Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960-2001 - pagina 39
Uytenbogaardt was pragmatischer, zeker geen overtuigd voorstander van democra-
tisering, maar bereid mee te gaan zolang hij eigen werkzaamheden naar eigen
inzicht kon blijven inrichten Groen, oorspronkelijk binnen de faculteit der
Wiskunde en Natuurwetenschappen verbonden aan de subfaculteit der Wis en
Natuurkunde maar sinds 1964 tevens aan de Subfaculteit der Geologie (die op dat
moment geacht kon worden tevens de fysische geografie te omvatten'"), was voor-
al laconiek Hij spande zich m om problemen te voorkomen en partijen zoveel
mogelijk te apaiseren De meest intrigerende positie was ongetwijfeld die van
Wiggers Wiggers had ten aanzien van de ontwikkeling van de aardwetenschappen
aan de Vrije Universiteit vanaf 1960 een vrijwel onbeperkte machtspositie ingeno-
men HIJ was, zeker naar de toenmalige VU maatstaven, links of althans progres-
sief georiƫnteerd en m wezen anti-autontair Enerzijds moet de revolte van de late
jaren '60 tegen het gevestigd gezag hem hebben aangesproken, ondanks het feit
dat hij inmiddels van dat gezag deel uitmaakte. Anderzijds was Wiggers pragma-
tisch democratisering was onvermijdelijk maar contraproductieve effecten moesten
vermeden w o r d e n " . Nadat hij in november 1971, uiteraard, tot decaan was ver
kozen is hij tot zijn aftreden m 1975 het Instituut (inmiddels de VSF) met betrek-
kelijk strakke hand blijven leiden. Hij heeft daarbij zijn eigen inzichten met prijs
gegeven en, hoewel hij de democratische spelregels volgde, de onervaren
Subfaculteitsraad zeker in de beginfase van tijd tot tijd met power play naar zijn
hand gezet Wiggers was m die fase voor de subfaculteitsgemeenschap onmisbaar, 37
maar in veel opzichten ook ongrijpbaar
Met de invoering van de WUB werd, althans in formele zin, de handelingsvrijheid
van al die hoogleraren die onder de oude bedeling waren aangesteld aanzienlijk
beperkt. Wat dat in de praktijk voor ieder van hen individueel betekende werd veel-
al pas in de loop van een aantal jaren duidelijk Het komt ons voor dat de overstap
die Uytenbogaardt, voor de instituutsgemeenschap geheel onverwacht, maakte
naar de afdeling Mijnbouwkunde m Delft (waar hij per 1 januari 1977 werd
benoemd) met los gezien kan worden van een bij hem afnemende appreciatie van
de context waarin hij zijn werkzaamheden aan de VU kon verrichten. Binnen de
vakgroep Ertskunde, Petrologie en Mineralogie was zijn wetenschappelijk leider
schap met onbesproken geraakt Ook bij Wiggers, die besloot om per 1 mei 1977
terug te treden als gewoon hoogleraar om de hem aangeboden functie van alge
meen directeur van het Rijksinstituut voor Natuurbeheer (RIN) te aanvaarden, moe-
ten, naast sterk persoonlijk motieven, dergelijke overwegingen een rol hebben
gespeeld
Vanaf het eind van de jaren '60 was Wiggers in toenemende mate betrokken
geraakt bij het natuurbeheer, de milieuproblematiek en de ontwikkelings-
samenwerking, onderwerpen die hoog op de maatschappelijke agenda ston-
den en waarmee te "scoren" viel De inbreng van iemand met de capaciteiten
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005
Publicaties VU-geschiedenis | 268 Pagina's