GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Revue 2000 - pagina 120

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Revue 2000 - pagina 120

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

e Rectot Magnificus Cender en

Wetenschap

Nog nooit zijn er zoveel vrouwelijke studenten aan de Nederlandse universiteiten ingeschreven. In het afgelopen academisch jaar 1 999 - 2000 waren er voor het eerst in de geschiedenis meer vrouwelijke dan mannelijke studenten. Van de hoogleraren is slechts 5,4 % vrouw. Bij het beklimmen van de carrièreladder valt dus veel vrouwelijk talent af. Vreemd, zeker omdat uit onderzoek bekend is dat vrouwelijke studenten gemiddeld beter studeren (hogere cijfers, sneller afgestudeerd) dan hun mannelijke collega's. Ook zijn er veel vrouwelijke promovendi. En daarna gaat het fout. Is de ladder te hoog, te steil, te moeilijk? Zijn er ondeugdelijke treden die gemakkelijk breken, of staat er boven aan de ladder een leger mannen dat pek uit emmers naar beneden werpt' De afgelopen decennia heeft een berg aan verklaringen voor het geringe aantal vrouwen in de wetenschap opgeleverd. Daarin domineren een tweetal gedachten. De toenemende aantallen vrouwelijke studenten stromen op termijn gewoon door naar (hoge) wetenschappelijke functies. Het komt vanzelf wel goed als we maar geduld hebben. De tweede gedachte onderstreept gender: vrouwen hebben nu eenmaal, door hun rol in het voortplantingsproces, een groter aandeel in de zorg en dus minder tijd en/of minder testosteron, geldingsdrang en agressi-

viteit. Minder tijd, en minder haantjesgedrag. Het zal nooit goedkomen met vrouwen in de wetenschap. Immers, het is biologisch bepaald. Het primaat van het biologisch argument is inmiddels wel achterhaald. Mede door de opkomst van genderstudies zijn de laatste jaren vele uitgebreide, wetenschappelijk verantwoorde analyses uitgevoerd. Zo zijn we genoeg te weten gekomen over de relaties tussen gender en wetenschap; of misschien toch niet? De keuzes waarvoor wij, wetenschappers en universiteiten, nu staan is: ofwel nog scherpere analyses maken - erop doorstuderen, nieuwe vragen bedenken en beantwoorden -, ofwel de handen aan de ploeg slaan, gewoon pragmatisch worden. Ik zou voor de laatste optie kiezen. Daartoe biedt de recent door de Adviesraad voor het Wetenschap- en Technologiebeleid (AWT) gepubliceerde achtergrondstudie getiteld: "In het hart van de wetenschap. Naar total Equality en diversiteit in de wetenschap" (Mieke Bosch e.a., 1999) zeker houvast. In deze veelzijdige studie wordt een aantal aanbevelingen gedaan welke zouden moeten leiden tot totale gelijkwaardigheid en diversiteit in wetenschap en universiteit. Een paar kanttekeningen bij twee van de vele aanbevelingen: 1. "Stimulering hoogleraren". Er zijn tal van stimuleringsmaatregelen. Prachtig! Maar het wordt pas echt iets als de universiteiten en

vrije Universiteit

amsterdam

onderzoekinstituten er werk van maken. Er zich daadwerkelijk voor inzetten om de kloof tussen gepromoveerden en de academische top structureel te prof.dr. Taede overbruggen en minder getalsmatig te werk te gaan. Als er talent is dan mag men zich niet verschuilen achter "helaas is er geen plaats meer in ...". 2. "Contract Compliance". Dit zou leiden tot budgetafspraken met het oog op het behalen van gestelde doelen. Daar geloof ik niet in. Het Total E-quality-beleid moet zich in het hart van de instelling nestelen. De instellingen moeten een natuurlijke 'drive' hebben of krijgen om vrouwelijk talent te koesteren en te stimuleren. Elke universiteit zal zelf wel tot de conclusie komen dat zij veel talent verloren laat gaan, en daarmee haar eigen (inter)nationale toekomst op het spel zet, als er niet op korte termijn actie wordt ondernomen. Mijn conclusie: "Universitaire mannen: aan de slag!". Zorg er gewoon voor dat over een aantal jaren de vrouwelijke top aan de Nederlandse universiteiten, aan de VU, verdubbeld is. Daartoe zijn legio mogelijkheden. Prof.dr. Taede Sminia, rector magnificus

Column

Sminia

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000

Revue | 124 Pagina's

Revue 2000 - pagina 120

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000

Revue | 124 Pagina's