GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 116

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 116

Driekwart eeuw kinderstudies in het Peadologisch Instituut te Amsterdam (1931-2006)

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

het paedologisch instituut op eigen benen

gezin kwam te liggen, gingen kinderen bij ontslag vaker naar huis terug, iets wat voor 1963 nog maar bij de helft van de kinderen het geval was. Maandelijks deden ouders en overige gezinsleden mee aan therapeutische gesprekken, waarbij soms ook het kind aanwezig was. Ter begeleiding van ouders maakte het pi al begin jaren zeventig, ver voordat dit een algemeen geaccepteerd middel was in de hulpverlening, gebruik van video-hometraining. 47 Individuele behandelingsplannen bevatten sindsdien ook punten betreffende de te verwachten problemen bij terugkeer in het gezin. Wanneer dit niet mogelijk was, kon het kind naar een therapeutisch pleeggezin, waarvan de pleegouders vaak professionals of semi-professionals waren. Zij kregen alle informatie over de moeilijkheden van het kind en zijn omgeving. Voor de begeleiding, nazorg en behandeling werden technieken ontwikkeld en protocollen vervaardigd. Kinderen voor wie de overstap naar huis of pleeggezin te groot was, verbleven in de laatste fase van behandeling in een aparte therapeutisch unit, een ‘gezinshuis’. In zo’n uitschuifgroep werd planmatig aan de terugkeer naar het gezin gewerkt. Zij gingen vaker weekenden naar huis, de frequentie van bezoek van gezinsleden aan het instituut nam toe, het kind kreeg begeleiding in contacten met vriendjes buiten de instelling en men stimuleerde het kind tot het bezoeken van clubs en de stad. 48 Met de opkomst van gezinstherapie verdween individuele psychotherapie van kinderen naar de achtergrond, ‘want al te vaak moest men verrast constateren, dat de problematische vacht van “het zwarte schaap”, enige tijd na het “therapeutisch scheren” weer was aangegroeid (zwarte schaap is dikwijls het aangemelde kind)’. 49 Wel bleef individuele therapie nodig, die een flexibele toepassing van allerhande technieken in praktijk bracht zoals als rogeriaanse therapie, groepstherapie, het interactiemodel en gedragstherapie. 50 Ook veranderde de visie op het probleemkind. Dat het kind vastliep had niet zozeer te maken met het kind zelf, maar met de wisselwerking tussen dit kind en ouders, broertjes en zusjes. In 1976 ging men ertoe over een tweedeling aan te brengen in type leefgroepen, gebaseerd op de pedagogische hulpvraag. Dat waren basisgroepen die vooral structuur boden, bestemd voor kinderen die emotionele veiligheid misten en grensoverschrijdend gedrag vertoonden en socialisatiegroepen voor kinderen die wat dat betreft meer aankonden. 51 In 1977 startte het pi met daggroepen: kinderen die alleen

Een buitengewone plek; Perfect Service; pag 115 2e proef

115

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's

Een buitengewone plek voor bijzondere kinderen - pagina 116

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 2006

Historische Reeks | 247 Pagina's