GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1973 - pagina 20

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1973 - pagina 20

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Volgens het rapport is het probleem, waarvoor iemand gesteld wordt die een kinderbijbel gaat schrijven, een vertaalprobleem. Ik citeer: 'Een van de meest hachelijke taken waarvoor de schrijver van een kinderbijbel komt te staan, is dat hij gecompliceerde godsdienstige voorstellingen - bedoeld voor volwassenen - moet vertalen naar het bevattingsvermogen van kinderen.' (p. 57) Nog wat preciezer geformuleerd: 'De bijbel is als zodanig een boek voor volwassenen, dat door zijn ouderdom, taalgebruik en zijn niet alledaagse begrippenwereld niet zonder meer aansluit bij de denkwereld van de huidige volwassenen, laat staan bij die van de kinderen. De kinderbijbel is dan een poging om dit nietpassen op te heffen, en wel van de kant van de

zelf; er wordt in de bijbel vaak over zaken gesproken waar het kind intellectueel en emotioneel nog lang niet aan toe is. Een derde operatie is: het transponeren van zaken die in de bijbel met het oog op volwassenen beschreven worden, maar die ook het kind raken, naar een voor kinderen toegankelijk niveau. Het toepassen van deze operaties is niet zonder problemen. Zowel bij de omzetting in kindertaal als bij de transpositie van problemen naar kinderlijk niveau dreigt het gevaar van versimpeling. Het rapport zegt daar niet veel over, wel besteedt het aandacht aan de kwestie van de selectie. Het merkt op, 'dat vrijwel alle kinderbijbels - als het ware volgens een stilzwijgende afspraak . . . - zich be-

In 'De nieuwe kinderbijbel' van Anne Edwards is t.a.v. Kain en Abel letterlijk sprake van een zwartwit-tekening. 'Abel ligt in een roze fondantkleur levenloos ter aarde, terwijl zijn broer in dreigend zwart pigment over hem heen staat. Je kunt gewoon zien dat Kain een slecht mens is,' zegt het rapport.

bijbel uit: een aanpassing van de bijbel aan het perken tot die bijbelgedeelten die kennelijk 'historisch' het meest belangwekkend zijn: kind.' (p. 29) in het Oude Testament Genesis tot en met Koningen, en in het Nieuwe Testament MatVertaalwerk theüs tot en met Handelingen 2' (p. 71). Deze Enkele van de operaties die men met het wijze van selecteren zal voor een deel samenoog op deze aanpassing moet toepassen, zijn hangen met de neiging, dat te kiezen, wat in voor de hand liggend. De woordkeus, de de bijbel al als verhaal gegeven is en alleen zinsbouw en soms ook de verhaalsstructuur naverteld behoeft te worden. Volgens het rapvan de bijbel liggen meestal buiten het taal- port hangt ze ook samen met een uit de tijd vermogen van het kind; de schrijver van van de Romantiek stammende 'historiseringsde kinderbijbel heeft op dit punt gewoon tendens'. Er is, zo is ongeveer de gedachte, (al is het moeilijk genoeg!) vertaalwerk te niet alleen een reconstrueerbare vaderlandse doen. Een tweede operatie is die van de selec- en algemene geschiedenis, er is op dezelfde tie. Dat die moet plaatsvinden spreekt van- wijze ook een geschiedenis van het heil van 18

God, die in een reeks van gebeurtenissen zich heeft afgespeeld en die op dezelfde wijze reconstrueerbaar is. Daarom besteden de kinderbijbels meestal ook geen aandacht aan de betekenisvolle verschillen tussen de vier evangeliën - betekenisvol vanuit het gezichtspunt van de verschillende verkondigingsbedoeling van de evangelieschrijvers. 'Ze geven een chronologische harmonisering van de vier evangeliën, waarin Jezus als het ware stap voor stap - historisch te volgen is. Voor de meeste schrijvers schijnen de historisering van de persoon en zijn daden minstens zo belangrijk, zo niet belangrijker dan de inhoud van zijn goede boodschap.' (p. 66)

Denkmodellen In verband met de opdracht die de commissie ontving is het meest belangwekkend wat het rapport zegt over 'de godsdienstige passepartouts' en de 'dogmatische denkmodellen' die in veel kinderbijbels aan te treffen zijn. Onder een passe-partout wordt in dit verband verstaan: een van tevoren klaarliggend kader van één of andere algemene 'waarheid', waarbinnen een bijbelverhaal geplaatst wordt, zodat als vanzelf die waarheid naar voren komt, om als de 'moraal van het verhaal' doorgegeven te worden. Een veel voorkomend passe-partout is 'het "God-beloontde-goeden" passe-partout'. In veel kinderbijbels is dit een geliefd thema. 'De goede mensen - die alle deugden in zich verenigen: ze zijn altijd vriendelijk, ze geloven in God - hebben weliswaar veel te verduren van de slechten, maar ze weten van tevoren (!) dat God aan hun kant staat, en daarom strijden ze opgewekt de goede strijd.' (p. 38 e.v.) Een kinderbijbel vertelt: de broers hebben Jozef in de put gegooid. Even is hij radeloos, maar dan ziet hij, heel in de hoogte, een klein plekje van de hemel. 'Jozef vouwt zijn handen: hij bidt. Jozef weet het wel: daar boven in de hemel woont God. Die weet alles, die ziet alles. Die weet ook wel, hoe boos de broers zijn. Die ziet ook de arme Jozef wel, al is de kuil nog zo donker en nog zo diep . . . Jozef denkt: De Heer kan alles; Hij kan ook zorgen voor mij. 'En dan gaat Jozef maar stil in een hoekje zitten. 'Ik zal heel tevreden zijn, ik weet niet wat er gebeuren zal met mij, maar God weet het wel. Ik zal stil zijn!'

Voetstuk Een tweede passe-partout is die van 'de exemplarische geloofsgetuigen'. Veel bijbelse personen - de 'goe(/e«'althans, zoals Jozef en Abel en Jacob - verschijnen doorgaans als brave en vrome en nobele figuren. 'In plaats van in overeenstemming met de bijbelse weergave de personen te laten uitkomen als figuren, die ook maar gewone mensen waren, zet men hen op een voetstuk. En men vergeet, dat het kind wel tot de conclusie moet komen, dat God zich slechts met supermensen inlaat, '(p. 45) In de derde plaats wordt gewezen op 'het

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1973

VU-Magazine | 574 Pagina's

VU Magazine 1973 - pagina 20

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1973

VU-Magazine | 574 Pagina's