegepaste studies, zoals bedrijfswiskunde, waren in die tijd ondenkbaar. Nog steeds zijn de meeste exacte faculteiten langs de oude scheidslijnen onderverdeeld, maar in de praktijk is er veel veranderd: het meest succesvolle onderzoek van de afgelopen decennia ligt op de grensgebieden tussen de klassieke vakken en ook de belangstelling van studenten is verschoven van deze oude monodisciplines, naar studies waarin kennis uit verschillende vakgebieden wordt gecombineerd.

Flutstudies Toch bestaat er op universiteiten nog altijd veel weerstand tegen een multidisciplinaire benadering. Nieuwe studies als medische natuurwetenschappen krijgen regelmatig zware kritiek te verduren van monodisciplinair gerichte wetenschappers en visitatiecommissies: het zouden modieuze flutstudies zijn, die van alles een beetje behandelen, maar niets goed. De critici vergeten vaak dat de nieuwe studies een groot deel van de exacte studenten trekken en daarmee wel het voortbestaan van het hele vakgebied veilig stellen. Redenen te over voor de sectie

Op het Lasercentrum van de VU gebeurt toonaangevend multidisciplinair onderzoek

Algemene Vorming van de faculteit Exacte Wetenschappen om op donderdag 19 april een symposium te organiseren over verleden en toekomst van de bètadisciplines. Natuurkundige Robbert Dijkgraaf, hoogleraar aan de UvA, en een van de sprekers op het symposium, vindt de discussie deels achterhaald: "Jonge, getalenteerde onderzoekers

iHctzonaiiiHiiaiw

Onderwijscentrum VU Deel j e kennis! Universitaire lerarenopleiding Aansluitend op een master (alle schoolvakken), of als onderdeel van een tweejarige master (bètavakken en godsdienst/levensbeschouwing) Start: september 2007 Meer informatie? www.onderwijscentrum.vu.nl secretariaat: 1C-09, Hoofdgebouw VU, De Boelelaan 1105

Informatiebijeenkomsten dinsdag 17 april 2t).00 - 21.30 uur dinsdag 8 mei 15.30 - 17.00 uur woensdag 6 j u n i 15,30 - 17,00 yur

vrije Universiteit

amsterdam

WEET WAT ONDERWIJS WAARD IS

gaan naar die plekken waar de meest interessante wetenschappelijke problemen op te lossen zijn. Die houd je gelukkig niet tegen. Op dit moment zijn dat de botsingsgebieden tussen verschillende wetenschappen: bijvoorbeeld het gebied tussen de kosmologie en de deeltjesfysica, tussen de wetenschap die het brein bestudeert en de computer science en tussen de levenswetenschap en de technologie." Dijkgraaf vergelijkt de huidige exacte wetenschap met botsende continenten. "We leven in een tijd van grote geologische activiteit op wetenschapsgebied." Jonge onderzoekers zien zichzelf niet in eerste instantie als bioloog of scheikundige, volgens Dijkgraaf. Ze voelen zich bijvoorbeeld nanowetenschapper of neuro-onderzoeker.

Wasserette De natuurkunde en de wiskunde hebben elkaar door de tijd heen altijd aangetrokken en afgestoten. Zelf studeerde Dijkgraaf in een tijd waarin de afstand tussen beide vakgebieden groot was. Wiskundigen hielden zich verre van de werkelijkheid. Ze wilden een theoretisch zuivere wiskunde creëren. Dat leidde bij natuurkundigen tot het idee dat wiskundigen verstand hebben van alles, maar dat je er in de praktijk niets mee kan. Dijkgraaf gebruikt het beeld van een man die in een vreemde stad op zoek is naar een wasserette. Hij ziet een gebouw met het bord 'wasserette', maar ook met het bord 'café', 'restaurant', 'bibliotheek'. De man gaat naar binnen en vraagt: "Kan ik hier mijn was doen?" "Nee", zegt de man achter de toonbank, "wij verkopen alleen uithangborden." Pas met de opkomst van de snaartheorie vanaf de jaren zeventig gingen wiskundigen en natuurkundigen

met elkaar samenwerken en tegenwoordig is de mathematische natuurkunde niet meer weg te denken. Toch is Dijkgraaf er geen voorstander van om de oude disciplines dan maar helemaal op te heffen. "Juist cultuurbotsingen tussen mensen van verschillende disciplines kunnen tot heel interessant onderzoek leiden. Vaak komen er complementaire vaardigheden bij elkaar: wiskundige scherpte en natuurkundige intuïtie bijvoorbeeld." Ook oud-VU-rector Taede Sminia vindt dat de klassieke monodisciplines moeten blijven bestaan, "omdat ze culturele waarde van zichzelf hebben en als voedingsbodem voor

^Wiskundige scherpte en natuurkundige intuïtie komen hij elkaar^ meer toegepast, multidisciplinair onderzoek." Maar hij vindt dat universiteiten daarnaast een meer gedifferentieerd onderwijsaanbod moeten creëren. "De studenten zijn veel diverser dan vroeger. Daar moet je met je programma's reke-

ning mee houden. Sommige studenten zijn geïnteresseerd in harde wetenschap, anderen in een meer toegepast studieprogramma. Dat moet je dus allebei aanbieden." Sminia pleit voor meer maatwerk in studieprogramma's: "Ik had vroeger mondelinge tentamens en dan ging je wandelen met de professor. Onderweg stelde die af en toe een vraag, waarover je van gedachten wisselde. Ik snap wel dat alles veel grootschaliger is geworden, maar eigenlijk zou er iets terug moeten komen van die persoonlijke behandeling."

Physics for poets Een Amerikaanse symposiumbezoeker wil weten waarom er in Nederland alleen maar wordt nagedacht over samenwerking binnen de bètawetenschappen en niet bijvoorbeeld tussen de bètawetenschap en de alfawetenschap. Dijkgraaf: "Dat gebeurt inderdaad veel te weinig. En er is wel grote belangstelling voor. Colleges van vakken als Physics for Poets oi Poetry for Physicists zitten altijd vol, maar we hebben er te weinig geld voor. Amerikaanse universiteiten hebben een veel groter eigen vermogen en dat gebruiken ze voor dit soort projecten", weet hij. Toch zou het een manier ktmnen zijn om een grotere studentenbelangstelling te wekken voor de bètawetenschappen. "Nu moeten ze door een heel smal poortje van de monodiscipline. Dat schrikt heel veel potentiële studenten af. De meesten van hen zijn daarom al afgehaakt voor het stadium, waarin ze weer breed, nuttig en multidisciplinair onderzoek kunnen doen. Het Amerikaanse systeem, waar je in een brede bètabachelor ook alfa- en gammavakken krijgt, zou een deel van dit probleem kunnen ondervangen."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 2006

Ad Valvas | 576 Pagina's

Ad Valvas 2006-2007 - pagina 448

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 augustus 2006

Ad Valvas | 576 Pagina's