GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Geen duimbreed?! - pagina 20

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geen duimbreed?! - pagina 20

De Vrije Universiteit tijdens de Duitse bezetting

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

VOORSPEL

20

verschillen van mening zouden optreden, zou opnieuw tijdens de Duitse bezetting blijken. Toen het eerste doel van de Vereniging, de oprichting van de Vrije Universiteit, was bereikt, bleef deze organisatie uiteraard verder functioneren om het voortbestaan van de vu te blijven verzekeren en zorg te dragen voor de verdere uitbouw. Het allereerste begin was dan ook maar uiterst bescheiden. Voor de cursus 1880-1881 stonden slechts vijf studenten ingeschreven, maar hen stonden dan ook weer niet minder dan vijf hoogleraren ten dienste. 3 De Vereniging bracht door middel van zijn leden de benodigde gelden bijeen, de overheid steunde in die jaren nog niet het bijzonder hoger onderwijs. Om de financiële middelen te kunnen uitbreiden, moesten dus steeds meer leden geworven worden. Hierdoor ontstond een hechte band tussen de leden van de Vereniging en de nieuwe universiteit met zijn handjevol docenten en studenten. Een unieke situatie, geheel verschillend van de rijksuniversiteiten en de gemeentelijke Universiteit van Amsterdam. De Vereniging werd dan ook al gauw meer dan alleen maar een instituut om geld bijeen te brengen. De voornaamste taak van het bestuur van de Vereniging was voortaan het bestuur over de universiteit zelf. De financiën van de vu vielen geheel onder het bestuur van de Vereniging. Het college van directeuren van de Vereniging, kortweg 'directeuren' genoemd, benoemde en ontsloeg de curatoren, de docenten en het ondersteunend personeel van de universiteit. De curatoren kregen tot taak controle uit te oefenen op de juiste gang van zaken bij het onderwijs en het onderzoek. Bij een statutenwijziging van 1903, die de grote macht van de directeuren enigszins beperkte en de positie van de curatoren iets krachtiger maakte, werd bepaald dat de gecombineerde vergadering van directeuren en curatoren de kandidaten voor het directeurschap zou moeten voordragen aan de ledenvergadering van de Vereniging. De directeuren werden voortaan verplicht bij de curatoren advies in te winnen alvorens zij tot de benoeming van nieuwe curatoren zouden overgaan. 4 Tot 1903 omvatte het college van directeuren vijf leden, maar in dat jaar werd dat uitgebreid tot zeven. Hiervan trad jaarlijks een lid af, dat sinds de statutenwijziging van 1903 niet onmiddellijk weer herkiesbaar zou kunnen zijn. Idealiter bestond het college van curatoren uit vijf leden, maar soms werd dat aantal niet gehaald. Omdat het moeilijk bleek steeds geschikte personen te vin-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2002

Historische Reeks | 294 Pagina's

Geen duimbreed?! - pagina 20

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2002

Historische Reeks | 294 Pagina's