Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 40
van Wiggers werd hoog gewaardeerd (niet voor niets werd hij in de loop van
1976 aangezocht als algemeen directeur van het Rijksinstituut voor
Natuurbeheer) en Wiggers zelf moet het gevoel hebben gehad dat hij op deze
terreinen meer zinvol bezig kon zijn dan in getouwtrek om de landelijke her-
structurering der aardwetenschappen of in het balanceren van partijen in
de subfaculteitsraad. In dat bezig zijn trad Wiggers sterk autonoom op. Dat
leverde hem een enkele keer een conflict op op subfaculteitsniveau, bijvoor-
beeld met betrekking tot benoemingsprocedures en ontwikkelingssamenwer-
kingsactiviteiten in Indonesiƫ. Maar tevens leidde het tot een meer structu-
reel probleem in de relatie tot zijn vakgroep Kwartairgeologie en Laagland-
morfogenese. Bij herhaling deed de wetenschappelijke staf een beroep op
Wiggers om zich meer intensief met vakgroepactiviteiten in te laten en neven-
activiteiten te beperken. Dat had enig succes. Wiggers voelde zich moreel wel
degelijk verantwoordelijk jegens de vakgroep en investeerde onder andere
meer tijd in deelname aan het veldonderzoek. Ook toonde hij zich bereid af
te zien van een nominatie voor het rectoraat. Maar hoewel hij de prestaties
van zijn medewerkers met ongeveinsde belangstelling bleef volgen lag zijn
hart in veel opzichten inmiddels elders. Dat neemt niet weg dat hij zijn
bereidheid om de functie van algemeen directeur van het RIN te aanvaarden
is blijven koppelen aan de eis om als extraordinarius nog een aantal jaren
aan de VU verbonden te kunnen blijven, een eis die de vervulling van de
betreffende vacature aanzienlijk compliceerde.
De subfaculteitsraad treedt aan
Zo ligt vanaf november 1971 het bestuur van de aardwetenschappelijke organisatie
aan de VU in handen van de (vooralsnog voorlopige) Raad van de VSF'^ Een van de
eerste maatregelen van de raad heeft betrekking op de organisatie van het basis-
niveau in vakgroepen. Wat precies de bevoegdheden van die vakgroepen zullen
zijn en wie er als stemgerechtigde leden deel van zullen uitmaken is op dat
moment overigens nog niet in alle opzichten duidelijk.
Kort voorafgaand aan de installatie van de subfaculteitsraad was in een vergade-
ring van het wetenschappelijk corps besloten tot het formeren van een vijftal vak-
groepen:
- Stratigrafie-paleontologie (Breimer, Van de Fliert, Fortuin, Nijman)
- Mineralogie-petrologie-ertskunde (Burke, Kieft, Maaskant, Uytenbogaardt,
Westra). Kieft was in dienst van de ZWO Werkgemeenschap voor
Analytisch Chemisch Onderzoek van Mineralen en Gesteenten (WACOM)
- Hydrologie-hydrogeologie (Beukeboom, Engelen, De Vries)
- Kwartairgeologie (Criede, Roeleveld, Wiggers)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's
![Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 40](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/publicaties-vu-geschiedenis/aardwetenschappen-aan-de-vrije-universiteit-1960-2001/2005/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's