GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1971 en 1972 - pagina 40

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1971 en 1972 - pagina 40

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

,,De verwachting der toekomst van Jezus Christus", bijzonder oriënterend over allerlei problemen, die sinds het begin dezer eeuw aan de orde zijn gekomen en nog thans even actueel zijn in verband met de zogenaamde vertraging der parousie en de Nah-erwartung. Reeds in 1909 ging hij uitvoerig in op besprekingen van zijn verklaring van 2 Cor. 5, die hem ertoe drongen een geheel nieuw en uitvoeriger onderzoek in te stellen, met name over wat Paulus schrijft over het weten van de aardse tent, die afgebroken wordt en over het niet met handen gemaakte gebouw van God, over het zuchten om overkleed te worden en over de verslinding van het sterfelijke door het onsterfelijke. Het waren voor hem geen simpele woorden vanuit de dogmatiek, maar woorden, die hem stimuleerden tot een indringend research-werk met een eigen opvatting en resultaat, waarop hij uiteraard later in zijn commentaar weer teruggreep. Dat was in 1939, maar in 1937 schreef hij ook nog een brochure over „Hoe verwachten wij Jezus' komst?", waarin hij ons egoïsme met zijn zovaak versmalde horizon ter sprake brengt en tevens de aandacht vestigt op de komst van het Koninkrijk Gods en in opvallende formulering erop wees, dat voor ieder persoonlijk de komst van Christus dichtbij was. In 1951 schreef hij over de voorstelling van de tijd in het N.T.: ,,Wat is er toch met de tijd?" „Alle vreugde gaat heen en van de smart schijnt niet hetzelfde te kunnen worden gezegd". Er is een ander leven, een overgang als troost „waardoor de benauwing onder het voortgaan van de aardse tijd wordt weggenomen". Zijn aandacht richtte zich ook buiten zijn commentaren om op specifieke eschatologisch perspectieven als in i Petrus en i Joh. 3:2: het Hem zien, gelijk Hij is. Ik herinner aan dit allesjuist aan het begin van mijn herdenking, omdat het leven van Grosheide zo intensief met het leven in deze wereld is bezig geweest in een voor mijn besef- als ik het alles nog eens overzie - verbazingwekkende activiteit, waarin de tijd ondanks alle raadselachtigheid blijkbaar door hem als uiterst belangrijk en zinvol werd ervaren in allerlei taken en dagelijkse verantwoordelijkheden in het aardse leven. Uiteraard denken we vandaag in deze kring aan zijn enthousiasme en activiteit voor wat hij eens ,,Kuyper's geloofsstuk" noemde (de Vrije Universiteit), aan zijn participatie tot in allerlei onderdelen van het universitaire werk in concrete dienst ook in haar zorgen, waarin hij zich bij allen een groot respect en vertrouwen verwierf, ook in zijn rectoraat in 1918, 1925 en 1948. Maar deze activiteit

38

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

Jaarboeken | 360 Pagina's

Jaarboek 1971 en 1972 - pagina 40

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

Jaarboeken | 360 Pagina's