GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1972 - pagina 511

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1972 - pagina 511

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Nieuw-Guinea-crisis en de zending door Ben van Kaam

Rnc

Bruins Slot vu-magazine begon vorig jaar ol(tober met de voorpublil^atie van eniiele fragmenten uit het boelc, dat de oudhoofdredacteur van Trouw, dr. J. A. H. J. S. Bruins Slot toen bezig was te schrijven. Dr. Bruins Slot heeft dit boeit., waarin hij terugidjkt op zijn leven niet geheel kunnen voltooien. Er moesten nog enkele hoofdstukken geschreven worden toen hij een jaar geleden plotseling in het ziekenhuis werd opgenomen. Vijf maanden later overleed hij. Voor zijn overlijden verzocht hij Ben van Kaam zijn boek op de een of andere manier af te ronden en daarbij met name aandacht te schenken aan het onderwerp, waaraan hij nog een apart hoofdstuk had willen wijden, de Indonesië-crisis, inclusief NieuwGulnea. Ze hebben er vaak samen over gesproken. Over enkele dagen zal het boek van dr. Bruins Slot verschijnen onder de titel: ' . . .EN IK WAS GELUKKIG'. Aan het boek is een 'VERHAAL VOORAF' toegevoegd, waarin Ben van Kaam iets vertelt over de wijze waarop Bruins Slot en sommige andere anti-revolutionairen de dekolonisatieperiode beleefden. De invloed van de zending is groot geweest op wat later genoemd zou worden de 'ommezwaai' van Bruins Slot in de NieuwGuinea-politiek. Het was voor Bruins Slot meer dan een incident. Uit de geestelijke crisis, waarin deze geschiedenis hem dompelde, kwam een heel andere man te voorschijn, die het isolementsdenken voorgoed vaarwel had gezegd. Een fragment uit dit 'VERHAAL VOORAF', dat handelt over de activiteiten van de zending in de NieuwGuinea-periode, publiceren we op deze en volgende pagina's.

Toen in de Nieuw-Guinea-crisis de eerste doden vielen, greep dat Bruins Slot hevig aan. Het was niet zo dat hij in die dagen al zag wat er fundamenteel fout had gezeten in de Indonesië-politiek. Maar hij was onzeker. In ieder geval moest alles worden geprobeerd om nieuw bloedvergieten te voorkomen. Er mocht geen herhaling komen van de politionele acties. De Verenigde Staten steunden het Nederlandse standpunt niet, wist hij, ondanks suggesties van het tegendeel door Luns. Enkele jaren eerder nog had hij geweigerd prof. Verkuyl in Trouw het onderwerp NieuwGuinea ter discussie te laten stellen. Zo heette dat befaamde hoofdartikel ook van 4 november 1958; 'Niet ter discussie'. 'Als wij prof. Verkuyl in "Trouw" een open forum aanboden en de kwestie Nieuw-Guinea ter discussie stelden dan geloven wij dat daar best een hoogstaande, principiële en zakelijke discussie uit zou voortvloeien. Maar het effect voor de regeringspolitiek zou zijn dat men én in Nieuw-Guinea én in Indonesië én in andere landen zou gaan zeggen: Kijk, kijk, daar zijn ze ook al aan het glijden! En dat zou de positie van de Nederlandse regering internationaal verzwakken. ' Natuurlijk kwam Nieuw-Guinea tóch in discussie. Prof Verkuyl vond gehoor bij studenten van de VU en december '58 verscheen een rapport, samengesteld door Van der Straaten, dr. R. Roolvink, S. Franssen, ir. P. Telder en prof dr. J. Verkuyl, waarin ir. Telder regelrecht de verantwoordelijkheid voor het doden van de Indonesië-politiek aansneed. 'En als ik in de couranten de namen tegenkom van dr. Drees en dr. Beel en mr. Romme en dr. Bruins Slot - om er maar een paar te noemen - dan denk ik: op hun ziel rust mede de verantwoordelijkheid voor al dat bloed, voor al dat leed, voor al die jonge levens, die afgesneden zijn als bloemen op het veld. Ik begrijp niet, ik KAN niet begrijpen, hoe zij rustig kunnen slapen. Misschien doen zij dat ook wel niet.' Deze inleiding op Bruins Slots boek wil geen politiek verhaal zijn, maar wil vooral iets vertellen over de mens Bruins Slot. En dat moet ik hier kwijt, dat hem die verantwoordelijkheid voor mensenlevens zwaar drukte. En slapeloze nachten heeft hij gekend. Er gebeurt zoveel wat nooit in kranten staats Er zijn tussen 1957 en 1961 heel wat gesprek-

ken geweest met zendingsmensen. Het begon met een brief van dr. J. Verkuyl uit Djakarta, 30 november '57, aan dr. J. C. Gilhuis, ds. B. Richters, prof dr. H. Bergema en prof dr. L. Onvlee. 'Beste Barend, Lou en Henny en Jan, . . . Zoals jullie weet is het vuur rondom de West-Irian-kwestie hier dit jaar heter gestookt dan ooit tevoren. Nu de resolutie van Indonesië niet aanvaard is, is te verwachten, dat een toestand ontstaat, die lijkt op een onverklaarde oorlogstoestand.' Verkuyl voorzag, dat Nederlandse zendingsarbeiders in Indonesië zouden moeten vertrekken. Niet omdat ze zending bedreven, maar omdat ze Nederlanders waren. De breuk tussen Nederland en Indonesië ging hem aan het hart. Vanaf het uitroepen van de republiek door Soekamo en Hatta, had hij vanuit Indonesië gewaarschuwd, dat Nederland een verkeerde politiek voerde. Aan 'Baam' legde hij eind '57 de volgende vraag voor: 'Is het niet mogelijk om invloedrijke personen, die de ernst van de situatie verstaan, bijeen te brengen in Nederland en hen te bewegen een gesprek te hebben met de voor de Nieuw-Guineapolitiek verantwoordelijke minister om gedaan te krijgen, dat Nederland de deur voor overleg weer openzet. Juist nu de VN Nederland niet dwong tot het voortzetten van onderhandelingen, juist nu zou een vrijwillig aanbod daartoe grote ontspanning kunnen brengen. Als het waar is, dat wij als christenen geroepen zijn tot een "Ministry of reconciliation" dan is het tevens waar, dat wij niet mogen stilzitten.' Op 16 december van dat jaar bespraken de vier zendingsmensen, samen met dr. F. L. Bakker, ds. P. G. Berge (die de brief had meegebracht), ds. W. Fijn van Draat en prof dr. H. Ridderbos op het Zendingscentrum in Baam Verkuyls suggestie met twee figuren uit de AR-partij, prof dr. J. J. de Jong en prof mr. W. F. de Gaay Fortman. Het ging allemaal 'uiterst vertrouwelijk'. Beduchtheid leefde er voor de groeiende communistische invloed in Indonesië, die door de Nederlandse houding zou worden versterkt. Voor het idee van een overdracht van Nieuw-Guinea aan Indonesië voelen beide anti-revolutionairen nog weinig of niets. De Gaay Fortman zei evenwel: 'Umoet niet ophouden. Maar u moet de eigenlijke heren hebben omdat De Gaay Fortman en De Jong dilettanten zijn. 'Hij achtte het niet gewenst naar de ministers te gaan. Daarom werd besloten een aantal AR-politici 43

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's

VU Magazine 1972 - pagina 511

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's