Geen duimbreed?! - pagina 100

HET EERSTE BEZETTINGSJAAR! ACCOMMODATIE

ioo

EN

CONFRONTATIE

terst nuchter. Volgens hem was de hoofdzaak van de klacht geheel onbewezen en kwam hem de ontkenning van de student niet 'onwaarschijnlijk' voor. Alles berustte op de interpretatie van de NSB-er. Het was dus een onbetekenend voorval, waarin geen verdere stappen meer behoefden te worden ondernomen. Men moest nu maar gewoon verdere acties van de secretaris-generaal van onderwijs afwachten. Wel had hij Bergmeyer gezegd, dat het 'onthouden van overlast aan anderen in het algemeen tot de plichten van onze studenten behoort'. Dit onbelangrijke voorval maakt duidelijk hoe onvoorzichtig jongeren hun verbittering over de bezetting konden afreageren en hoe kinderachtig en verbeten de collaborateurs daarop weer meenden te moeten reageren. Het laat zien hoe de oorlog zelfs in de meest onbeduidende zaken alom tegenwoordig was. Zo lezen we in het verslag van de dies in 1941 dat de bijeenkomst in het gebouw van de Werkende Stand een half uur later moest worden begonnen, omdat de sirenes luchtalarm gaven. Pas een kwartier na 'Sein veilig!' kon het cortège van de hoogleraren in hun toga's zich plechtig naar de grote zaal begeven, om de oratie van prof. Grosheide over 'existentiële exegese' aan te horen. 151 Om relletjes en provocaties te voorkomen had Van Dam in maart van dat jaar studenten verboden zich in het uniform van een bepaalde partij op de universiteit te vertonen, hoewel de bezetters nu juist al in de zomer van 1 9 4 0 het uniformverbod hadden opgeheven. 152 Een maand later moest Van Dam op last van zijn meerderen, de Duitse autoriteiten, aan Rutgers en de andere rectores meedelen, dat het dragen van ss-uniformen nu op de universiteit ook verboden was, omdat de Nederlandse ss als politieke partij zou moeten worden beschouwd. Dit laatste tot groot verdriet van de n s B-leider Mussert. Vanzelfsprekend gold dit verbod niet voor leden van de Duitse ss, die het in het hun hoofd zouden halen een universiteit van binnen te bekijken. 153 Van Dam had het maar druk met dergelijke onbenulligheden. In mei 1941 zag hij zich genoodzaakt Rutgers mee te delen, dat de stalen ringen die de ns B-leden droegen in plaats van hun gouden trouwringen en sieraden die ze 'spontaan voor de oorlogsvoering hadden afgestaan' niet als onderscheidingsteken van een politieke partij zouden moeten worden beschouwd. 154 De secretaris-generaal zal wel-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen