GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1971 - pagina 140

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1971 - pagina 140

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

m

magazine

Mensen natuur Gedraagt de mens zich wel als de 'kroondrager' over de schepping, zoals hij in psalm 8 wordt genoemd? Op deze vraag gaat in het volgende artikel prof. dr. L. Vlijm in. Om in leven te blijven is de snel groeiende wereldbevolking wel gedwongen zich aan de natuur te vergrijpen. lUlaar ongestraft kan dat niet. Er komt eens een eind aan wat hij kan 'kraken'.

Prof. Vlijm is sinds 1967 hoogleraar in de dierkunde aan de VU. Hij aanvaardde zijn ambt met een inaugurele rede over het onderwerp 'De natuur in evenwicht?' De milieuproblematiek beroert velen aan de Vrije Universiteit. Er zitten medische, sociale, psychologische, politicologische, economische, juridische en theologische kanten aan dit vraagstuk. Vandaar dat alle faculteiten verzocht zijn een inbreng te leveren in een binnenkort aan de VU op te richten Instituut voor Milieuvraagstukken. Initiatiefnemer is prof. dr. J. G. Lambooy (economie). In de 'commissie van samenroeping' heeft ook prof. Vlijm zitting. In het vu-magazine zult u ongetwijfeld nog vele malen kunnen lezen over het werk van dit interfacultaire instituut, dat alle activiteiten aan de VU op het gebied van de milieuproblematiek gaat coördineren. In de bestuursraad van dit instituut zullen niet alleen docenten, maar ook studenten zitting hebben. 34

d o o r prof. dr. L. Vlijm Op de catechisaties vroeger heb ik niet veel over 'de natuur' gehoord. Wel over de 'verdorven natuur' van de mens, maar dat is een ander begrip natuur. Verder diende je voor het zien van de hand van God in de natuur 'de bril van de Heilige Schrift' op te zetten (art. 2 Ned. Geloofsbelijdenis). Maar de belangstelling van 'de kerk' voor 'de natuur' was steeds gering. Natuurlijk waren er wel kerkleden, ook dominees, die van vogeltjes en van planten hielden, maar dat was toch een ander terrein, duidelijk gescheiden van 'de kerk'. Is er iets veranderd in het denken over mens en natuur? Dat is de vraag die in dit artikel aan de orde komt. En ook: is het mogelijk iets zinnigs te zeggen over de mens en de natuur vanuit een bijbelse visie? Een afgerond verhaal zal het niet kunnen worden; daarvoor is de zaak te ingewikkeld. Maar misschien kan een aantal losse gedachten prikkelen tot het opnieuw (of voor het eerst) nadenken over dit onderwerp.

Psalm 8 In de Bijbel wordt de mens geschetst als een kroondrager over de schepping (psalm 8). De mens is en blijft biologisch gezien onderdeel van de natuur, maar hij is tegelijk 'bijna goddelijk' in deze psalm van David. 'Wat is de mens, dat Gij zijner gedenkt, en het mensenkind, dat Gij naar hem omziet? Toch hebt Gij hem bijna goddelijk gemaakt, en hem met heerlijkheid en luister gekroond. Gij doet hem heersen over de werken uwer handen, alles hebt Gij onder zijn voeten gelegd: schapen en runderen altegader en ook de dieren des velds, de vogelen des hemels en de vissen der zee, hetgeen de paden der zeeën doorkruist.' De vraag, die in dit artikel aan de orde komt, is of de mens zich ook werkelijk 'bijna goddelijk' gedraagt in zijn heersen over de schepping of dat hij zich - biologisch gezien -

(bioloog)

in zijn gedrag weinig onderscheidt van de dieren.

Natuur teruggedrongen Wat hebben we met Gods schepping gedaan? De mens heeft de aardkorst op een geweldige wijze beïnvloed. Kijk maar eens uit een vliegtuigraampje boven Nederland en boven Kongo. Op sommige plaatsen is de invloed van de mens duidelijker te zien dan op andere, maar in bijna alle gebieden van de aarde is de invloed van de mens manifest. De natuur is steeds verder teruggedrongen en de mens is steeds dominanter 'gevestigd' geraakt. De mens is een 'regelende', maar tegelijk 'ontregelende' factor in de natuur geworden. De natuur is nergens meer als de mens verschijnt. Hij 'kraakt' de natuur waar hij maar kan. Als hij maar ergens een stukje natuur aantreft, dat hem van dienst kan zijn, voor het verdienen van geld, voor zijn 'recreatie', voor zijn industrie of voor zijn 'behoeften' in het algemeen, dan is dat stukje voor hem niet heilig en daarom niet veilig. Zolang er iets met de natuur te doen valt, zal de mens dat niet laten. Er is geen diersoort en geen plantesoort meer, die de mens niet moet

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

VU-Magazine | 208 Pagina's

VU Magazine 1971 - pagina 140

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

VU-Magazine | 208 Pagina's