Een hoeksteen in het verzuild bestel. De Vrije Universiteit 1880-2005. - pagina 60
De Vrije Universiteit 1880-2005
HET STEMPEL VAN KUYPER
DE D O L E A N T I E EN DE T H E O L O G I S C H E FACULTEIT
Als een jonge stichting aan haar doel beantwoordt, verwachten we dat ze zal groeien. De
Vrije Universiteit vertoont een ander beeld. Eerst lijkt ze te gedijen. Het aantal hoogle-
raren stijgt in drie jaar tijds van vijf naar acht. Kort na haar derde lustrum is het aantal
weer gedaald tot vijf Het gaat ook niet om toevallig verloop of ongedachte tegenspoed.
Tweemaal in die tijd, in 1886 en 1896, verdwijnen er niet alleen hoogleraren, maar ook
curatoren en directeuren. De Vrije Universiteit versmalt haar basis en stoot vroegere
medestanders af De drijvende kracht achter die verandering is Abraham Kuyper. Bei-
de keren stuurde hij bewust op versmalling aan, opdat de universiteit des te beter vol-
doen zou aan het ideaal zoals hij het zelf zag.
De eerste crisis kwam voort uit de verhouding tot de hervormde kerk. Alle studenten
in de theologie waren lid van die kerk, en ze werden opgeleid voor predikant. Maar zou-
den ze straks aan de slag kunnen? De hervormde kerk had haar eigen opleidingen aan de
openbare instellingen. Wilde de Vrije Universiteit de toekomst van haar leerlingen vei-
lig stellen, dan zou zij contact moeten opnemen met de hervormde synode. Dat was ook
de wens van Hoedemaker. Hij drong herhaaldelijk aan op overleg, om toelating van de
afgestudeerden te regelen.^**" Kuyper en Rutgers wilden dat niet. De vraag wie predikant
mocht worden in de hervormde kerk was een kerkelijke kwestie. De Vrije Universiteit
had met kerkelijke vraagstukken niets te maken, zij was een wetenschappelijke instel-
ling. Zij kregen steun van de jaarvergadering. Die sprak in juli 1884 met bijna algemene
stemmen uit, dat men zich van stappen zou moeten onthouden.^^'
Die schijnbare neutraliteit hield in werkelijkheid een partijkeuze in. Kuyper maakte
er geen geheim van dat hij de synode als een onverzoenlijke tegenstandster beschouwde.
Om gezond te worden in trouw aan haar belijdenis moest de hervormde kerk zich van
dat synodale juk bevrijden. Dat was de vrije kerk, die Kuyper voor ogen stond. Daarom
hebben zijn aanhangers bij de doleantie in 1886 de gehoorzaamheid aan het hervormde
kerkbestuur opgezegd, en zich verenigd in de Nederduitsche gereformeerde kerken. De
Vrije Universiteit was daar zeer direct bij betrokken, in de eerste en voornaamste plaats
omdat Amsterdam het actiecentrum van de beweging was. In de tweede plaats echter
ook, omdat zij haar eerste gediplomeerde had afgeleverd, de kandidaat J.H. Houtzagers.
Hij werd beroepen in Kootwijk en nam aan, maar de hervormde kerkbesturen weiger-
den hem te accepteren. Houtzagers en zijn gemeente gingen toen in doleantie, met steun
en sympathie van zijn Amsterdamse leermeesters, op één na. Voor Hoedemaker was af-
scheiding van de hervormde kerk volstrekt onaanvaardbaar. Al op de jaarvergadering
van 1884 had hij verklaard zijn ambt te zullen neerleggen als het bestaan van de Vrije
Universiteit tot een breuk met de kerk zou leiden.^**^ Dat heeft hij gedaan toen de dole-
antie een voldongen feit was geworden. Op de eerste januari 1888 nam hij ontslag, niet
S6 EEN HOEKSTEEN IN HET VERZUILD BESTEL
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 510 Pagina's