Peter Bak__Historische Reeks Deel 14 - pagina 276

‘nobody is immune’

Winslow, die was gepromoveerd aan de Université de Montréal, in haar oratie geen woord aan het vn-drama vuil. Preekstoel noch politieke tribune was de bestemming van de antropoloog, leek Winslow duidelijk te willen maken. ‘Through anthropological research,’ sprak ze, ‘we can understand how different communities view security and insecurity and the impact of the cultural and historical specificity of those views.’49 In september 2004 kreeg de afdeling culturele antropologie zelfs een aparte leerstoel ‘Human security’, bemand door Thomas Hylland Eriksen, een Noorse antropoloog die hoogleraar was aan de universiteit van Oslo. De studie van ‘human security’, de existentiële drang van de mens naar veiligheid, stabiliteit en geborgenheid, was volgens Eriksen eigenlijk al zo oud als de sociale wetenschappen zelf. Die hadden immers hun substraat in de maatschappelijke spanningen die de industriële revolutie in de tweede helft van de negentiende eeuw had teweegbracht. De Gemeinschaft, de kleinschalige en hechte agrarische samenleving, werd verdrongen door de Gesellschaft, de modern-indus­ triële samenleving waarin het eeuwenoude driesnoer van geloof, gewoonte en geborgenheid werd verpulverd op het kapitalistische aambeeld van rationaliteit en utiliteit. Maatschappelijke ontbinding won veld, leidend tot ‘anomie’, de door Emile Durkheim voorziene en gevreesde toestand van normloosheid – van ‘human insecurity’.50 Een eeuw later was het kapitalisme over bijna de hele wereld heer en meester, in zijn nieuwste gedaante van globalisme, een voor velen even ongrijpbaar als onbegrijpelijk proces waarvan informatie‑ en communicatietechnologieën krachtige aanjagers waren. Gevoelens van onzekerheid en onveiligheid waren ook wijdverbreider dan ooit tevoren. ‘Every society, group and individual on earth has its way of dealing with questions of human security,’ sprak Eriksen in maart 2005 in zijn inaugurele rede. ‘Nobody is immune.’ Tegenbewegingen kwamen op, die de immateriële zin van het bestaan benadrukten.51 Rond dit discours werd het nieuwe onderzoeksprogramma van de afdeling sociale en culturele antropologie geboetseerd: ‘Constructing human security in a globalizing world’ (consec), waartoe Winslow, samen met Eriksen, het voortouw nam. Lang duurde dit niet. Beiden keerden eind 2006, wegens privéomstandigheden, naar hun geboorteland terug. Het antropologische onderzoeksprogramma bleef echter overeind. De nadruk van consec – en van de masteropleiding ‘hu-

275

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen