De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 52

VOORTGEZETTE

SAMENWERKING

gie, en van (Britse) koloniale hoogmoed. Lion Cachet vergezelde hem niet naar Londen, zoals we hierboven zagen, maar Kuyper toonde zich onmiskenbaar beïnvloed door de argumentatie van P. J. Veth, R. Fruin en anderen. Vooral ook door Lion Cachets Worstelstrijd der Transvalers - in 1881/82 als feuilleton voor De Standaard geschreven, en nog onlangs op een diner bij gelegenheid van de verschijning van de tweede druk door Kuyper zeer geprezen. 128 Geen volk, schreef Lion Cachet, is immers de laatste jaren 'zóó verkeerd beoordeeld als de Boeren van Transvaal. Voor hun lijden scheen men geen hart, voor hunne toekomst geen oog, van hun beteekenis geen begrip (...). In godsdienstige kringen werden zij als verdrukkers van Kaffers en Hottentotten gesmaad; in wereldsche als een soort blanke Kaffers bespot'. 129 Toch zijn zij 'de pioniers van beschaving in Zuid-Afrika', trekkers 'opdat Afrika beschaafd en de heidensche natiën voor het Christendom gewonnen worden'. 130 Kuyper zette dus in het Address voor een internationaal publiek de bestrijding van de zendingsvrienden en hun vooringenomenheid voor de zwarten en tegen de Boeren voort, die hij in De Standaard reeds een paar jaren voerde aan de hand van Lion Cachets informaties en geschriften. 131 Zonder een moment de principiële gelijkwaardigheid van de mensen als uitgangspunt te verlaten, wilde Kuyper tegelijkertijd recht laten doen aan de verschillen in ontwikkeling van de naties en rassen; de superioriteit van christendom en beschaving waren daarbij voor hem vanzelfsprekende ijkpunten. Scharnier in Kuypers hoog moreel betoog is de zin waarin de politieke aanval ingezet wordt: ook de aangevallen organisaties slagen er helaas niet altijd in, hun weldadige invloed in Afrika te realiseren. Dat zou hen bescheiden kunnen maken en het onloochenbare feit te erkennen, 'dat er verschillende methoden bestaan om de inboorlingen te beschaven'. Het Address begon met over de hoofden van de Members of the AntiSlavery and Aborigines Protection Societies heen zich te richten tot 'the Christian public of Great Britain in general'. Sommige mensen in Engeland denken immers dat 'the Transvaal Christians understand less thoroughly than Christians in this country the duty which they owe towards Indians, Negroes, Kaffirs, or any other coloured race or nation'. Wij worden er zelfs van beschuldigd, gingen de leden van de deputatie voort, 'not only [to] keep the natives in a degrading position, but also encroach upon their personal liberty and oppose their conversion to

51

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen