GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 389

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 389

[Deel 1]

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

STUDEREN

AAN

DE

VRIJE

meen liet echter op zich wachten. Zij werd pas afgegeven toen Tomlinson in Amsterdam arriveerde op n september, nauwelijk 24 uren voordat hij zijn lezingentoernee de avond van 12 september zou openen. Hem werd slechts één lezing over dat onderwerp toegestaan! Terwijl jhr. mr. K. E.O. von Bose, administrateur van de N Z A V en als zodanig belast met de organisatie van Tomlinsons toernee, diens lezingenreeks in allerijl afzegde, genoten de leden van de Zuid-Afrikaanse studentenvereniging in Amsterdam de wel zeer bijzondere eer, als enigen Tomlinsons voordracht te mogen aanhoren. Dat Tomlinson niet mocht spreken, 'maak 'n mens bedroef en moedeloos', aldus Van Wyk Louw - hij had Tomlinson aangehoord bij de N Z A V - in één van de twee radiopraatjes die hij voor Radio Nederland Wereldomroep aan de kwestie wijdde. 324 Met kracht kwam bij de Zuid-Afrikaanse studenten de retorische vraag op, waarmee Von Bose Verwoerds optreden typeerde: Heeft Zuid-Afrika iets te verbergen?

A F S C H E I D VAN

PENNING

Een van de eersten uit de kring van de v u die vragen stelde bij het apartheidsbeleid was Herman Dooyeweerd. Waterink was in 1949 ook al niet helemaal zeker van de uitvoerbaarheid ervan, maar hoopte het vurig. President-curator J. Donner noemde de apartheid in 1952 'een eerlijke poging om het [rassenprobleem naar beste weten op te lossen'. Niet dat Donner geloofde in het slagen ervan. De ervaren politicus Donner wees namelijk op het feit, dat het succes ervan zich buiten het bereik van de voorstanders bevond en dus riskant en onwaarschijnlijk was.325 Enkele leden van de senaat, zoals Berkouwer, I.A. Diepenhorst en Knoppers, hadden eind 1951 bij de discussies over het eredoctoraat voor J.C. van Rooy fundamentele bezwaren tegen het apartheidsbeleid naar voren gebracht. Maar Dooyeweerd stelde in diezelfde tijd in het publiek inhoudelijke vragen bij de apartheid. Hij schreef eind 1951 een lang artikel over zijn reis naar Zuid-Afrika, eerder dat jaar, voor het NZAv-blad Zuid-Afrika; daarin gaf hij ook tamelijk veel aandacht aan zijn bezoek aan Fort Hare. 326 Delen van dat artikel nam hij op in een lezing (die niet gepubliceerd werd) voor een Frans-Nederlandse theologenconferentie over het rassenvraagstuk in Zuid-Afrika in 1952.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 455 Pagina's

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 1]) - pagina 389

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 455 Pagina's