1970 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 36

20

WANNEER DE MENSELIJKE VRUCHT EEN INDIVIDU?

presentie van de menselijke persoon in deze lichamelijkheid is uitgesloten, althans naar de huidige stand van de wetenschap".* Voor het vraagstuk wanneer er in de ontwikkeling van de menselijke vrucht sprake is van een individu, is deze nieuwe zienswijze niet zonder betekenis. Indien men immers het beëindigen van menselijk leven koppelt aan een ophouden van hersenactiviteit, zou men omgekeerd het begin van menselijk leven kunnen binden aan het ontstaan van hersenactiviteit. Uit de aard der zaak is dit tijdstip niet exact te bepalen, maar wel zou men kunnen stellen dat vóór het ogenblik, waarop de hersenen in kiem worden aangelegd, in elk geval niet van hersenactiviteit gesproken kan worden. Voor degenen die op het standpunt staan dat aan het uitvallen van d e hersenactiviteit een beslissende betekenis moet worden toegekend inzake het dood-zijn van de mens, zal er waarschijnlijk ook geen bezwaar zijn de caesuur tussen biologisch en menselijk leven te plaatsen op het moment dat d e hersenen in kiem worden aangelegd. D a t een dergelijk standpunt d e ethische beoordeling van het abortus vraagstuk uitermate zou vergemakkelijken behoeft verder geen betoog. Heeft men in de zo even besproken gedachte het ogenblik waaarop van een individu sprake is gelegd bij resp. 6-8-12 weken na de conceptie, weer anderen merken een nog later stadium in d e ontwikkeling aan als het tijdstip waarop men van een individu m a g spreken, t.w. de 28e week van de zwangerschap, dat is de termijn waarin de vrucht levensDcithaarheid (waaronder te verstaan dat de vrucht ook buiten d e baarmoeder zelf kan voortleven) heeft. Afgaande op het woord individu, hetgeen betekent een mens of een persoon op zichzelf, of anders uitgedrukt: de op zichzelf staande enkeling, is het nog niet zo onredelijk als men voor dit standpunt zou kiezen. H e t wil mij evenwel voorkomen, dat dit criterium weinig houvast biedt. Immers, het zelf voortleven buiten de baarmoeder is alleen mogelijk indien de geboren vrucht geheel en al wordt verzorgd en dan bovendien voor een zeer lange tijdsperiode.

* Vergelijk ook N e g o v s k i (geciteerd naar G e r l a c h ) die zegt: „Einem Herz-Kreislauf-Tod wurde ein zerebraler Tod gegenüber gestellt; der Zeitpunkt des menslichen Todes wurde vielfach mit dem jenigon des s.g. Gehirntodes gleichgesetzt".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen