Drie-en-twintigste Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 40

XL

Deze rede, waarvan wij slechts een k o r t uittreksel geven, werd met belangstelling aangehoord en levendig toegejuicht. Thans vangen de huishoudelijke werkzaamheden aan. De presentielijst wordt voorgelezen ; de geloofsbrieven van afgevaardigden van corporatii-n worden onderzocht; de notulen der vorige jaarvergadering vastgesteld, en het jaarverslag over 1901 wordt met dankzegging voor kennisgeving aangenomen. Het rapport der Commissie tot onderzoek van de rekening over 1901, door den heer Dane uitgebracht, strekt tot goedkeuring ; dienovereenkomstig wordt beslaten. Daarna komen de Bestuursverkiezingen aan de orde. Onderwijl brengt de Voorzitter i n behandeling het rapport van de commissie voor Statutenwijziging. I n de jaarvergadering op 4 Juli 1901 te A r n h e m gehouden, werd namelijk verklaard, »dát zij voor de Vrije Universiteit een nauwer verband, 'dan het thans bestaande, met de Gereformeerde K e r k e n i n Nederland weuschelijk acht". E e n Commissie werd toen benoemd om voor zuik een verband de noodige concept-voorstellen te formuleeren, en deze Commissie zou ook nagaan, of i n de bestaande statuten en reglementen misschien ook wijzigingen van anderen aard waren aan te brengen. Deze Commissie bestond uit de heeren Prof. F . L . Rutgers, Ds. B . van Schelven en S. J . Seefat. Inmiddels gingen er in het afgeloopen jaar stemmen op, om opnieuw te beproeven de Theologische School en de Vrije Universiteit te vereenigen; pogingen werden aangewend, wederzijdsche besprekingen hadden plaats, en daaruit werd het bekende Concept-contract geboren. Met deze veranderde omstandigheden hield de Commissie rekening, en zij legde aan de jaarvergadering een aantal voorstellen voor tot wijziging der Statuten, Reglementen, I n s t r u e t i ë n en verdere regelingen, en betreffende het bekende Concept-contract met de Gereformeerde Kerken. Het eerste voorstel dezer Commissie l u i d d e : De algemeene vergadering besluit, in hare bestaande regelingen, gelijk zij hieronder zijn afgedruktde daarbij geformuleerde wijzigingen aan te brengen in artt. 3, 5. 6. 7, 9, 14 en 15 der Statuten artt. 4, 9, 11. 12 14 en. 15 van het Huishoudelijk Reglement, en artt. 3, 6, 9, 10, 1%, 17, 19 en 90 van de Instructie voor het heatuur; met opdracht aan het bestuur om zoo spoedig mogelijk op de aldus gewijzigde Statuten de Koninklijke goedkeuring te vragen; en met. bepaling, dat, wanneer die. goedkeuring verkregen is, alle de thans • door haar aangenomen wijzigingen zullen in werking treden op den 1 Januart 1903, en dat vooraf, in dit najaar, eene buitengewone vergadering zal gehouden worden ier benoeming van de door die •wijzigingen ingestelde communie van toezicht of» het geldelijk beheer en ter behandeling van andere zaken, die alsdan nog regeling zouden noodig hebben.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen