GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

'Het is ons een eer en een genoegen' - pagina 118

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

'Het is ons een eer en een genoegen' - pagina 118

Eredoctoraten aan de Vrije Universiteit sinds 1930

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

eredoctoraten

h. algra (1980) De journalist en historicus Hendrik Algra (1896-1982) kan worden beschouwd als één van de laatste vertegenwoordigers van de inmiddels verdwenen gereformeerde wereld. Dat juist hem bij het eeuwfeest van de Vrije Universiteit een eredoctoraat werd toegekend, kan om meer dan één reden passend worden genoemd. Algra mocht dan het genie van de stichter van de Vrije Universiteit missen, hij trad in veel van diens voetsporen. Geboren als zoon van een landarbeider werkte Algra zich middels zelfstudie op tot onderwijzer, die in zijn vrije tijd akten Geschiedenis en Nederlands behaalde. Algra was al vroeg politiek actief. Nauwelijks twintig jaar oud hield hij in 1916 al een lezing onder de titel ‘Wat betekent de naam Anti-Revolutionair?’ Het was het begin van tal van activiteiten, die Algra in de loop der jaren zou ontplooien. Het zijn er teveel om op te noemen. Zo was er, onder veel meer, zijn bestuurslidmaatschap van de Bond van Jongelingsverenigingen op Gereformeerde Grondslag, waarvoor hij op toogdagen na de Tweede Wereldoorlog (Algra was inmiddels lid van het landelijk bondsbestuur) gloedvolle toespraken hield, vol met strijdbare retoriek over ‘de ijzeren cohorten van Christus’ die paraat stonden om het komende Koninkrijk te dienen. Maar ook als Eerste Kamerlid van de arp verwierf Algra landelijke faam, vooral nadat hij in de jaren zestig welsprekend een aanklacht formuleerde tegen de schrijver Gerard Kornelis van het Reve, die hij van godslastering betichtte. Niet zonder trots is in gereformeerde kring gewezen op het respect dat Algra genoot als historicus. Bekend is de anekdote dat Nederlands meest befaamde historicus, Johan Huizinga, in Sint Michielsgestel (waar de Nederlandse elite in oorlogstijd gevangen zat) had genoten van Algra’s voordrachten over het thema ‘De eigen weg van het Nederlandse volk’. Inderdaad was Algra een verdienstelijk historicus. Al moet daarbij wel worden aangetekend dat de met zijn jongere broer Ale Algra geschreven overzichtsgeschiedenis van het Nederlandse volk Dispereert niet en vooral Het wonder van de negentiende eeuw (dat de herleving van het orthodox protestantse geloof beschrijft) niet louter waren bedoeld om het verleden in herinnering te roepen, maar ook om de hedendaagse gelovige te stichten en te sterken. De meeste bekendheid ontleende Algra aan het Friesch Dagblad, waarvan hij tussen 1935 en 1977 hoofdredacteur was en waarvoor hij

117

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 2007

Historische Reeks | 191 Pagina's

'Het is ons een eer en een genoegen' - pagina 118

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 2007

Historische Reeks | 191 Pagina's