GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek der Vrije Universiteit te Amsterdam 1948 - pagina 92

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek der Vrije Universiteit te Amsterdam 1948 - pagina 92

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

88 moeilijk te gissen. Een enigszins belangrijke verlenging van de ambtsperiode van den Rector met gelijktijdige uitbreiding van zijn bevoegdheden (deze twee dingen laten zich moeilijk scheiden), zou er licht toe leiden, dat de Rector niet meer een tijdelijk ,,primus inter pares" blijft, maar een permanent of althans semi-permanent „leider" of bestuurder, een figuur die in de structuur der Nederlandse Universiteiten nauwelijks past, en zeker niet in onze Vrije Universiteit, waarover de bestuurshoogheid berust bij het College van Directeuren der Vereniging voor Hoger Onderwijs: de enigszins mysterieuze en van lang vervlogen tijden herinnerende bepaling in haar Reglement, dat, ,,als ere-regent aan het hoofd der Universiteit een kanselier staan" kan, heeft ongetwijfeld een andere strekking en is bovendien zeer begrijpelijk, nimmer in toepassing gebracht. En al ware het hier bedoelde gevaar niet te duchten, dan zou een dergelijke regeling voor den met het rectoraat belasten hoogleraar toch een langdurige belemmering, om niet te zeggen, uitschakeling van den gewonen universitairen arbeid betekenen, die zeker moeilijk gewenst geacht kan worden. Hoewel in mindere mate, laat zich dit laatste bezwaar ook aanvoeren tegen het door mijn voorganger ter sprake gebrachte denkbeeld van een twee-jarige ambtsperiode. Maar afgezien daarvan is ook dit denkbeeld, dat op zichzelf zeker overweging zou verdienen, m.i. niet nodig. Acht men de continuïteit door de voorschriften omtrent het College van Rector en Assessoren niet voldoende gewaarborgd, dan kan daarin op andere wijze worden voorzien ; een door den Senaat ingestelde Commissie houdt zich met dit punt bezig. En voor bijzondere tijden laten de voorschriften van ons Reglement, — in tegenstelling met wat geldt voor de Rijksuniversiteiten, waar de aftredende Rector-Magnificus ingevolge art. 109 der wet van 1876 (anders dan in het ontwerp van 1869) buiten de bindende voordracht van den Senaat moet blijven — formeel een herbenoeming toe. Dat men, wanneer ook de voor die bijzondere tijden passende bijzondere figuren beschikbaar zijn, niet geschroomd heeft van deze mogelijkheid gebruik te maken, bewijst de continuering in den bezettingstijd van Rutgers en van Oranje.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

Jaarboeken | 176 Pagina's

Jaarboek der Vrije Universiteit te Amsterdam 1948 - pagina 92

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

Jaarboeken | 176 Pagina's