GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Studentenalmanak 1914 - pagina 200

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Studentenalmanak 1914 - pagina 200

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

190 FARRAGO

De nieuwe mensch moet zijn groot. Een eisch even gevaarlijk

als schoon. Schoon is inderdaad het ideaal van den mensch die

eigen aanleg ontwikkelt, zichzelt doorvoert, het een plicht acht

eigen individualiteit te handhaven, en juist daardoor de rechten

der persoonlijkheid beschermt; doch die tegelijkertijd de macht

bezit zich te verloochenen, zich op te offeren, zich te geven voor

anderen. Het Christendom houdt veelmeer van de krachtige indi-

vidualiteiten, dan van de socialistische nummers in de veelheid.

Ibsen heeft eerbied voor de helden der menschheid, omdat ze

groote daden hebben gedaan en omdat ze den moed hebben

gehad eigen grootheid tegenover der menschen kleinheid te hand-

haven. Groot is hij die zich volkomen aan een ideaal toewijden

kan, en in staat is alles voor dat ideaal te offeren. Groot is

Brand, omdat hij met bovenmenschelijke kracht zijn ideaal in

het leven wil doorvoeren; groot is Agnes als ze haar kind en

zichzelf volkomen voor dit ideaal offert. Groot is Terje Vigen uit

het gedicht van dien naam, omdat hij zichzelf overwinnen kan.

Groot is Bernick, als hij den moed en de kracht tot de waarheid

vindt; groot is Martha Bernick, omdat ze zichzelf kan verloochenen

om anderen gelukkig te maken; groot is Lona Hessel, omdat ze

het ideaal der waarheid met volle toewijding dient en de macht

bezit anderen er toe op te voeren. Rebekka West is groot, als

ze door Rosmer geadeld den moed bezit tot een daad die hem

het geloof aan zijn roeping kan weergeven. Doch, en hier zien

we de keerzijde van Ibsens gedachte, ze is ook groot als ze naar

Rosmersholm komt en, zonder rekening te houden met het geluk

en het leven van anderen, zonder zich aan wetten van moraliteit

te storen, haar wil doorzet. Bernick is ook groot, als hij zich

door eigen kracht, met alieilei lage middelen, door de onverzet-

telijkheid van zijn wil tot deze voorname plaats in de maat-

schappij weet op te werken en daar zich weet te handhaven.

Het groote ligt bij Ibsen in het formeele der daden, en niet

in den inhoud. Er is geen materieele eisch voor een groote daad,

omdat er geen vaste wet van goed en kwaad is. Hier zien we het

diepgaande verschil tusschen Ibsen en het christendom. Er is

verschil in de persoonlijkheid tusschen het quantitatieve en het

qualitatieve. De persoonlijkheid is uit het gezichtspunt van de

qualiteit bezien, goed of slecht: uit het gezichtspunt van de quan-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914

Studentenalmanak | 236 Pagina's

Studentenalmanak 1914 - pagina 200

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914

Studentenalmanak | 236 Pagina's