GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 95

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 95

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

1^ magazines

Een ingewikkelde dorsmachine kunnen we maken, maar een eenvoudige?

Maar wie moeten dat doen en hoe? Allereerst de mensen die het direkt betreft. Deze zouden hulp kunnen krijgen van anderen, d.w.z. van buitenstaanders. De gekozen formulering geeft al een beetje aan dat Schumacher niet alleen spreekt van de problematiek van de Derde Wereld, maar ook over onze eigen moeilijkheden. De overeenkomsten in problemen van noord en zuid zijn frappant. Niet alleen het zuiden maakt een crisis door, maar ook wij. Laten we terugkeren naar de in het voorgaande gestelde vragen. Schumacher stelt een samenlevingsverband voor van A, B en C. De A staat voor ..adminisiraiioii" (overheid): de B ,,business", voor het bedrijfsleven en de C voor ,,communication" (wetenschappers, journalisten). Deze drie zouden moeten samenwerken omdat ze afzonderlijk niets kunnen. De kritiek op het congres richtte zich vooral op de B, het bedrijfsleven. Men vond dat dit zoveel boter op het hoofd heeft, dat het een onbetrouwbare en ongeschikte partner is als het gaat om ontwikkelingszaken. Juist de zakenwereld is de motor van uitbuiting en onderdrukking, zo vond men. Schumacher stelde daar tegenover dat het onverstandig is deze melkkoe te slachten, want daarmee zou de samenleving ineen storten. Wel samenwerken, vond hij, maar goed in de gaten houden. Bovendien, zo stelde hij, waarom per definitie uitgaan van kwade trouw bij het bedrijfsleven? Bestaat dat ook niet uit mensen zoals wij allemaal? Hij gaf het congres te verstaan vooral niet uit angst te handelen, niet bang te zijn voor het bedrijfsleven. Deze lang niet door iedereen aanvaarde stelling kreeg bijval uit een onverwachte hoek. Minister Pronk vond ook, dat het bedrijfsleven zou moeten meedoen, maar daarover verder op.

Hoe verder? De tweede dag van het TOOL-congres is besloten. Onder elkaar spreken zo'n 150 man over de knelpunten die bij de activiteiten naar voren zijn gekomen en hoe die in de toekomst vermeden kunnen worden. Ook de eigen identiteit zou goed voor het voetlicht moeten komen. En het politieke engagement van TOOL hoe .staat het daarmee? Wanneer een organisatie zich voltallig met dit soort problemen gaat bezighouden en

dat zo demokratisch mogelijk wil doen dan gebeurt het niet zelden, dat veel congresdeelnemers na een dag van oeverloos praten en kibbelen over procedures hopeloos gefrusteerd naar huis gaan en zich afvragen waar zijn wij mee bezig geweest. TOOL heeft zich hiertegen bij voorbaat gewapend. De kontakten die de stichting met het ingenieursbureau in Amersfoort onderhoudt kwamen ook hier van pas. Op dit bureau heeft men een methode ontwikkeld voor inspraak; weliswaar een vorm van beheerste inspraak, maar iedereen kan zich uitspreken over wat hem bezig houdt. Het TOOLcongres heeft zich van deze methode bediend en blijkens de reacties na afloop met succes. In het kort werkt deze METAPLANmethode, die ook steeds meer bij inspraak over stadsvernieuwing wordt gebruikt als volgt. Alle deelnemers verspreiden zich in groepjes van maximaal tien personen. In de groepen schrijven de verschillende deelnemers eerst hun klachten, problemen, vragen enz kort neer op een gekleurd kaartje, dat wordt opgeprikt op een wandbord. ledere groep heeft een eigen wandbord, waarop na verloop van tijd een wirwar van meningen verschijnt. Wanneer alle problemen opgeprikt zijn gaat de groep de problemen en vragen ordenen. Vervolgens komen vertegenwoordigers van de verschillende groepjes met de eerste inventarisatie bij elkaar en probeert de vragen zo bij elkaar te vegen, dat een aantal vragengebieden ontstaan over verschillende sectoren. Op het TOOL-congres kwamen de volgende probleemvelden naar voren: — ten aanzien van de stichting als geheel: wat is onze ideologie; hoe moeten we ons organiseren, centraal of decentraal? — ten aanzien van de groepen: moeten we toe naar professionalisering; wie heeft de adviesverantwoordelijkheid voor de projecten die worden uitgevoerd; hoeveel groepen kunnen meedoen en hoe groot moeten de groepen zijn? — ten aanzien van de doelgroep: voor wie werken we; hoe wapenen we ons tegen misbruik van de resultaten door commerciële toepassing; moeten we toe naar een eigen politiek engagement?

— de relatie tussen de groepen: hoe lossen we de bestaande communicatieproblemen op? De problemen zijn hiermee gesteld. Hier en daar overlappen de vragen elkaar, maar niemand die er 'n groot probleem van maakt. Vooraf had men zich uitgesproken om niet over definities te gaan strijden... Voorde oplossingen wordt dezelfde methode gevolgd. In kleine groepjes gaat men zich beraden over de verschillende probleemgebieden. Iedere individuele deelnemer kan zich uitspreken over het vraagstuk zijner keuze. Vooral de relatie tussen de stichting TOOL, het TOOL-bureau en de relatie van beide tot de deelnemende groepen zijn erg in trek. Maar ook de politieke opstelling van de groepen staat sterk in de belangstelling. Wederom wordt er met viltstift en bordkarton driftig geschermd en een nieuw kleurrijk geheel ontstaat. Ten teken dat de discussies een einde moeten nemen wordt een muziekband gestart. Met aanzwellend volume wordt James Last de ruimte ingesmeten, tot men elkaar niet meer kan verstaan. De congres deelnemers verlaten geleidelijk de ruimte en zo hoort het ook volgens de METAPLANmethode.

Schalen Een nieuwe ,,veegploeg" gaat aan het werk. Uit de mogelijke oplossingen voor de gevonden knelpunten stelt zij een twintig zgn. polariteitsschalen samen, waaruit alle deelnemers een keuze moeten doen. Door middel van een kleurig plakkertje loopt de deelnemerde borden af en geeft zijn keuze weer. Waar de meeste plakkertjes zichtbaar worden, wordt de mening van de meerderheid van het congres zichtbaar. Deze meningspeilingen onder de congresdeelnemers tonen het volgende beeld: TOOL wil meer dan tot nu toe werd gerealiseerd toe naar een benadering waarin de technische en sociale kanten van het ontwikkelingswerk worden geïntegreerd. Men kiest voor een sociaal-technische benadering. Dit ontlokt één der congressanten de uitspraak om de naam van de stichting dan ook maar te veranderen in STOOL = Sociaal-Technische Ontwikkeling Ontwikkelingslanden. In het Engels betekent ,,stool" krukje hetgeen ook als goed symbool voor de werkzaamheden wordt gezien.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 95

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's