Zestiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 60
Lvni
ten, thans, in de Residentie, was de vreugd eveneens niet onvermengd. De groote moeilijkheden, die de Vereeniging te doorworstelen heeft, drukten haar stempel op den geheelen dag; en wie des avonds aan het zeestrand tuurde naar 't westen en daar onweerswolken drijven en dreigen zag, hij moest wel denken aan het woord des Voorzitters in de openingsrede, dat ook in de stemme des onweders de Heere spreekt tot Zijn volk, en door strijd en worsteling de weg vaak loopt, waarlangs ons de Heere leidt. De juiste bewoordingen van het door Prof. Jhr. Mr. A. F. de Savornin Lohman verklaarde in de Vergadering van 27 Juni 1895, naar welke verwezen wordt in het verslag van «DeHeraut," zie blz. XLii laten wij hieronder volgen; Nu ik openlijk onder verdenking gesteld ben zonder dat ik mij daarop kan verdedigen, zal ik geen deel nemen aan het debat over mijn persoon. Maar als lid der Vereeniging wensch ik twee opmerkingen te maken die mij van het hart moeten, en ik doe dat schriftelijk, opdat het alzoo kan worden opgenomen in het volgend jaarverslag. Want de beschuldigingen tegen mij ingebracht betreffen toch ook mijn karakter; de trouw aan mijn vroeger beleden beginselen. Het is op gezamenlijk aandringen van allen die eenige betrekking bij onze V. U. bekleeden geweest, dat ik in 1884 mijn ambtelijke loopbaan verlaten heb, om mij geheel te kunnen wijden aan het volk dat onze V. U. heeft helpen oprichten en in stand houdt, waartoe ik ook zelf in 1880 heb meegewerkt. Mijne staatkundige beginselen waren toen ten volle bekend. Behalve in »Gezag en Vrijheid" had ik ze in kleinere geschriften zoowel als in de Tweede Kamer meermalen uiteengezet. Na mijne benoeming tot Hoogleeraar, belast met het onderwijs in Staatsrecht, heb ik, vooral bij de behandeling van de Grondwetherziening, zoo ondubbelzinnig mogelijk op bijna elk punt opnieuw mijne gevoelens openlijk uitgesproken en verdedigd. Daartegen is nimmer verzet gekomen; veeleer ben ik allereerst door Dr. Kuyper uitbundig geprezen. Tot Minister van Binnenlandsche zaken benoemd bood ik mijn ontslag aan. Mij werd verzocht dit te veranderen in een verzoek om op non-activiteit te worden geplaatst, aan welk vereerend verzoek ik voldaan heb.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1896
Jaarboeken | 207 Pagina's
![Zestiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 60](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/jaarboeken/zestiende-jaarverslag-van-de-vereeniging-voor-hooger-onderwijs-op-gereformeerde-grondslag/1896/01/01/1-thumbnail.jpg)