De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 127

GOUDZWAARDS

BEZINNINGSPROJECT

In een notitie ten behoeve van zijn medeleden van het College van Bestuur verwoordde Brinkman op 21 juni 1976 de motivering en opzet van de reis van Goudzwaard en Zylstra. 4 9 Het ging erom, aldus Brinkman, een bijdrage te leveren tot de discussie in Zuid-Afrika over de economische orde en welvaartsverdeling, die ten nauwste samenhingen met de verhoudingen tussen de bevolkingsgroepen en de rassenverhoudingen. Van uit Westeuropees christelijke opvattingen is 572

de toenemende polarisatie tussen kapitalisme en marxisme in ZuidAfrika een beperking van de alternatieven, terwijl principiële kritiek op kapitalisme en marxisme gewenst is. Het project kan aldus een bijdrage leveren 'tot de ontwikkeling van christelijk politieke bezinning en leiderschap in Zuid-Afrika, waaraan zowel onder blanken als zwarten grote behoefte bestaat'. In zijn notitie plaatste Brinkman het project duidelijk in de verhouding met de Pu, maar hij prefereerde de a c b als counterpart. De a c b was weliswaar nauw verbonden met de pu, maar zij was wel een zelfstandige bezinningsorganisatie, met veel relaties en activiteiten buiten de pu en onder leiding van 'verlichte' pu-docenten. Zij was de uitgever van het uitgesproken kritische Woord en Daad', als een 'Headon Clash' omschreef het Zuid-Afrikaanse zondagsblad Sunday Times de verhouding tussen de a c b , geleid door de theoloog Johan Heyns (een alumnus van de vu), en de regering eind 1976. 4 1 0 De a c b en ook het Christelijk Instituut boden echter 'maar marginale beïnvloedingsmogelijkheden naar de politieke "establishment" toe', erkende Brinkman. Daarom was het gewenst, ook Stellenbosch in het programma op te nemen, dat mogelijkheden richting Nasionale Party en Progressieve Partij leverde, terwijl bij een aantal theologen, filosofen en een enkele econoom daar grote belangstelling bestond voor het onderwerp. Het project zou in principe een jaar of drie moeten duren. In de eerste ronde zou het accent moeten liggen op algemene, principiële presentatie van visies en op kennismaking. 'Slaagt deze, dan kan een volgende, meer op specifieke Z. A. situaties en vraagstellingen gerichte ronde worden voorbereid. Uiteindelijk moet [het doel zijn een] relevante discussie over concrete alternatieven [in het kader van het project] voorbereid [en daardoor] wat Z. A. beleid betreft mogelijk worden'.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen