GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Achtste Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag - pagina 35

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

IXXIII

Souverein in eigen kring is ook de wetenschap, God wees dien kring aan, plaatste ons daarin en gaf ons het vermogen en den lust om te leeren en te weten. Dat weten zelf en zijn levenskring, zijn van het geloof en zijn sfeer onderscheiden, maar niet geschieden. 1 Kon. 4 : 33 vermeldt vele dingen, die Salomo gesproken heeft, maar waarvan de boeken niet behooren tot de Heilige Schrift, ofschoon zij toch zeker niet in anderen geest waren, want Salomo sprak ook uit en beleed: Pred. 1 : 1 3 . Het verwerven van wetenschap is dus uit God, als roeping voor den mensch; maar ook: zij begint in, en eindigt met God. Het boek der oorsprongen kon alleen door God geschreven (Gen. 1:1). Dat de wetenschap zulk een boek behoeft bewijst 's menschen streven om zelfstandig begin en oorsprong van heel de wereld op te sporen. Zij eindigt met God, en buiten dat einde kan ook de wetenschap der wereld niet, want dat is naar de behoefte van den menschelijken geest. Het woord van Schiller: „Wereldbrand zal hoogtijds fakkel wezen Wanneer de tijd met de eeuwigheid zich huwt" is de samenvatting van de gedachten der volkeren hieromtrent. E n de huidige natuurwetenschap staat vast en zeker tusschen: eenmaal bevriezen of verbranden van de wereld. Wij echter verwachten een nieuwen hemel (enz.). Tusschen deze twee polen ligt de wereld der ervaring, met drie sferen: de zichtbare rondom ons, de onzichtbare buiten ons, en die van ons eigen wezen. Dat wezen staat met de beide andere sferen in het nauwste verband. Geformeerd uit het stof; in zijn neusgaten ingeblazen de adem des levens; van Gods geslacht, maar in een lichaam, gegrond in het stof T- naar Gods beeld geschapen; gevallen, en slechts kleine overblijfsels behouden hebbende van zijn eerste uitnemende gaven. De geheele wereld is een boek, waarin we lezen: de onzienlijke dingen Gods, nl. zijne eeuwige kracht en goddelijkheid. In deze wereld is God het, die alles stiert, alles zonder uitzondering. Dit beginsel is voor den gereformeerde uitgangspunt — ook voor de wetenschap. De natuur: 't pronkstuk van Gods almacht; -de ziekten: oordeelen en beproevingen; der volken lot: zijn bestuur; uit Hem het recht; van Hem de taal; Hij is het die zijn Woord gaf en het liet beschrijven. En, waar wij al die werken mogen onderzoeken en doorzoeken, is het in ons hart: ,Gij alles, o God! vsdj niets". Zoo beschouwen wij, naar Gods Woord meenen we, de beginselen der wetenschap. l^fS"Wetenschap en school echter zijn nauw verbonden, want de in

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888

Jaarboeken | 189 Pagina's

Achtste Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag - pagina 35

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888

Jaarboeken | 189 Pagina's