GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1976 - pagina 60

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1976 - pagina 60

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

\ilü magame 14

Ingezonden bijdrage

lijk waarschuwt Verkuyl voor „nokbalkpsychose" en zegt ergens: „Het echte werk geschiedt in het locale milieu en de kerk is daar, waar concrete mensen leven en werken in concrete milieus." Maar waar het hem hier met name om gaat, is dat het Rijk Gods in de Bijbei duidelijk betrokken wordt op alle noden en niet tot de geestelijke noden van de mens beperkt mag worden. Heel indringend wordt het door Verkuyl gesteld: „Als het waar is dat de praktijk van de wereldzending zich bewegen moet binnen de structuren van de boodschap van het totale Rijk Gods, dan wordt van ons aandacht gevraagd voor alle aspecten van de menselijke onheilen. Dan kan het zijn dat de prioriteiten telkens moeten verspringen. Er zijn situaties waarin de nadruk moet vallen op de strijd tegen armoede en honger. Er zijn situaties waarin de nadruk moet vallen op de strijd tegen onwetendheid. Er zijn situaties waarin de nadruk moet vallen op de strijd tegen ziekten. Er zijn situaties waarin de strijd tegen raciaal onrecht of tegeii economische exploitatie de nadruk moet krijgen. In de praktijk worden de kerken in alle continenten geroepen alert te zijn voor de wisseling der accenten en prioriteiten. Maar tevens zal ook gelet moeten worden op het geheel van de boodschap van het Rijk". Wanneer het heil zo wijd is als alle vormen van menselijk onheil, dan is de missionaire taak ook een veel bredere dan men zich vroeger vaak bewust was. In zijn boek gaat Verkuyl uitvoerig op de konsekwenties van deze opvatting in voorde theologie en andere wetenschappen en voor kerk en samenleving. Wie in een boek als dit een zo breed gebied behandelt, kan gemakkelijk kritiek oproepen. Belangrijker en billijker is. dat men deze nieuwe benadering met haar vele belangrijke konsekwenties eerst eens rustig op zich laat inwerken. Daarom wil ik met een uitdrukkelijk woord van dank en waardering aan het adres van de schrijver dit boek voor informatie, diskussie en bezinning in aller aandacht aanbevelen. Jammer is. dat de prijs van dit boek hierbij een ernstig beletsel kan zijn.

Dr. J. Verkuyl, „Inleiding in de nieuwere zendingswetenschap", uitgave: J. H. Kok in Kampen, 571 bladz. prijs f 69,-.

Geachte redactie, Ontwikkehngssamenwerking dient op evenwichtige wijze economische, technische en sociale aspecten tot hun recht te brengen. Daarom kan het oordeel over projecten negatieve aspecten omvatten indien het te sterk alleen economisch georiënteerd is. Anderzijds mag van een blad van een vereniging voor wetenschappelijk onderwijs in een welvaartsstaat verwacht worden, dat bij evaluaties van ontwikkelingssamenwerking niet alleen op sociale elementen wordt gelet omdat voor ons welvaart bijna vanzelfsprekend is geworden. In aansluiting op het bovenstaande wil ik gaarne naar aanleiding van pagina 13 en 14 van het VU-magazine van september 1975 enkele vragen stellen. — Neemt de gemiddelde Columbiaan nu en in de toekomst genoegen met voorziening van de eerste levensbehoeften, of wenst hij zoals de Nederlander ook te bereiken dat hij, of zijn kinderen 70 procent van zijn inkomen buiten de levensmiddelensector kan besteden en dat goede gemeenschappelijke voorzieningen worden getroffen? — Kan Columbia in al zijn eigen behoeften voorzien of is buitenlandse handel noodzakelijk? — Dient produktiviteitsverbetering in de landbouw niet gepaard te gaan met industriële produktie? — Is het voor een textiel-exporterend land als Columbia niet gewenst om textielfabrieken te hebben die internationaal kunnen concurreren? — Indien door toename van de lokale consumptie de export van katoenprodukten daalt, is het dan niet gewenst om daarnaast ook kunstvezelprodukten te maken? — Indien bij Nederlandse inrichtingen voor wetenschappelijk onderwijs de gemiddelde arbeidskosten bij de beheersafdehngen en de fakulteiten zich verhouden als 1 : 2, is het dan ongerijmd dat in een bedrijf in Columbia de „top" van het industrieel arbeidspotentieel driemaal zoveel verdient als landarbeiders? — Waaraan hebben de AKU-arbeiders bij Girardota hun inkomen van 90 pesos per dag besteed? Hoeveel werd besteed aan lokale produkten en diensten, hoeveel aan importprodukten en hoeveel werd gespaard voor investeringen of latere bestedingen? Hoogachtend: Ir. H. Batelaan, Rotterdam

VU-magazine ontving een brief van ir. H. Batelaan uit Rotterdam waarin deze een aantal vragen stelde over het Colombia-verhaal („De armsten worden van „hulp" niets wijzer") dat september'75 in VU-magazine verscheen. Drs. G. J. van Apeldoorn, die in het verhaal aan het woord kwam en die thans werkt aan een project in Nigerië, gaat op de vragen van ir. Batelaan in.

Naschrift drs. G. J. van Apeldoorn De redactie van VU-magazine stuurde mij de vragen van ir. Batelaan met het verzoek ze beknopt te beantwoorden. Ik vind dat niet gemakkelijk, omdat ik achter de vragen een benadering van ontwikkelingsproblemen vermoed, die ik niet (meer) kan delen. Ik zou voorop willen stellen dat ik blij ben met de interesse die uit deze vragen blijkt voor de problemen zoals die zich o.a. in Columbia voordoen. Twee algemene opmerkingen. Ten eerste wijs ik op de aanleiding voor ons onderzoek: Columbianen die zich zorgen maakten over het feit dat de sociale (en kulturele) aspecten te weinig aandacht kregen in activiteiten die organisaties uit rijke landen in Colombia ondernamen. Het is niet zo, dat sociale aspecten aandacht kregen „ten koste van economische of welvaartsoverwegingen"; voor wie met open ogen rondloopt in Colombia is welvaart niet vanzelfsprekend; armoede trouwens evenmin: beide zijn het resultaat van menselijk handelen. Ten tweede, aansluitend, het probleem dat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's

VU Magazine 1976 - pagina 60

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1976

VU-Magazine | 487 Pagina's