GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Augustinus' werk over de christelijke wetenschap - pagina 21

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Augustinus' werk over de christelijke wetenschap - pagina 21

Rede uitgesproken ter aanvaarding van het ambt van hoogleeraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

inhoud, of liever gezegd weer een inhoud, dien ze sinds eeuwen niet meer gehad had. D e declamatio fingeerde zichzelf de stof, en indien zich al eenig onderwerp voordeed tot lofof lijkrede, dan bood de rhetorica maar al te gaarne haar diensten aan tot holle uitdijing van een te schraal gegeven en tot het schijnschoon van opeengestapelde vooze volzinnen. D e rhetorica echter van den Christen, zooals Augustinus haar schildert, is werkzaam i n een levende zaak en op een terrein, waar de stof zich met zulk een ernst en i n zulk een omvang aan haar voordoet, dat schoolsche Spielerei plaats moet maken voor den ernstigen arbeid, die zich richt op geestelijke goederen van de hoogste waardij. M e t dat al echter moet ik herhalen, wat ik zooeven zeide: Augustinus' opvatting van de rhetorica had, evenals die van de artes liberales, voorshands slechts theoretische beteekenis. Het ontwerp van een wetenschappelijke vorming op Christelijken grondslag lag i n de boeken ,,De doctrina C h r i s t i a n a " gereed, maar het kwam niet tot uitvoering, en van eenigen invloed, dien het zou hebben gehad, speuren we i n de vijfde eeuw niets, zelfs niet i n de opleiding der clerici, welke het toch i n het bijzonder bedoelde te reformeeren. D e macht der traditie deed zich gelden en bond ook hen, die de heidensche gedachtewereld verfoeiden, i n het onderwijs aan het heidensche boek. N o g i n het begin der zesde eeuw gaf de reeds door mij genoemde Ennodius, die tot den stand der geestelijken behoorde, i n zijn Paraenesis didascalica een schema van wetenschappelijke opleiding, dat op een Christelijk aandoende inleiding na, volkomen heidensch van karakter is en zelfs i n dichtmaat de rhetorica als heerscheres der wereld bezingt. E n de Dictiones van dezen Ennodius behandelen dezelfde gefingeerde gevallen, die eeuwen lang i n de rhetorenscholen opgeld hadden gedaan. N i e t de autoriteit van Augustinus, niet de afkeer der kerk van de heidensche cultuur, maar de politieke gebeurtenissen hebben ten laatste de rhetorenscholen ten onder gebracht ). 77

D i t alles beteekent echter niet, dat Augustinus' theorie eener Christelijke rhetorica zonder invloed is gebleven. O o k haar heeft Cassiodorus overgenomen, evenals hij zich i n de opvatting der artes bij Augustinus aansluit. E n hij heeft het niet bij de theorie gelaten: schier op iedere pagina van zijn 23

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 maart 1933

Inaugurele redes | 28 Pagina's

Augustinus' werk over de christelijke wetenschap - pagina 21

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 maart 1933

Inaugurele redes | 28 Pagina's